The Vices, met centraal zanger/gitarist Floris van Luijtelaar. Foto: Archief Knelis
Zanger/gitarist Floris van Luijtelaar (26) van The Vices wist het al een tijdje. En sinds maandagmiddag mag de hele wereld het weten: de Groningse band staat op zaterdag 22 juni op Pinkpop. „Als je me dit 3 jaar geleden had verteld, was ik het helemaal verloren.”
The Vices op Pinkpop. Hoe reageerden jullie op dat bericht?
„Het is heel vet, heel cool. Maar gelukkig ben ik wat kalmer geworden de laatste paar jaar. Als je me dit 3 jaar geleden had verteld, was ik het helemaal verloren.”
Je bent intussen wel wat gewend geraakt?
„Haha, zo zou je het kunnen zeggen. Ik weet nog dat we voor de eerste keer op het hoofdpodium van het Bevrijdingsfestival in Groningen mochten spelen, een jaar of 6 geleden. Ik werd hé-le-maal gek! Pinkpop is natuurlijk de overtreffende trap. Maar er zijn intussen zó veel dingen die ik geweldig vind... Mensen vragen wel eens of ik één ultieme plek heb waar ik zou willen optreden. Maar die heb ik niet per se.”
Pinkpop komt aardig in de buurt, lijkt me.
„Ik werd ook meteen gebeld zodra het nieuws online kwam. Toen ik nog op de middelbare school zat, in 2016, heb ik de Red Hot Chili Peppers er zien spelen. En ik weet dat we toen tegen elkaar zeiden: óóit staan we hier misschien zelf.”
Nu ben je acht jaar verder en is The Vices een grote naam in Nederland. Onlangs stonden jullie op Eurosonic Air, op de Grote Markt in Groningen. Wat een geweldige show was dat!
„Dankjewel, maar dat was nog maar op 80 procent. Ik was hartstikke ziek die dag. Na twee nummers dacht ik al: oké, als ik nu vol doorga, dan ga ik het niet redden. Maar helaas ben ik niet zo goed in het verdelen van mijn krachten. Gelukkig woon ik om de hoek en kon ik naar huis rollen.”
Daarover gesproken: hoelang blijft The Vices nog een Groningse band? Ik kan me voorstellen dat Amsterdam handiger is.
„Neuh, dat hoeft niet. Nederland is echt super klein. En buiten Nederland maakt het al helemaal niet uit. Ik vind het hier het leukst.”
De komende weken spelen jullie onder meer in De Oosterpoort en Paradiso, waarna een tournee van een maand door de Verenigde Staten volgt. Waar houdt dit op?
„Geen idee. Ik had er überhaupt nooit aan gedacht om daarheen te gaan. Maar we werden vorig jaar gevraagd voor festivals in New York en Austin, Texas. En toen dachten we: nou ja, let’s go. Nu keren we er terug met een eigen tournee, als headliners. Ik heb verder geen verwachtingen, hoor. Ik heb niet de illusie dat we daarheen gaan en dat we Amerika even veroveren. Maar het wordt sowieso ontzettend leuk.”
Geen verwachtingen, wel wensen?
„We zullen alles, maar dan ook echt alles geven. Niet stoppen voordat de laatste persoon in de zaal is overtuigd. En dat elke dag. En dan kan ik wel hopen dat er een groot platenlabel naar ons komt kijken, maar daar heb ik niet heel veel invloed op.”
Spelen en goeie liedjes maken dus. Is daar überhaupt nog tijd voor?
„Die tijd is er altijd. On the road, in de tourbus. Er is altijd wel een akoestische gitaar voorhanden. In een band zitten is ook gewoon heel veel wachten. Dus tijd is geen probleem.”