Bij het bedrijf Hogenhout in Kimswerd wordt al druppelirrigatie toegepast. Planten wordt gedruppeld door een stelsel van leidingen, slangetjes en druppelaars. Foto: Niels de Vries
Het wateroverschot is de afgelopen weken rap weggepompt zodat boeren hun akkers op kunnen. Droogte in de zomer ligt daardoor weer op de loer. Kunnen akkerbouwers ook ‘natter boeren’?
2023 was het natste jaar ooit gemeten én een van de droogste jaren. Dat bleek uit het jaarlijkse KNMI-rapport De staat van ons klimaat, dat woensdag verscheen. Er viel gemiddeld 1152 millimeter neerslag in Nederland. Het vorige record stamt uit 1998 (1109 millimeter). Dat terwijl het neerslagtekort in juni en juli groter was dan in de 5 procent droogste jaren die we ooit hebben gemeten. Wereldwijd was 2023 het warmste jaar ooit gemeten, deels door klimaatopwarming, deels door het terugkerende natuurverschijnsel El Niño waarbij de oceaan tijdelijk opwarmt.
Ondanks de huidige natheid, waarschuwen experts dat er komende zomer best wel weer een enorme droogte kan optreden. De grond is verzadigd, maar het overtollige regenwater in rivieren, sloten en kanalen is in rap tempo afgevoerd. Als het deze zomer opnieuw weinig regent en erg warm is (dus veel verdamping) zullen natuurbeheerders wederom de ‘vijf-voor-twaalfs’ en ‘noodklokken’ uit de kast halen om te beschrijven hoe de natuur eraan toe is.
We moeten water dus op minder grote schaal afvoeren, zou je zeggen. Maar dat is lastig voor akkerbouwers, omdat zij op hun natte land dan geen gewassen kunnen verbouwen. ,,De boer gaat het liefst zo snel mogelijk in het voorjaar het land op, om zo de risico’s van een oogst onder te natte omstandigheden in het najaar te verkleinen. Zo’n natte oogst is slecht voor zowel de kwaliteit van de bodem als die van gewassen”, verklaart Carina Rietema, projectleider bij Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw (SPNA).
Waterschappen kunnen wel wat sturen: een lager waterpeil in een gebied met veel landbouw en een hoger peil bij veel natuur. Maar dit kan niet overal. De vraag is daarom ook: kunnen boeren dan niet op nattere akkers gaan werken? Lees hier vier innovaties.
1. Jaarronde beplanting en kruimige bodemstructuur
Akkerbouwer Erwin Westers uit Hornhuizen noemt zich regeneratieve bio-dynamische akkerbouwer en zorgt in de winter voor kruidenrijke plantjes (zogenoemde ‘groenbemesters’) op zijn bodem. Die planten leggen niet alleen mineralen en andere zaken (zoals stikstof en CO2) vast in de bodem, maar zorgen ook voor een lossere bodem met meer ‘organische stof’. Water kan dan beter infiltreren en vastgehouden worden.
Als boer Westers in het voorjaar de planten weghaalt, om gewassen te zaaien of poten, ploegt hij alleen ondiep. Het gevolg van zulke ‘conserverende grondbewerking’ is dat de bodemstructuur intact blijft en het water wederom beter in de ondergrond komt. Percolatie heet dat met een moeilijk woord: water bereikt de onverzadigde zone van de bodem.
Bij veel landbouwbedrijven is het gebruikelijk om geulen in de akkers te maken om ‘overtollig’ water snel naar de sloot af te voeren. Westers doet het anders: ,,Ik heb mijn greppelfrees, waarmee je geulen maakt om water af te voeren, al zes jaar niet gebruikt.” Hij merkt dat zijn aanpak werkt: in de zomer heeft hij minder impact van hitte en verdamping dan voorheen, toen hij nog niet op deze manier werkte.
2. Andere machines en rijpaden
Een manier om de bodem ook doorlatend te houden, is door dezelfde rijpaden te gebruiken met machines en trekkers. Met nieuwe gps-techniek kan Westers vrijwel op de centimeter nauwkeurig van dezelfde paden gebruik maken. Met extra smalle banden en een zelf ontworpen rooimachine blijven die stroken ook zo smal mogelijk. Dat is positief voor de bodem en de opbrengst, want op rijpaden groeit niets.
Rijpaden op natte aardappelvelden: door hevige regenval blijft het water vooral op die paden staan. Foto: Jilmer Postma
De rijpadenteelt is wel in opkomst, merkt ook onderzoeker Rietema. ,,Maar dat zijn kostbare keuzes. Je schaft dan bijvoorbeeld een trekker met een bepaalde breedte aan, maar dan moeten al je andere machines diezelfde breedte weer hebben.”
Ook zijn er innovaties op banden. Rupsvoertuigen geven minder verdichting en luchtdrukwisselsystemen zorgen dat trekkers met plattere band over de akker kunnen. De sporen worden weliswaar breder, maar je kunt het gewicht van de machine over een groter oppervlak verdelen waardoor minder verdichting ontstaat.
Bij een proefproject in Anna Paulowna in de kop van Noord-Holland draait alles om het vasthouden en opslaan van overtollig regenwater. ,,Wat teveel valt in het najaar, dat gaan we oogsten”, zegt Jan Broos, projectleider van Zoetwaterboeren. ,,De boer moet eigenlijk watermanager worden van zijn eigen bedrijf.”
Dat gebeurt in het project door overtollige regenwater via drainagebuizen niet in de sloot af te voeren maar in een grote wateropslag. Afgelopen jaar werd regenwater bovendien ondergronds opgeslagen. Op drie en tien meter onder de grond zit een kleilaag. Daartussenin wordt (gezuiverd) regenwater geïnjecteerd, om het vervolgens in de zomer weer naar boven te halen. Het zoete water bleek niet erg vermengd met het zoute water in de bodem.
Zoetwater vasthouden is voor alle boeren van belang: het gaat verzilting tegen. Om die reden vindt op Texel een vergelijkbare proef plaats onder de noemer ‘Zoete Toekomst’.
Graven bij proefboerderij in Anna Paulowna voor ondergrondse wateropslag. Foto: Zoetwaterboeren
In 2022 is het vierjarige project in Anna Paulowna begonnen. Volgens Broos is het een succes. „Zeker omdat het grondwater mineralen meeneemt uit de bodem. Er zitten meer voedingsstoffen in die onderlaag. De bemesting kan daardoor ook omlaag.”
4. Druppelirrigatie
De kunst voor boeren is uiteindelijk om in de zomer ook minder water te gebruiken, zodat er meer overblijft voor natuurgebieden. Druppelirrigatie is in opkomst. Dat zijn slangen die gerichter water geven aan sommige gewassen. Met de irrigatieslangen verdampt er veel minder water als bij een sproeikanon. Planten blijven het hele seizoen groeien en belanden niet in ‘ruststand’ bij langere droogte. Op die manier kunnen boeren de groei van gewassen beter sturen met minder water.
„Met name in Zuidwest-Nederland zie je dat steeds meer, omdat daar de droogteproblematiek het grootst was”, zegt ook akkerbouwspecialist Arjen Brak van LTO. „Het zaadje of de plant krijgt de precieze hoeveelheid die het nodig heeft. En je kunt kunstmest toevoegen aan het water en dat kun je ook heel specifiek toedienen.” Zo heb je ook gelijk minder uitspoeling van stikstof naar het water.