Heleen van Wijk is hoofd duurzaamheid bij Groningen Seaports, voorzitter van Circulair Groningen en jurylid voor de Duurzame Dertig. Foto: Anjo de Haan
Hoe duurzaam is de wereld over vijf jaar? Welke stappen hebben we dan al gezet. We vroegen het twee juryleden van de Duurzame Dertig, Reinder Hoekstra en Heleen van Wijk.
Nederland moet verduurzamen. Maar gaat het wel snel genoeg? Voor alle nodige veranderingen is in het ruim opgezette Noorden bij uitstek nog plek zat, zo beargumenteren natuurorganisaties in het rapport. De kracht van het Noorden uit 2023. Hoe kijken twee juryleden van de Duurzame Dertig én deskundigen vanuit hun werk bij de Drentse milieufederatie en Groningen Seaports hiernaar?
Je kan twee verhalen vertellen over de toekomst. Een blij en een droevig verhaal. Hoekstra kent ze allebei. Het punt is alleen, zo zegt de directeur van de Drentse natuurorganisatie, alléén met die eerste categorie help je mensen vooruit.
Daarom zet Hoekstra soms graag even de optimistische bril op. De klimaatdoelen voor 2030 met 55 procent minder uitstoot van broeikasgassen dan in 1990 zouden we best eens kunnen gaan halen, denkt hij. „Het gaat harder dan sommige mensen denken. Nieuwbouwhuizen leveren energie en bedrijven investeren in hergebruik van grondstoffen.”
Reinder Hoekstra, directeur van de Natuur en Milieufederatie Drenthe over verduurzaming: 'Het gaat harder dan sommige mensen denken.’ Foto: Annet Eveleens
Het klassieke ‘transitiemodel’ leert: als zo’n 25 procent meedoet aan een verandering, kan het opeens hard gaan. Hét succesverhaal zijn onze zonnepanelen. Een decennium geleden ging de aanleg moeizaam en traag, nu heeft een derde van de huizen ze.
Het gevolg: netkrapte. In feite een probleem én een compliment, vindt Hoekstra. „De energietransitie gaat zo goed, dat ons stroomnet het niet aan kan. Over vijf jaar zijn die problemen nog niet opgelost, maar worden de eerste stappen wel gezet.”
Grote winst moet komen uit energiebesparing én verbruik gelijktijdig met opwekmomenten. Als je dat laatste financieel écht aantrekkelijk maakt, dan – zo gelooft Hoekstra – zet Nederland met plezier massaal de wasmachine aan op de zonnige momenten dat nu nog veel stroom verloren gaat. Op de schaarse momenten kan stroom juist zo onaantrekkelijk worden gemaakt, dat het uitschakelen van de wasmachine een no-brainer is.
Verbeteren natuurherstel
Voor zijn werk voor de Drentse natuurorganisatie is Hoekstra veel bezig met natuurontwikkeling. De poging om natuursnippers aan elkaar te plakken met het Natuur Netwerk Nederland (NNN) gaat volgens hem best goed. „Driekwart van de natuurgebieden is al gerealiseerd of staat op het punt te worden ingericht. Er is ook veel draagvlak voor, zoals in de Onlanden en de Hunze.” Met die projecten krijgt natuur, biodiversiteit en waterkwaliteit een flinke verbetering.
Het verbeteren van natuurherstel zal ook wel moeten, zelfs al wil het nieuwe kabinet erop bezuinigen. Hoekstra: „Met natuurherstel creëer je ruimte voor vergunningen in de landbouw of woningbouw.”
Gezonder eten
Over landbouw gesproken, Hoekstra ziet daar mooie ontwikkelingen: steeds meer gaat men over van dierlijk naar plantaardige producten. Dat zie je het beste als je kijkt naar het assortiment in de supermarkten. „Dat betekent dat we ook gezonder gaan eten.”
Heel even gaat de jubelbril af „Als we al deze stappen niet maken, rijden we met een grote snelheid tegen een muur aan.” Hij somt binnen luttele seconden elke gevolgen op: zeespiegelstijging van enkele meters, vluchtelingstromen, verzilting, weersextremen die het landbouwsysteem de nek omdraaien, verdwijnende biodiversiteit, microverontreiniging en gezondheidsproblemen in ons leven.
