Het Nijsinghhuis en Museum De Buitenplaats in Eelde Foto Sake Elzinga
De Buitenplaats in Eelde wacht een van de meest spannende weken uit het bestaan. Valt het complex uiteen, gaat het museum op slot, of komt het onder de hoede van het Drents Museum en Het Drentse Landschap?
Dinsdag werd de gemeenteraad van Tynaarlo bijgepraat over de toekomstmogelijkheden van het in 1996 geopende museum en het monumentale Nijsinghhuis. Volgende week dinsdag moet de raad over die toekomst besluiten. Doen ze dat niet dan is het einde verhaal voor de twee stichtingen die het complex op dit moment bijeenhouden.
Onder anderen directeur Harry Tupan van het Drents Museum probeerde de raad ervan te overtuigen te kiezen voor een nieuwe start als Drents Museum De Buitenplaats. De focus moet daarbij op kunst rond 1900 komen te liggen, met name art nouveau. Het Drentse Landschap zal zorgen voor de tuin en gebouwen, waaronder het Nijsinghhuis.
Het college van Tynaarlo ziet veel in dit plan, dat is voorbereid door oud-gedeputeerde en voormalig burgemeester Cees Bijl. Maar binnen de raad bestaan twijfels. Sommige raadsleden vrezen dat De Buitenplaats na de overname te elitair wordt. Eelde zou beter af zijn als bijvoorbeeld de bibliotheek en het Klompenmuseum in het complex onderdak krijgen.
Provinciaal belang staat op het spel
Een lokale invulling is niet zonder risico, schetste gemeentesecretaris Peter Koekoek namens het college. Zo zou De Buitenplaats aan provinciaal belang verliezen en geen substantiële provinciale steun kunnen ontvangen. Volgende week discussiëren provinciale staten over de situatie in Eelde.
Gaat het reddingsplan niet door, dan zijn er volgens Koekoek grofweg twee alternatieven. Bij het eerste gaat stichting Museum De Buitenplaats in afgeslankte vorm verder, zal het museum vaak gesloten zijn en verliest een deel van het personeel zijn baan. Bij het tweede wordt de stichting opgeheven, gaat het museum dicht en komen het museumgebouw en de grond beschikbaar voor de gemeente.
Complexe situatie met financiële risico’s
Omdat de stichting achter het Nijsinghhuis eveneens financiële problemen heeft, ligt volgens het college verkoop van 17de-eeuwse pand in het verschiet – de gemeente heeft recht op eerste koop. Gevolg is een complexe situatie met financiële risico’s en geen duidelijke bestemming in het hart van een dorp dat al jaren wacht op een verlossende ingreep.
Museumdirecteur Tupan deed dinsdag veel moeite om duidelijk te maken dat Eelde baat heeft bij een Drents Museum De Buitenplaats. Hij opperde niet alleen mogelijkheden om vanaf september 2024 objecten te tonen die met de geschiedenis van Eelde te maken hebben, maar zinspeelde tevens op een spin-off voor de middenstand én een museumwagen tijdens het Bloemcorso.
Het reddingsplan moet het nieuwe museum 30.000 en op termijn wellicht 50.000 bezoekers per jaar kunnen opleveren. Om dat te realiseren wordt volgens Tupan een ‘spectaculair tentoonstellingsprogramma’ ontwikkeld. „Geen saaie hap. We gaan sprankelen en shinen. We gaan zorgen dat er iets gebeurt”, aldus de museumdirecteur.
