De oliebehandelingsinstallatie van de NAM in Schoonebeek, waar olie van productiewater gescheiden wordt, ligt al twee jaar stil. Foto: Marcel Jurian de Jong
Staatssecretaris Hans Vijlbrief (Mijnbouw) heeft besloten dat de oliewinning bij Schoonebeek kan worden hervat. Afvalwater van oliewinning mag de NAM in een leeg gasveld onder het dorp injecteren.
De vergoeding voor de regio is omhoog gegaan vergeleken met de bedragen die in januari werden gepresenteerd. De NAM wil 1 euro per vat olie betalen, dat wordt nu 1,50 euro per vat olie, als de olieprijs boven de 80 euro komt. Van deze bedragen komt 40 procent voor rekening van de Rijksoverheid. Dit levert de regio tussen de 45 tot 60 miljoen euro op. Dat is grofweg 15 miljoen euro meer dan eerder gemeld.
De komende zes weken kunnen tegen het besluit zienswijzen worden ingediend. Na de zomer zal een definitief besluit vallen. De stichting Stop Afvalwater Schoonebeek (SAS) gaat dat zeker doen, zegt Jenneke Ensink van SAS in een eerste reactie. ,,We zullen de rapporten voor het besluit van Vijlbrief eerst goed bestuderen.”
Sinds 2021 stilgelegd
De oliewinning in Schoonebeek is eind 2021 stilgelegd omdat het productiewater dat in Twente in de bodem werd gestopt veel chemische stoffen bevatte. Sindsdien zijn er tal van gesprekken over gevoerd het productiewater niet meer in Twente, maar in Drenthe nabij de oliewinning te injecteren in een gasveld. Daar heeft staatssecretaris Vijlbrief nu een ontwerpbesluit voor genomen.
De onafhankelijk toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen en kennisinstituut TNO concluderen dat waterinjectie veilig en verantwoord kan. Regionale overheden en omwonenden zijn betrokken bij het proces. De meerderheid van de inwoners van Schoonebeek sprak zich vorig jaar in een enquête uit tegen waterinjectie. Ook de provincie Drenthe en de gemeenten Emmen en Coevorden bekeken de plannen met argusogen. Ze vonden onder meer de bijdrage aan de regio, in januari nog becijferd op 30 tot 45 miljoen euro, te mager.
Maatregelen NAM
De NAM neemt een aantal maatregelen om de werkzaamheden beter uit voeren. Zo worden nieuwe putten geslagen en andere buizen voor de waterinjectieputten gebruikt waardoor er minder chemische hulpstoffen nodig zijn. Ook komt er een beter monitoringsysteem om veranderingen in de bodem waar te nemen.