In twee jaar tijd zijn de kosten voor de huishoudelijke hulp in Pekela haast verdubbeld. Een plan om meer grip te krijgen op de kosten, heeft mogelijk invloed op het leven van honderden inwoners. Raadsleden zijn sceptisch, bleek dinsdagavond.
De kosten voor de boen- en poetshulp voor Pekelders die het werk zelf niet goed meer kunnen doen zijn in twee jaar tijd volledig over de kop gegaan in de gemeente. In 2021 kostte het werk nog iets meer dan een miljoen euro. Dit jaar loopt dat op naar 1,8 miljoen euro.
De oorzaak daarvan ligt aan de hogere loonkosten, maar ook het groeiende aantal inwoners dat gebruikt maakt van de hulp steeg met 65 naar 535.
Om grip te krijgen op die kosten, willen de burgemeester en wethouders van Pekela overstappen van een algemene voorziening naar maatwerk. In de praktijk betekent dit dat méér gekeken wordt naar het sociale netwerk en wat inwoners zelf nog kunnen doen dan nu het geval is. En dat mensen die nu nog hulp hebben dat straks niet of minder krijgen.
Raad niet happig
Hoewel acht van de tien Groninger gemeenten via maatwerk werken, waren raadsleden niet enthousiast, bleek bij een eerste bespreekronde. Zij vrezen dat inwoners buiten de boot vallen en dat er een hoop administratieve rompslomp achterweg komt.
De noodzaak ziet Erik Schipper (GroenLinks) ook niet. Relatief zijn in Pekela minder inwoners die gebruik van maken van huishoudelijke hulp dan het landelijke gemiddeld. Hij denkt dat in eerste instantie te krap is gerekend.
Het is daarnaast wachten op de inkomenstoets die waarschijnlijk in 2026 wordt ingevoerd. Wat inwoners betalen, hangt dan af van hun inkomen. Nu is dat bedrag voor iedereen nog hetzelfde.
Bovendien is er al eerder bezuinigd op de huishoudelijke hulp, kaart Grietje Norder-Smit (Samen voor Pekela) aan. ,,We waren ooit de sociaalste gemeente van Nederland, ik ben bang dat we dat straks niet meer zijn.’’
Op 27 juni wordt vergadert de raad nogmaals over de plannen.