Het Nijsinghhuis in Eelde, onderdeel van ensemble De Buitenplaats in Eelde. Foto Museum De Buitenplaats
Er gloort een meerderheid voor het plan om Museum De Buitenplaats in Eelde onder de vleugels te brengen van het Drents Museum en Het Drentse Landschap.
Dat bleek dinsdagavond tijdens een raadsvergadering van de gemeente Tynaarlo op het gemeentehuis in Vries. Het besluit over de toekomst van het noodlijdende complex wordt vermoedelijk eind volgende maand genomen. Eerst volgt nog een extra vergadering op 9 januari.
Aanvankelijk was het de bedoeling dit jaar een uitspraak te doen. Voornaamste reden voor het uitstel is tijdgebrek bij de gemeenteraad. Dinsdag werd voorrang gegeven aan de behandeling van een motie over woningbouw in Eelderwolde.
‘Een mooi plan’
Een rondgang door burgemeester Marcel Thijsen langs de fracties maakte duidelijk dat een meerderheid voorstander is van omvorming tot Drents Museum De Buitenplaats. Nagenoeg alle raadsfracties spraken van een ‘mooi plan’.
Een aantal fracties, die eerder een motie indienden om andere opties te onderzoeken, gaf aan nog wel vragen en mogelijke voorwaarden te willen stellen. Alleen het CDA, dat met Henk Middendorp in de raad een zetel bezet, hield de kaarten voor de borst.
Peter Tholen, voorzitter van de stichting Vrienden van Museum De Buitenplaats. Foto Mediahuis Noord
Dat gebeurde na een betoog van voorzitter van de stichting Vrienden van Museum De Buitenplaats Peter Tholen die de hechte band tussen Eelde en het museumcomplex benadrukte. Tholen, inwoner van Eelde, riep de raad op ‘een grandioos mooi aanbod’ van het Drents Museum en Het Drentse Landschap aan te pakken.
Museum voor kunst rond 1900
,,Het museum ís van Eelde. Het museum ís van de inwoners”, aldus Tholen. ,,Het aanbod gaat ervoor zorgen dat Nederland in Eelde te gast is. Zo’n gouden kans voor de kunst, voor de inwoners en de ondernemers komt nooit weer terug.”
Een week eerder had directeur Harry Tupan van het Drents Museum uit de doeken gedaan wat de plannen zijn. Bedoeling is museum, tuin, museumcafé en Nijsinghhuis met steun van zowel gemeente als provincie als geheel te behouden. Het museum zou zich in de nieuwe constructie toeleggen op het tonen van kunst rond 1900 en jaarlijks 30.000 en uiteindelijk misschien wel 50.000 bezoekers kunnen trekken.