Dat willen we voor zijn. En dat kan ook, mits we accepteren dat we over vijftig jaar een andere wereld en een andere economie hebben, zegt Hoekstra. „Niet zo zeer het Bruto Nationaal Product moet onze welvaart bepalen, maar het ‘Bruto Nationaal Geluk’.”
„Een klimaatcrisis vraag om een ander systeem. Worden we echt gelukkig van veel reizen en al dat consumeren? We zullen anders gaan eten, anders energie gebruiken en herwaarderen wat dichtbij is. Onze leefstijl gaat veranderen, maar dat betekent niet dat ons welzijn krimpt.”
Duurzaamheid is steeds minder de afwijking van de norm en gaat de komende vijf jaar zeker niet zal stoppen, meent Heleen van Wijk, die niet alleen werkt bij Seaports maar ook voorzitter is van het bestuur van Circulair Groningen.
Heleen van Wijk is hoofd duurzaamheid bij Groningen Seaports, voorzitter van Circulair Groningen en jurylid voor de Duurzame Dertig. Foto: Anjo de Haan
„Als je kijkt naar de mens en zijn omgeving dan zie je dat bestaanszekerheid een heel belangrijk issue geworden is’’, zegt ze. „En dat zie je terug in hoe mensen duurzame keuzes maken in hun dagelijks leven. Je ziet dat we weer meer gaan repareren maar bijvoorbeeld ook onze kleding steeds vaker uit gaan wisselen. Het wordt echt steeds meer de norm.”
Het past bij een andere trend, die van slow living. We kiezen er weer vaker voor om een stapje terug te doen en bewust ergens mee bezig te zijn. „We zijn weer meer dingen zelf aan het doen. Kijk bijvoorbeeld naar de populariteit van de moestuin. Zelf vind ik het ook heerlijk om daar met mijn bonusdochters in de weekenden druk mee bezig te zijn. Ik verwacht dat dat zelf doen ook echt wel meer gaat toenemen. Je hoorde het voorheen vooral in de duurzame bubbel. Nu kan er zo maar iemand op een verjaardag over beginnen.”
Omdat duurzaamheid een belangrijker onderdeel van ons dagelijks leven is geworden, denkt Van Wijk dat dit ook van alles in gang zet bij bedrijven. ,,Afgelopen vijf of tien jaar was het vooral de vraag: wat is duurzaamheid nou eigenlijk? Dat is aan het schuiven. We komen nu in het tijdperk dat het essentieel is. En de consument daar ook heel bewust in kiest en daarom ook om transparantie vraagt van bedrijven.”
Groene kant belangrijk
Voor alle bedrijven zal in de nabije toekomst de groene kant een wezenlijk onderdeel van de bedrijfsvoering worden. ,,Het is iets dat door het hele bedrijf heen gaat. De tijd van greenwashing is wel voorbij. Je kan niet meer je eigen vervuiling compenseren door mee te doen aan een project om bos te planten. Je moet het in je eigen bedrijf aan gaan pakken. Kijken waar jij zelf in je processen kan vergroenen.”
Wetgeving wordt daarin ook steeds dwingender. De verplichte duurzaamheidsrapportage vanuit de Europese Unie, de CSRD, speelt daarbij een belangrijke rol. ,,Grote bedrijven hebben daar nu al mee te maken. Maar dat werkt door in de keten. Ook de kleinere partijen waar zij mee werken moeten daarmee aan de slag.”
Ondanks het positieve gevoel, vindt ze de komende jaren wel spannend. „Ik hoop dat we het ook echt gaan doen. Dat we in de aanpakmentaliteit blijven zitten die er nu is. Anders halen we die doelen van 2050 nooit.”
Over 2050 gesproken, hoe ziet Van Wijk de verre toekomst? Wat is duurzaamheid over vijftig jaar? „Ik hoop dat we dan in ieder geval CO2-neutraal zijn. Dat moet gewoon echt. En als ik dan met mijn kinderen door de haven rijd dat we een industrieterrein zien dat niet alleen groen doet maar dat ook uitstraalt. Dat we echte transparantie hebben, minder hoge hekken. We zijn op weg. Maar daar is echt nog wel een tijd voor nodig.”