Inwoners van Annerveenschekanaal Ina Oortwijn (links), André Hagendijk (midden) en Marie-Claire Neesen (rechts) van actiegroep Gaston strijden voor toevoeging van het dorp aan de waardedalingsregeling. Foto: Harry Tielman
Inwoners uit Annerveenschekanaal en emeritus hoogleraar George de Kam krijgenopnieuw nul op het rekest. Ondanks hun kritiek op de waardedalingsregeling, ziet staatssecretaris van Mijnbouw Hans Vijlbrief geen aanleiding om de regeling aan te laten passen.
Ja, er is iets ongemakkelijks aan de hand in Annerveenschekanaal, erkent staatssecretaris van Mijnbouw Hans Vijlbrief. Inwoners komen niet in aanmerking voor een vergoeding voor waardedaling van hun huizen door aardbevingen, terwijl bewoners van omliggende dorpen daar wel beroep op kunnen doen.
Toch ziet hij geen reden om het lintdorp toe te voegen aan de waardedalingsregeling. Dat laat hij weten in beantwoording op schriftelijke vragen aan Tweede Kamerlid Sandra Beckerman (SP). Zij stelde vragen over het uitsluiten van het dorp en kritiek daarop van George de Kam, emeritus hoogleraar volkshuisvesting en grondmarkt aan de Rijksuniversiteit Groningen.
In een reactie geeft Vijlbrief aan de opvattingen van De Kam niet te delen. De emeritus hoogleraar is kritisch op de huidige waardedalingsregeling van het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG). Hij stelt dat de compensatie voor duizenden huiseigenaren eerlijker moet en kan.
Een van de kanttekeningen die hij plaatst, is dat vijf postcodegebieden onterecht buiten de regeling vallen. Het gaat om 1762 huiseigenaren in Annerveenschekanaal, De Groeve, Noordhorn, Den Horn en Oldehove. Om voor de regeling in aanmerking te komen, moet bij 40 procent van de huizen in een postcodegebied schade zijn gemeld. Maar volgens De Kam is er in die postcodegebieden al sprake van waardedaling bij 30 procent schademeldingen.
Geen aanpassingen
Vijlbrief ziet geen aanleiding om de regeling aan te passen. In het rapport waarop het IMG zich baseert, concluderen de onderzoekers dat een afbakening anders dan het schadepercentage van 30 procent leidt tot een betere en betrouwbaardere uitkomst.
Naar aanleiding van een dorpsactie, zo’n anderhalf jaar geleden, vroeg Vijlbriefin september het IMG opnieuw naar de situatie in Annerveenschekanaal te kijken. Ook toen werd geen aanleiding gezien om het gebied toe te voegen aan de regeling.
Vijlbrief benadrukt dat de inwoners van Annerveenschekanaal wel in aanmerking komen voor een subsidie tot 10.000 euro voor het verbeteren of verduurzamen van hun huis. Ook komen inwoners vande gemeente Aa en Hunze, waar het lintdorp onder valt, in aanmerking voor een subsidiebijdrage van 50 procent tot een bedrag van maximaal 20.000 euro voor woningisolatie.
Het IMG verdiepte zich in 2020 in de suggesties van De Kam, maar besloot er niets mee te doen. Zo stelde de professor voor dat huiseigenaren een vergoeding moeten krijgen op basis van adres in plaats van een gemiddelde per postcodegebied en om met grondsnelheid te rekenen in plaats van het aantal bevingen.
‘Doorslaggevend daarbij was dat de gekozen methode voor het overgrote deel van woningeigenaren in het gebied tot hogere schadevergoedingen leidt, meermaals is gevalideerd door een onafhankelijke adviescommissie en dat van een onderschatting van de schade geen sprake is’, staat in de reactie van Vijlbrief.
De Commissie van Geel, die onuitlegbare verschillen tussen aardbevingsgedupeerden onderzocht, is het eens met de conclusie van Vijlbrief. De methode die in Annerveenschekanaal wordt gebruikt is rechtmatig en ruimhartiger dan de wet vereist.
Het onderwerp komt het eerstvolgende commissiedebat Mijnbouw/Groningen aan bod. Wanneer dat plaatsvindt, is niet bekend.