Honderdzestien dames lopen van Westerbork naar Groningen. Zoals oma Willempje, mevrouw Snijder, Mechteld en 113 anderen dat deden in de Tweede Wereldoorlog
Vorig jaar werd de Vrouwenmars van Westerbork naar Groningen gelopen. Op 9 april aanstaande de 25 kilometer van Groningen naar Grijpskerk. Foto: Marcel Jurian de Jong
De ochtendmist hangt nog in de lucht. Het is vrijdag 7.15 uur als 116 vrouwen zich verzamelen bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Klaar om de Vrouwenmars van Westerbork naar Groningen te lopen, ter nagedachtenis aan de vrouwelijke politieke gevangenen die de tocht 76 jaar geleden maakten.
Willempje Burger-Boeve, zo heette hun oma. De zussen Wilma Stoellinga (60) uit Putten, Petra Schuurmans (57) uit Zürich en Willie Mulderij (54) uit Garderen lopen de Vrouwenmars vrijdag voor haar. Veel vertelde ze niet over de oorlog, weten de zussen. Maar dat ze veel heeft meegemaakt, is zeker. ,,Het is best emotioneel’’, zegt Mulderij. ,,We staan stil bij hoe het voor haar moet zijn geweest om deze tocht te lopen. Wat een ontberingen en wat voor angst moet zij gevoeld hebben.’’
De zussen zijn drie van de 116 vrouwen die vrijdag van Westerbork naar Groningen lopen, een tocht van 40 kilometer. Ze hebben zich voor dag en dauw verzameld op het oude kampterrein bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Met hun stevige rugzakken en goede wandelschoenen luisteren ze aandachtig naar Anna van der Molen van het Oorlogs- en Verzetscentrum Groningen. Zij leest de 116 namen op van de vrouwen die 76 jaar geleden deze tocht maakten. Af en toe klinkt er een klap. De muggen vinden het wel gezellig dat er zo vroeg een grote groepsmaaltijd op het gras is verschenen.
Vrouwenmars is een speciaal onderdeel van Tocht om de Noord
De mars is een onderdeel van Tocht om de Noord, de grote wandeltocht die dit weekend plaatsvindt in Groningen. Dit jaar staat de tocht in het teken van 76 jaar bevrijding (vorig jaar kwam het er niet van).
Op 11 april 1945 vertrokken 116 vrouwelijke politieke gevangenen, onder begeleiding van zwaarbewapende Duitsers, van Westerbork richting Assen. De Duitsers wilden niet dat de vrouwen in handen van de Canadezen zouden vallen. In het donker vertrokken ze. De vrouwen droegen blauwe overalls die eerder door Joden waren gedragen, met rode nummers op hun rug. Hun haren waren kortgeknipt. Ze verbleven in de strafbarakken, gescheiden van achtergebleven Joodse gevangenen.
De vrouwen waren uitgeput en ervan overtuigd dat ze hun dood tegemoet liepen. Na drie nachten lieten de Duitsers de vrouwen aantreden. Nadat de vrouwen op hun plaats stonden, hoorden zij tot hun verbazing de Duitse commandant zeggen: ,,Sie sind entlassen’’ (‘U bent vrij’).
De 116 deelnemers hebben zich vrijdagochtend voor dag en dauw verzameld op het oude kampterrein bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Met hun stevige rugzakken en goede wandelschoenen luisteren ze aandachtig naar de korte presentaties. Zo leest Anna van der Molen van het Oorlogs- en Verzetscentrum Groningen de 116 namen op van de vrouwen die 76 jaar geleden deze tocht maakten. Op de foto vertelt Guido Abuys, conservator van Herinneringscentrum Kamp Westerbork, over het verhaal achter de mars. Foto: Marcel Jurian de Jong
Mevrouw Snijder droeg nummer 96
Annette Doornkamp (64) uit Zuidbroek is net op tijd voor vertrek. Haar tas zit vol proviand: water, thee, mini-stroopwafels en mueslibollen. Haar voeten heeft ze uit voorzorg ingetapet. ,,Ik wandel veel en graag. Dit onderwerp spreekt me heel erg aan. Mijn moeder leeft nog, zij heeft de oorlog meegemaakt. Het voelt goed om dit met een groep vrouwen te doen.’’
De deelnemers die dit jaar de mars lopen, dragen de naam en het nummer van de vrouwen die hen 76 jaar geleden voorgingen. ,,Ik heb nummer 96. Dat was het nummer van mevrouw Snijder’’, zegt Ingrid van Linschoten (62) uit Groningen. Aan haar tas hangt een klein gelukspoppetje. Dat heeft ze gekregen van iemand die wilde meelopen, maar op het laatste moment toch niet meekon. ,,De vrouwen hebben 76 jaar geleden hun eigen leven in gevaar gebracht, om ervoor te zorgen dat wij nu vrij kunnen zijn. Daar mogen we wel wat voor doen.’’
Even na achten vertrekken ze in drie groepen. Met de witte banden om hun bovenarm en in gedachten bij de 116 vrouwen die hen voorgingen. Vrouwen zoals mevrouw Snijder, Jacqueline Kuyck, Mechteld Sandberg en Willempje Burger-Boeve.