Op het industrieterrein Oosterhorn bouwt de gemeente Eemsdelta een windpark: achttien windmolens van Eneco en Eurus Energy met een tiphoogte van 213 meter. De bouw van het park is bijna afgerond. Foto: DVHN
De gemeente Eemsdelta onderzoekt of het beheer van de gebiedsfondsen voor windmolenparken samengevoegd kan worden, om zo kosten te besparen.
Dat antwoordde wethouder Hans Ronde (VVD) woensdagavond op vragen van de VVD-fractie.
Reden voor de vragen is het gesteggel over het gebiedsfonds voor omwonenden van de 18 windturbines bij industrieterrein Oosterhorn. Inwoners van Borgsweer, Farmsum en Termunten/Termunterzijl zijn niet te spreken over de verdeling van de 80.000 euro die door de initiatiefnemers van het windpark in een gebiedsfonds wordt gestort.
Dezelfde drie dorpen zijn ook betrokken bij Gebiedsfonds Geefsweer, waar jaarlijks een bedrag van 90.000 euro in wordt gestort. Dat windpark telt 14 windmolens.
Verdeling van het geld valt niet in de smaak
De Borgsweersters zien bijvoorbeeld het liefst dat het geld wordt gebruikt om direct omwonenden te compenseren. Nu wordt de 80.000 euro voor Oosterhorn anders verdeeld: een derde komt ten goede aan maatschappelijke projecten in de omgeving, en de rest van het geld wordt verdeeld onder de bewoners.
Wethouder Ronde gaf eerder al aan dat het moeilijk is om een verdeling te bedenken waar iedereen blij mee is. Wel wil hij kijken of het beheer van de verschillende gebiedsfondsen kan worden samengevoegd, zodat er bespaard kan worden op bijvoorbeeld bankkosten. Ook wil hij kijken of het mogelijk is dat het ‘projectgeld’ voor een dorp toch onder omwonenden wordt verdeeld.
In de gemeente Eemsdelta bestaan op dit moment drie gebiedsfondsen: een voor windpark Delfzijl Noord, een voor windpark Geefsweer en eentje voor windpark Oosterhorn. In de toekomst wordt ook nog een gebiedsfonds op poten gezet voor de aanleg van windpark Delfzijl Zuid Uitbreiding.