Cees Wildervanck en Marja Verstoep bij hun woning die wordt versterkt. Deze ligt binnen de gevarenzone wanneer er in Luddeweer een munitiedepot komt. Foto: Corné Sparidaens
Inwoners van het buurtschap De Paauwen zijn verontrust over het onderzoek van Defensie naar de komst van een munitiedepot in de omgeving van Luddeweer. „Eerst moesten we vanwege de bevingsproblematiek ons huis uit en nu is er een kans dat we definitief moeten verhuizen, omdat onze woningen binnen de gevarenzone van dat depot liggen”, zegt Cees Wildervanck (78).
De poes, die Poes heet, ligt behaaglijk in de vensterbank en koestert zich in de middagzon. Cees Wildervanck zit aan een eikenhouten tafel in wat op het eerste oog een riante recreatiewoning lijkt. Maar de ongeveer dertig nagelnieuwe huizen, die net buiten Overschild liggen, zijn wisselwoningen die als tijdelijke huisvesting dienen voor Groningers wier huizen worden versterkt.
Wildervanck en zijn vrouw Marja Verstoep (64) verhuisden op 1 juli van hun huis in De Paauwen naar de wisselwoning. „We moeten er rekening mee houden dat dit ongeveer driekwart jaar duurt. Dat is nogal wat. Maar nu komt de volgende ramp al op ons af. Defensie heeft meer munitieopslagplaatsen nodig. Ze onderzoeken onder meer of er eentje bij Luddeweer, vlak bij De Paauwen, kan komen. Alle mensen en bedrijven binnen die gevarenzone moeten vertrekken. Dit dreigt honderd mensen te treffen.” Hij glimlacht triest. „Hoe verzinnen ze het? Hoe is het mogelijk dat ze mensen die al dik in de problemen zitten dit aandoen?”
‘Niemand die dit wist’
Het ministerie heeft mede vanwege de oorlog in Oekraïne behoefte aan meer munitieopslagplaatsen en zoekt onder meer naar een locatie in de drie noordelijke provincies voor de opslag van 480 munitiecontainers. Defensie kijkt ook of Luddeweer en Slochteren hiervoor geschikt zijn.
Wildervanck toont een kaart met de plek bij Luddeweer die Defensie op het oog heeft. „Zie je die cirkels die eromheen zijn getrokken? Ons huis, maar ook dat van anderen, ligt in de eerste zone. Daar mag niemand wonen. Ik kreeg dit toevallig onder ogen. Ik liet het ook aan anderen zien. Ze reageerden net als ik: stomverbaasd. Niemand die dit wist. Waarom zijn we hier niet door Defensie of de gemeente over geïnformeerd?”
‘Onrechtvaardig en inhumaan’
Buurman Bart de Haan is verbijsterd. „Wij zitten met onze kinderen sinds december in een wisselwoning. Dit gaat heel waarschijnlijk anderhalf jaar duren. En nu is er dus een kans dat we na afloop van de regen in de drup belanden. Wij vallen onder de circa veertig huishoudens die binnen een zone wonen waar straks niemand mag wonen. Hoe is het mogelijk dat de overheid een regio die al zulke klappen heeft gekregen voor een tweede keer dreigt te duperen?”
Wildervanck en zijn vrouw schreven een notitie die ze onder meer naar Defensie, de gemeente Midden-Groningen en de provincie stuurden. ‘Wat nu dreigt is buitengewoon cynisch: de bewoners die jarenlang een slopende strijd met de overheid om schadeherstel en versterking hebben moeten voeren, worden nu alsnog door diezelfde overheid uit hun huis gezet. Dit is ronduit onrechtvaardig, INHUMAAN, en onacceptabel. Het is hierbij verbijsterend dat het ene departement met veel moeite het getroffen gebied weer probeert op te bouwen, terwijl een ander departement (Defensie) dit weer gaat afbreken. Er is kennelijk geen enkel overleg hierover.’
Een woordvoerder van Defensie laat weten dat omwonenden niet allemaal apart zijn geïnformeerd. „Wel zijn de gemeenten van tevoren geïnformeerd.”
Uitbreiding Defensie
Het ministerie van Defensie presenteerde in december het Nationaal Programma Ruimte. Hierin staat dat er grote behoefte is aan uitbreiding met onder meer kazernes, vliegvelden, oefenterreinen en munitiedepots. Omwonenden, provincies, gemeenten en natuurorganisaties die de plannen niet zien zitten reageerden met ruim 2200 zogeheten zienswijzen. Het kabinet neemt naar verwachting begin volgend jaar een beslissing over de voorkeurslocaties van Defensie.
‘Ik houd helemaal niet van dreigen’
Wildervanck oogt moe, murw gebeukt door de spanningen die onlosmakelijk aan de bevingsproblematiek zijn verbonden. „Ik was onlangs jarig, maar dat hebben we niet gevierd. We zaten midden in de verhuizing naar deze wisselwoning. Ons huis is in 1926 gebouwd en rust op houten palen. Die worden door 38 heipalen vervangen. Hiervoor moeten alle vloeren eruit. De procedure die hieraan voorafging duurde al met al bijna tien jaar. Eindeloze schademeldingen, zienswijzen en bezwaarschriften. Ik moest zelfs dreigen met een rechtszaak om ervoor te zorgen dat de versterking volgens onze wensen wordt uitgevoerd.” Hij pauzeert even en zegt dan zachtjes. „En ik houd helemaal niet van dreigen.”
Het grootste deel van de inboedel ligt in de opslag. „Er waren in totaal vier vrachtwagens nodig.” Hij lacht. „Tja, Marja en ik houden nu eenmaal van lezen en we hebben ook andere hobby’s.”
Heimwee naar het uitzicht
In de huiskamer van de wisselwoning staat een klein boekenkastje en aan de muren hangen schilderijen van Marja. De verkeerspsycholoog kijkt uit over lichtgroene weilanden. De stuurhut van een binnenvaartschip dat over het nabijgelegen Eemskanaal tuft, steekt boven het gras uit en wekt de indruk op het gras te dobberen. „Ik zit hier met een dubbel gevoel. Het is mooi hoor, maar het is niet ons huis. Thuis keken we naar vier kilometer groen en het torentje van Schildwolde.” Hij knikt naar het raam. „Ik ben er nog niet aan gewend. Ik heb gewoon heimwee.”
De gemeente Midden-Groningen zocht maandag middels een mail contact met Dorpsbelangen Overschild. ‘We vinden het erg vervelend dat jullie de informatie van Defensie over de zoeklocaties voor munitiedepots in onze gemeente zo laat hebben gekregen. Het is een plan van Defensie en zij zijn dus ook verantwoordelijk voor de communicatie. Ze hebben wel aan ons gevraagd hun informatie over de informatiebijeenkomst op 1 juli te delen via onze website, onze gemeentepagina in de Regiokrant en via onze social media kanalen. Dat hebben we gedaan. Ook hebben we geprobeerd alle bewonersorganisaties van de betrokken gebieden hierover te informeren maar daarbij hebben we jullie helaas niet meegenomen. Daarnaast hebben we ook inhoudelijk op het plan gereageerd. Wij vinden de 2 zoeklocaties in Luddeweer en Slochteren onacceptabel onder andere omdat het dichtbij dichtbevolkt gebied ligt. Dit hebben wij samen met de provincie Groningen ook bij Defensie aangegeven. Defensie had zelf aangegeven dat ze het liefst een locatie aan of bij de N33 hebben. Daarop hebben wij als alternatief de voormalige NAM-locatie in Tjuchem voorgesteld. (…)’