Ik speelde al een tijd met het idee om een tatoeage te laten zetten. Ik heb nu de leeftijd dat ik niet meer van smaak verander, zo was mijn redenatie. Tijd voor een cadeau aan mezelf.
En nu ik in Zuidoost-Azië woon, leek het me passend om het juist hier te doen. In Indonesië en de Filipijnen zijn tatoeages namelijk van oudsher onderdeel van de samenleving. In allerlei gemeenschappen, verspreid over duizenden eilanden, is het zetten van een tatoeage een markering van een overgangsritueel.
Bijvoorbeeld het moment dat je de leeftijd van een volwassene hebt bereikt. Andere tatoeages, vaak geometrische vormen die diepere betekenissen dragen, verbinden je onuitwisbaar met je gemeenschap.
Herwaardering van oude Filipijnse talen
Eerder dit jaar bezocht ik voor een reportage over de herwaardering van oude Filipijnse talen tatoeëerder Roel Garcia. In een klein kamertje boven de eenvoudige woning van zijn moeder, in een plantagegebied aan de rand van Manilla, had hij zijn atelier geïnstalleerd.
Ik was hem op het spoor gekomen, omdat hij zich het Baybayin eigen had gemaakt, een oud Filipijns lettertekenschrift dat oogt als een sierlijk spijkerschrift. Op zijn gezicht had hij het lettergreepteken ‘kha’ getatoeëerd, een verwijzing naar de 19e eeuwse Filipijnse onafhankelijkheidsbeweging Katipunan.
Roel is opgegroeid in een tatoeagecultuur. Toen hij ouder werd, wilde hij meer weten over zijn verleden. Zijn moeder is Visayan, een etnische groep die via tatoeages hun identiteit toont. Een bepaald patroon benadrukt bijvoorbeeld de schoonheid of moed van de persoon.
Roel verdiepte zich in de cultuur van zijn voorouders en werkt nu op de inheemse wijze, met een hamertje, zoals generaties voor hem ook deden. Tijdens de coronacrisis leerde hij Baybayin om tatoeages te zetten in dit oude schrift, als ode aan de artistieke vaardigheden van zijn Filipijnse voorouders.
Hij houdt van de golvende stijl van het schrift, vertelde hij. „Want de vorm van de tekens zijn ontstaan, doordat ze zo sierlijk mogelijk met een scherpe steen in bamboe werden gekrast.” Toen de Spanjaarden bij de Filipijnen aankwamen, noemden ze de eilandengroep het land van de ‘Pintados,’ de getekenden. „Vanwege onze tatoeages.”
Roel wil bijdragen aan de terugkeer van de oude taal en de tatoeagecultuur die door eeuwenlange Spaanse overheersing is onderdrukt. Hij is niet de enige. Veel jonge Filipijnen herontdekken oude talen en willen teksten in een oorspronkelijk schrift op hun lichaam zetten. Dit gaat ook vaak mis, omdat er taalfouten insluipen.
Voor iedereen bedenkt hij een uniek ontwerp
Roels vaardigheden worden geroemd en hij heeft zijn diensten aangepast aan de tijdperk van het individu. Voor iedereen bedenkt hij een uniek ontwerp. Na een kort gesprek schat hij in welke karakterisering het beste bij de klant past. Als iemand heel gedreven in zijn werk is, dan zoekt hij een term die daarbij past. „Bijvoorbeeld het woord ‘excellentie’. Dat transcribeer ik naar Baybayin en zet de lettergrepen in een artistiek font, bijvoorbeeld vlammende lijnen.”
Saskia Konniger is blij met haar tattoo.
Ik ben Europeaan, een Nederlander. Het dorp waar ik vandaan kom kent geen tatoeagetraditie. „Je laat een ‘tramp-stamp’ zetten?” zei een Australische vriend. Ordinair, oordeelde ook een vriendin. Origineel is het anno 2024 niet. Waar vroeger alleen ruige zeelieden een tatoeage op hun arm droegen die ze overzee - mogelijk in Indonesië of de Filipijnen - hadden laten zetten, zie je in Amsterdam bijna geen twintiger zonder een stempel op het lichaam.
Maar alle sceptische opmerkingen ten spijt. Het zaadje was geplant. Ik wilde mijn lichaam markeren. Een mooi beeld dat bij mij past, het leven kleur geeft en de kunsten viert.
Enkele weken later liet een vriend in Jakarta een kunstwerk zien van de Balinese kunstenares Satya Cipta. Prachtige vrouwfiguren, getekend in een stijl verwant aan die van de iconische Balinese kunstenaar I Gusti Nyoman Lempad (1862-1978). Mijn oog viel op een schildering van een vrouw in een lotusvijver. Sereen drijft ze tussen lotusbloemen en bladeren.
De tattoo van Saskia: 'Een schildering van een vrouw in een lotusvijver, sereen drijft ze tussen lotusbloemen en bladeren. Voor mij staat het beeld voor vrouwelijkheid, autonomie, hoop en schoonheid. En dat na zware periodes ook betere tijden kunnen komen.'
Vrouwelijkheid, autonomie, hoop en schoonheid
Voor mij staat het beeld voor vrouwelijkheid, autonomie, hoop en schoonheid. En dat na zware periodes ook betere tijden kunnen komen. Want de wortels van een lotusbloem groeien in modderig, stinkend water, maar eenmaal boven bloeien er prachtige bloemen.
Ik heb Satya recentelijk ontmoet en haar toestemming gevraagd om de afbeelding op mijn arm te laten tatoeëren. Origineel of niet. Ik ben heel blij met de tatoeage. Het verbindt mij met de regio waar ik nu woon en de levensfase waarin ik ben beland.
Daarbij is de Balinese kunst van Lempad en Satya geworteld in een Indiase hindoe-boeddhistisch cultuur die zich eeuwen geleden over grote delen van Azië verspreidde. Voor mij geeft deze Indiase oorsprong, een land waar ik ook een paar jaar heb gewoond, de tatoeage extra betekenis.
Saskia Konniger (Eibergen, 01-11-1974) is sinds 2022 freelance correspondent Zuidoost-Azië voor onder andere NRC, NOS, BNR, De Groene Amsterdammer, VPRO’s Bureau Buitenland. Ze woont momenteel in Jakarta, de hoofdstad van Indonesië.Daarvoor was ze correspondent India. Ze schreef twee boeken over India en een avonturenroman over China. Ze studeerde kunstgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht en deed een postdoctorale opleiding radio- en televisie-journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Iedere week hebben we een column van Onze Vrouw/Man, een mediacorrespondent uit een ander continent.