Gilles Lijnzaad (links) en Mark Gils van Stichting Roze Zaterdag Groningen maken zich zorgen over de acceptatie van LHBTIQ+-ers. Foto: Corné Sparidaens
Dertien jaar na de laatste editie hult Groningen zich dit weekend eindelijk weer in het roze tijdens Roze Zaterdag. Een evenement dat in tijden van toenemend onbegrip richting lhbti+’ers harder nodig is dan ooit, vinden organisatoren Mark Gils en Gilles Lijnzaad. „Zichtbaar zijn helpt.”
Aan een tafeltje in café De Swaen, ergens halverwege de Zwanestraat in het centrum van de Groningen, zitten twee generaties bestuurders boven dampende drankjes: Mark Gils (39) uit Groningen, voorzitter van zowel Stichting Roze Zaterdag als het COC Groningen en Drenthe. Naast hem zit Gilles Lijnzaad (24), eveneens uit Groningen en secretaris bij stichting Roze Zaterdag en voormalig voorzitter van de Groningse lhbti+-studentenvereniging Ganymedes.
De Grote Markt is dit jaar het epicentrum van de Groningse Roze Zaterdag. Foto: Corné Sparidaens
Het eerder genoemde generatieverschil is in dit geval van belang. Op Gils’ verzoek schoof Lijnzaad aan bij het interview. De jongeren van nu hebben immers de toekomst, vindt Gils. Maar daarover later meer.
Het werd tijd dat Roze Zaterdag terugkeerde naar Groningen, zegt Gils, die dit jaar ook het 75-jarig bestaan van het Gronings-Drentse COC mag vieren. „Het klinkt misschien een beetje filosofisch en zwaar, maar ik denk dat diversiteit en acceptatie altijd onderhoud nodig hebben. Nu meer dan ooit. Roze Zaterdag helpt daarbij. Het zorgt voor zichtbaarheid en je kunt het gesprek met elkaar aangaan.”
„In Nederland leeft misschien ook wel een beetje het idee dat we achterover kunnen leunen”, vult Lijnzaad aan. „We waren het eerste land dat het huwelijk openstelde voor stellen van hetzelfde geslacht en nu zijn we klaar. Maar voor mensenrechten moet je blijven vechten. Wat je hebt bereikt, kan zo weer verdwijnen.”
Derde Roze Zaterdag
Die strijdbare toon raakt aan de kern van Roze Zaterdag, dit jaar aankomende zaterdag, 22 juni, in Groningen. De stad mag het evenement voor de derde keer organiseren: in 1985 voor het eerst, in 2011 voor het laatst. Op die editie kwamen zo’n 50.000 bezoekers af. Vorig jaar viel de eer te beurt aan Goes, volgend jaar aan de gemeente Zaanstad. De Groningse Roze Zaterdag is onderdeel van het zogeheten Queer Year, waarin Stichting Roze Zaterdag het hele jaar 2024 evenementen organiseert om de lhbti+-gemeenschap in Groningen zichtbaarder te maken.
In april 1979 werd de naam Roze Zaterdag voor het eerst gebruikt voor een lhbti+-protest in Roermond. Inmiddels is Roze Zaterdag uitgegroeid tot een evenement van formaat en vindt traditiegetrouw het eind juni plaats vanwege de Stonewall-rellen in juni 1969 in New York. Daarbij verzetten bezoekers van de homobar Stonewall Inn zich tegen de politie, die hen jarenlang had getreiterd en gediscrimineerd. De opstand werd het wereldwijde startsein voor de lhbti+-emancipatie.
Nog altijd heeft het evenement een ‘emancipatoir en demonstratief karakter’, maar tegenwoordig staat Roze Zaterdag vooral bekend als een groot feest. Dat is ook te zien aan de programmering in Groningen, met dragshows en veel muziek van artiesten als Babs, Sophie Straat en House of Vineyard. Als kers op de roze taart maakt ook ‘homomoeder’ Willeke Alberti haar opwachting. De meeste festiviteiten vinden plaats op en rondom de Grote Markt. Pride Groningen, voor de gelegenheid verplaatst van augustus naar dit weekend, organiseert een pride walk om het demonstratieve karakter van Roze Zaterdag te benadrukken.
Gilles Lijnzaad (links) en Mark Gils van Stichting Roze Zaterdag Groningen maken zich zorgen over de acceptatie van LHBTIQ+-ers. Foto: Corné Sparidaens
Stigmatisering
Maar boven de feestelijkheden hangt een donkere wolk. Want de positie van Nederland als gidsland op het gebied van lhbti+-rechten brokkelt al jaren af. Nederland daalt steeds verder op de internationale lijstjes als het gaat om de acceptatie van de regenbooggemeenschap. Tegelijkertijd nemen onbegrip en zelfs geweld toe. Ook Groningen ontspringt de dans niet. Zo werden vorig jaar nog medewerkers van dragbar Dorothy’s mishandeld.
