Eerste Kamerleden krijgen een rondleiding door de opvangtenten van burgemeester Klaas Sloots van Stadskanaal. Foto: René Paas (via X)
Met de behandeling van de spreidingswet later deze maand in het vooruitzicht, proberen Groningse burgemeesters met een slotoffensief Eerste Kamerleden te overtuigen van de noodzaak van de wet.
Een wanhoopspoging willen burgemeesters Jaap Velema van Westerwolde en Klaas Sloots van Stadskanaal het uitnodigen van de senatoren niet noemen. „Ik zou het eerder strijdvaardig noemen”, zegt Velema. „Alleen komt die strijdvaardigheid wel voort uit woede en frustratie.”
Het mag duidelijk zijn dat Sloots, Velema en hun collega’s in de rest van de provincie er niet gerust op zijn dat de spreidingswet daadwerkelijk wordt aangenomen. Door direct met de Eerste Kamerleden te praten, proberen ze alle ruis weg te nemen. „Het gaat niet over de instroom, veiligelanders en wie wel en wie niet”, zegt Sloots. „Het gaat om de mensen die hier al zijn.”
Elf senatoren in een grote witte noodopvangtent
De wet die de asielopvang gelijkmatig over het land moet verdelen, wordt op 16 januari behandeld in de Eerste Kamer. De Tweede Kamer was al akkoord, maar sinds de verkiezingen in november ligt de wet politiek weer ter discussie. Het zorgt voor twijfel bij Sloots, want wat gaat de Eerste Kamer doen?
In de week voor kerst vroeg hij daarom de Eerste Kamerleden naar Stadskanaal te komen. Elf senatoren van BBB, VVD, CDA, PvdA-GroenLinks, ChristenUnie, D66 en JA21 gingen op die uitnodiging in. En zo zaten ze donderdagavond ineens aan tafels in een grote witte tent aan de Manegelaan in Stadskanaal. De tent die al een maand gebruikt wordt als noodopvanglocatie voor als Ter Apel weer eens overloopt.
„Dan voel je waar het over gaat”, legt Sloots de keuze voor de tent uit. „Zo fraai is die opvang niet. Maar hier kom je wel in terecht als het niet in alle gemeenten goed geregeld wordt. We doen ons stinkende best om de opvang zo vriendelijk en aardig mogelijk te doen, maar het blijft een tent. Het is de laatste stap voordat je buiten ligt.”
‘Het was een indringende bijeenkomst’
Hij houdt een goed gevoel over aan het gesprek met de elf Eerste Kamerleden. Naast Sloots en Velema laten ook de Veiligheidsregio en provincie van zich horen. Net als de politie Noord-Nederland, het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) en de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
„Het was een indringende bijeenkomst”, zegt Sloots. „Je kon soms een speld horen vallen. Men was onder de indruk. Het is toch anders om het van mensen die er dagelijks in zitten te horen dan als je het op papier leest.”
Velema is vooral blij dat de senatoren überhaupt naar Stadskanaal zijn gekomen om zich te laten informeren. Nog niet zo lang geleden zat hij op de publieke tribune van de Tweede Kamer toen de VVD plots een bom legde onder de spreidingswet. „Toen overheerste de boosheid”, zegt hij nu. „Maar uiteindelijk bepaalt de Eerste Kamer zijn eigen koers en dat vind ik hoopgevend.”
Maar de angst dat de kabinetsformatie invloed heeft op de spreidingswet is er nog wel. Velema: „Je kunt de opvangcrisis toch niet ondergeschikt maken aan de belangen aan de formatietafel? Er zitten 30.000 mensen in de noodopvang en er komen ook nog mensen bij.” Daar moet je iets mee, vindt hij.
Hoop en twijfel wisselen elkaar af
Met de PVV, SP, Partij voor de Dieren, Forum voor Democratie, SGP, Volt, 50PLUS en de onafhankelijke senaatsfractie OPNL waren er ook acht fracties niet bij in Stadskanaal. Met name die laatste twee kunnen een doorslaggevende rol spelen, omdat ze zich nog niet nadrukkelijk hebben uitgesproken over de spreidingswet. Velema noemt het jammer dat niet alle partijen erbij waren, maar is ervan overtuigd dat de juiste informatie via het debat toch haar weg vindt. En tegenstanders van de wet, zoals BBB en de VVD, hoopt hij van gedachten te doen veranderen.
Of de spreidingswet uiteindelijk wordt aangenomen, weten Velema en Sloots nog niet. „Ik vind het wel spannend”, zegt Sloots, die zijn hand er niet voor in het vuur durft te steken. „Maar ik heb wel het gevoel dat wij het maximale er aan hebben gedaan. Het is nu aan de Eerste Kamer.”
Velema houdt hoop. „Heel bestuurlijk Nederland heeft zich uitgesproken voor deze wet. Ik wil geloven dat de logica en de rede het wint van de angst voor de kiezer.”