Olga Wiese bij 'De serenade' van Judith Leyster in Museum De Buitenplaats. Foto: Jaspar Moulijn
Sinds deze week is het schilderij De serenade van Judith Leyster te zien in museum De Buitenplaats. In Eelde heeft een van de belangrijkste vrouwelijke kunstenaars van de 17de eeuw een plek gekregen tussen vrouwelijke kunstenaars van deze tijd.
Nog maar net bekomen van de tournee van Rembrandts De vaandeldrager heeft het Rijkmuseum in Amsterdam opnieuw kunst het land ingestuurd. Onder de noemer Match zijn deze zomer twaalf topstukken uit de hoofdstad te zien in twaalf musea verspreid over twaalf provincies. In elk museum worden ze getoond in combinatie met een regionaal topstuk.
In Drenthe klopte het Rijkmuseum aanvankelijk aan bij het Drents Museum met vraag of ze plek hadden voor De serenade van Judith Leyster. Dat bleek niet het geval. Het museum in Assen heeft de handen vol aan de komst van twintig Van Goghs. Zo kwam museum De Buitenplaats in beeld voor het Match-project.
In Eelde hoefden ze niet lang na te denken over een geschikte combinatie. Een jongeman met een luit past prima tegenover een dame met een zingende zaag – Sandvikens troost van Olga Wiese uit 2003.
Een warme band met De Buitenplaats
Wiese heeft al jaren een warme band met De Buitenplaats. Ze is een van de kunstenaars die in het naastgelegen Nijsinghhuis wandschilderingen heeft achtergelaten; deze zomer werkt ze er een af. Het museum heeft haar kunst in collectie en in 2011 was in Eelde Wiese’s tentoonstelling Het rijk der kneuzen te zien.
De tentoonstelling Vrouwen van De Buitenplaats toont werk van onder anderen Clary Mastenbroek. Foto: Jaspar Moulijn
Match gaf aanleiding om flink uit te pakken. Zo is tegelijkertijd met De serenade en Sandvikens troost de tentoonstelling Vrouwen van De Buitenplaats te zien met kunst van Clary Mastenbroek, Trudy Kramer, Tamara Muller en Dorothé van Driel. Wiese neemt in dit gezelschap een prominente plaats in. Van haar hand zijn meerdere, recent gemaakte grote schilderijen te zien.
De keuze voor vrouwen past in een trend die al een aantal jaren gaande is, signaleert Barber van der Laan. Samen met Elske Frentz en Mariëtta Jansen stelde ze Vrouwen van de Buitenplaats samen: ,,Het mag eindelijk onder de aandacht worden gebracht. Die aandacht moet blijven. Kunst van vrouwen moet genormaliseerd worden.”
Meer kunst van vrouwen dan in grote musea
Uit een voorlopige inventarisatie van de collectie van De Buitenplaats blijkt dat vrouwelijke kunstenaars in Eelde verhoudingsgewijs goed vertegenwoordigd zijn. Van der Laan schat dat op een totaal van zo’n 1300 objecten zo’n 35 procent door vrouwen is gemaakt. ,,Dat is verhoudingsgewijs meer dan in de collectie van veel grote musea”, zegt ze.
Vermoedelijk heeft het te maken met Janneke van Groeningen, samen met haar man Jos grondlegger van het museumcomplex. Op haar voorspraak werd bijvoorbeeld werk aangekocht van glaskunstenaar Dorothé van Driel.
Naast grote schilderijen van recente datum is in Eelde ook kleiner werk te zien van Olga Wiese. Foto: Jaspar Moulijn
Andere oorzaak is het florerende Groninger kunstklimaat in de jaren 80: Clary Mastenbroek, Trudy Kramer en Olga Wiese maakten deel uit van dezelfde kring als Matthijs Röling en Wout Muller. Met elkaar legden ze de artistieke basis voor De Buitenplaats. Het is de vraag hoe met dat gegeven wordt omgegaan als het museumcomplex straks onder de vleugels van het Drents Museum wordt gebracht.
‘Het is mode, maar ook noodzakelijk’
Dat kunst van vrouwen een actueel thema is, weet uiteraard ook Olga Wiese. ,,Het is mode, maar ook noodzakelijk”, zegt deze. ,,Vrouwelijke kunstenaars worden nog steeds beperkt. Kijk naar het Groninger stadhuis op de Grote Markt. Dat is net opgeknapt. Daar hangen 130 werken. Daar zitten vijf vrouwen bij. Nu is er ter gelegenheid van de renovatie ook nieuw werk gemaakt. Wat denk je? Een gemiste kans.”
Museum De Buitenplaats toont recent werk van Olga Wiese. Foto: Jaspar Moulijn
Wiese (Middelburg, 1944) heeft zich als vrouwelijk kunstenaar soms beperkt gevoeld, vertelt ze. ,,Natuurlijk hangt het van je karakter af. Ik ben niet iemand die erg aanwezig is. Het werk moet het doen, vind ik. Bij een vrouw werkt dat niet altijd in het voordeel. Dat was zo en dat is nog zo. Er komen nu veel vrouwen van de kunstacademie. Je ziet hun werk in de kleine galeries, maar niet in de grote musea.”
Een vrouw moet zich extra bewijzen
Toen Judith Leyster De serenade schilderde was ze 20 jaar en zo beloftevol dat ze bij hoge uitzondering werd toegelaten tot het Haarlemse kunstenaarsgilde. Ze raakte echter uit beeld toen ze trouwde met de schilder Jan Miense Molenaer en niet langer onder eigen naam werkte.
Sandvikens troost (2003) van Olga Wiese. Foto: Jaspar Moulijn
Vergeleken met de tijd van Judith Leyster (1609 – 1660) is veel ten goede veranderd. ,,Je kunt nu als vrouw van iedere kunstkring lid worden”, weet Wiese. ,,Maar nog steeds moet je je als vrouw extra bewijzen. Dat is niet alleen in de kunstwereld zo. Dat speelt in de hele maatschappij.”
Wiese wil best voor vrouwen opkomen, zegt ze. ,,Maar dat is niet iets waar ik aan denk als ik aan het schilderen ben. Als ik aan het schilderen ben, schildert er geen vrouw met een achterstand.”
De serenade van Judith Leyster is tot en met 3 september te zien in Museum De Buitenplaats in Eelde. Vrouwen van De Buitenplaats is tot en met 29 oktober te zien.
Twaalf matches in twaalf musea
Meisje aan het ontbijt van Jean Etienne Liotard, te zien in het Groninger Museum
Ook in andere in musea worden schilderijen uit het Rijksmuseum gematched met kunstwerken. Zo is in het Groninger Museum Meisje aan het ontbijt van Jean Etienne Liotard uit 1755 te zien in combinatie met Meisje aan de pomp uit 1872 van Matthijs Maris. Museum Het Hannemahuis in Harlingen combineert Huwelijksportret van een stel (1622) van Frans Hals met de huwelijksbokaal die Willem Anskes Zeestra in 1691 vervaardigde. In Stedelijk Museum Kampen is Moedertaak (1660) van Pieter de Hooch te zien tegenover het ongedateerde Moeder met kind van Hein Kever.