Hoe het er precies in Groningen voor staat met de acceptatie en veiligheid, vindt Gils moeilijk te zeggen. „Er zijn geen feiten en cijfers van de situatie in Groningen. Er is er wel enig onderzoek gedaan naar de veiligheidsbeleving. Die gaat wel wat achteruit. Dat vind ik zorgelijk. We waren juist zo ver gekomen.”
De Grote Markt in Groningen tijdens Roze Zaterdag 2011. Foto: Archief DVHN
Meldingen van vervelende ervaringen bereiken ook het COC, zegt Gils. „We krijgen vaker meldingen van scheldpartijen, vandalisme, soms ook van geweld. Je merkt het ook in de maatschappelijke discussie hierover. Ik vind dat er veel gestigmatiseerd wordt. Of het nou gaat over voorlichting op scholen, of over genderdiversiteit. Daardoor worden discussies niet altijd meer gevoerd op basis van feiten of feiten worden verdraaid. Dat helpt de positie van de lhbti-gemeenschap niet.”
‘Word ik nageroepen?’
Hoe zit het met hun eigen veiligheid? Voelen de mannen zich veilig in hun eigen stad? „Ja”, reageert Gils volmondig. Lijnzaad zwijgt en denkt diep na. „Meestal”, zegt hij. „Het hangt ervan af waar je bent. Vorig jaar had ik een roze jas mee tijdens een avondje stappen. Dat was prima toen ik naar het feestje ging, maar om twaalf uur ‘s nachts stond ik opeens op straat met die roze jas. Toen dacht ik toch: word ik misschien nageroepen?”
Bang voor een fysieke confrontatie was hij niet. „Maar als mensen me naroepen, vind ik dat echt heel vervelend. Ik heb dan niet het gevoel dat ik voldoe aan de standaard van andere mensen.” Afwijken van de heersende gender- en seksuele normen wordt steeds lastiger, vinden Gils en Lijnzaad. „Vooral als die norm steeds strikter wordt”, zegt Gils.
Lijnzaad kan daarover meepraten. Hij is een trans man, oftewel iemand die geboren is met vrouwelijke geslachtskenmerken en zich nu identificeert als man. Een ietwat gevoelig onderwerp, zo blijkt als het ter sprake komt. Niet iedereen in zijn omgeving is hiervan op de hoogte. „Bij mijn nieuwe baan weet niemand het, maar ik wil het ook niet verbergen. Ik heb hierover nagedacht. Ik denk dat het belangrijk is om zichtbaar te zijn. Dus ja, schrijf het maar op.”
Activisme
Met het toenemende onbegrip in het achterhoofd is het meer dan ooit nodig dat de lhbti+-gemeenschap van zich laat horen, vinden Gils en Lijnzaad. Het is om die reden dat Gils zijn jongere bestuurslid bij het interview wilde hebben: generatie Z, waartoe Lijnzaad met zijn 24 jaar behoort, is volgens Gils veel activistischer ingesteld dan millennials.
Roze Zaterdag voor het eerst in Groningen op 29 juni 1985. Foto: Archief DVHN/Han de Graaf
„Mensen die in de jaren 80 en 90 zijn geboren kwamen dankzij de generatie voor ons, de ouderen van nu, in een redelijk gespreid bedje terecht”, stelt hij. „Mijn generatie is minder activistisch. Er zijn natuurlijk genoeg zaken die niet goed gaan, maar wij kunnen daar goed mee overweg.” Hij merkt dat de lhbti+-jongeren van nu juist wel van zich laten horen als iets ze niet zint. Een goede ontwikkeling, vindt hij. „Er is bijvoorbeeld veel meer aandacht voor genderdiversiteit dan vroeger. Dat schuurt in de samenleving. Misschien is meer activisme daarom ook nodig.”
Of gen Z echt zoveel meer bezig is met activisme dan de vorige generatie durft Lijnzaad niet te zeggen. „Ik vind het moeilijk om die vergelijking te maken. Maar het is wel zo dat er verschillende thema’s leven binnen de community, waar je veel over in gesprek bent met elkaar. Of dat echt tot uiting komt in protest, hangt ervan af in welke kringen je je begeeft.”
Zichtbaarheid
Goed, protestgeneratie of niet: Roze Zaterdag moet in ieder geval bijdragen aan meer begrip en acceptatie. „Zichtbaarheid helpt de acceptatie van de lhbti+-gemeenschap”, zegt Gils. „We vieren de diversiteit in alle vormen die er zijn, en je probeert daarbij een evenement te creëren dat voor een breed publiek toegankelijk is. Daarnaast vragen we aandacht voor zaken die niet goed gaan. Er zitten duidelijk een aantal feestelementen in en een aantal protestelementen. Die combinatie maakt Roze Zaterdag.”
„Uiteindelijk draait het om de vraag of je nieuwsgierig bent naar de persoon die tegenover je staat. Wie hij of zij ook is. Van wie diegene ook houdt. Hoe die persoon zich ook wil uiten. Vraag je af: heb ik een goede klik met jou? Als mensen dat belangrijker zouden vinden dan het gegeven dat je een roze jas aan hebt, dan zou de wereld er echt een stuk beter uitzien.”