Asielzoekers wachten en slapen in zelfgemaakte slaapplaatsen van dranghekken en dekens buiten voor de poort bij het aanmeldcentrum in Ter Apel. Foto: ANP/Vincent Jannink
Honderden asielzoekers voor het hek, luifels voor schaduw, kinderen die slapen in het gras. Vier weken nationale crisisaanpak heeft het bomvolle asielcentrum in Ter Apel nog niets opgeleverd.
‘Dit is om je te schamen’, zei Mark Rutte op vrijdag 17 juni over crisis rond het asielcentrum in Ter Apel. In de tenten die het Rode Kruis had opgezet omdat er te weinig bedden waren, was gebrek aan voedsel, water en veiligheid. Zo kon het niet langer, besloot het kabinet, en richtte een ‘nationale crisisstructuur’ op.
Ter Apel zou ontlast worden met extra crisisnoodopvang, en ondertussen werd gewerkt doorstroming in de asielketen op (middel)lange termijn. Oftewel: het zorgen voor grote locaties voor pakweg duizend mensen, zoals asielboten, en huisvesting van statushouders die plekken bezet houden in de azc’s.
Blaren op de tong
Het probleem van deze crisisstructuur: alles moet nog steeds in samenwerking en ‘goed overleg’. En belde de staatsecretaris zich al die maanden daarvoor juist niet al ‘de blaren op de tong’ om hulp te krijgen van gemeenten en veiligheidsregio’s? Maakt zo’n structuur dan verschil?
De eerste maandag na het uitroepen van een nationale crisis liep het eerste overleg van de staatssecretaris met de veiligheidsregio’s stuk. Later in de week bereikten ze wel een akkoord, maar de eerste afspraken op korte termijn zijn nog niet overal nagekomen. ‘In afwachting van het openen van de afgesproken crisisnoodopvanglocaties’, schreef de staatssecretaris vorige week aan de Kamer, ‘is de verwachting dat de situatie in Ter Apel kritiek blijft’.
Schuilen voor de zon
Nog steeds is het COA elke dag aan het rondbellen om locaties te vinden. In Ter Apel is het improviseren. Vanwege het warme weer schuilden asielzoekers dinsdag onder witte zeiltjes voor de zon, inmiddels heeft het COA luifels opgehangen en stromend water geregeld voor de wachtenden. Er zijn speelgoed en badjes voor de kinderen.
In het gras liggen mensen te slapen. Velen zijn uitgeput van het heen-en-weer gezeul en de onduidelijkheid. Sommigen slapen ‘s nachts vrijwillig buiten om in Ter Apel te kunnen blijven voor de registratie. Gedwongen buiten slapen is nog net niet nodig geweest, wel slapen vrijwel elke nacht mensen op stoelen in de wachtruimtes van het aanmeldcentrum. Dat is ‘normaal’ geworden.
‘Enorme tegenslag’
Terwijl woensdagochtend weer meer dan honderd mensen buiten de poort van Ter Apel zaten te wachten, besloot de gemeente Vlissingen vanwege een kritische gemeenteraad toch niet akkoord te gaan met de komst van een cruiseschip voor ruim duizend asielzoekers .
,,Een enorme tegenslag”, zegt woordvoerder Anneloes Geerts van het ministerie van Justitie en Veiligheid die schetst dat iedereen binnen die nationale crisisstructuur keihard werkt. ,,Die grote locaties hebben we juist zo hard nodig.” Vlissingen bewijst dat hoe ‘nationaal’ deze crisis ook mag zijn, extra opvangcapaciteit nog altijd afhangt van lokale besluiten.
Niet doorgepakt maar doorgepraat
Op dezelfde woensdag kondigde Utrecht aan dat de gemeente statushouders zes weken lang voorrang geeft op sociale huurwoningen. Ook een lokaal initiatief. In de rest van het land wordt vooral nog overleg gevoerd over hoe de 7500 statushouders gehuisvest moeten worden. Afgesproken deadline: over vier weken.
Nu wordt er eindelijk doorgepakt, was de hoop bij het uitroepen van de problemen in de asielopvang tot ‘nationale crisis’. Tot nog toe wordt er vooral doorgepraat. Ter Apel is voorlopig nog geen steek verder.