Boa's Frank en Dimitri maken een ronde door het centrum van Ter Apel. Foto: Huisman Media
Hoewel het azc nog overvol zit, is er in het dorp Ter Apel de laatste weken minder overlast van asielzoekers. De burgemeester roemt de rol van de nieuwe ‘flexboa’s’ daarin. „Ze zijn heel zichtbaar.”
Frank trapt op de rem. „Volgens mij was dat bier”, zegt hij.
De buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) keert de auto op de Westerstraat in Ter Apel en rijdt terug naar twee jongemannen die langs het water richting het aanmeldcentrum lopen. De een zit op de fiets, tasje aan het stuur, de ander loopt naast hem met een blikje in de hand. Het is bier, inderdaad.
Frank zet de auto langs de kant, Dimitri stapt uit. Hij draagt een blauw uniform met een geel hesje eroverheen waarop ‘handhaving’ staat. De twee mannen hoeven het woord niet te kennen om te begrijpen wat zijn functie is. Afwachtend kijken ze de jonge boa aan. Wat hebben ze fout gedaan?
Geen bier op straat
Dimitri en Frank zijn twee van de acht boa’s die sinds begin april extra worden ingezet om overlast van bewoners van het azc bij het aanmeldcentrum in Ter Apel te bestrijden. Ze draaien dag- en avonddiensten en zijn als team van ‘s ochtends 9 uur tot ‘s nachts 0.30 uur op de been.
Ze rijden rond in het dorp, op de weg naar het aanmeldcentrum en bij het azc zelf. Iedereen die zich verdacht gedraagt, of een overtreding begaat zoals alcohol drinken in het openbaar, wordt aangesproken.
‘No beer on the street’, luidt de opdracht, en de man (lang krullend haar in een staart, petje op) gooit het blik leeg in het water van de Weerdingermond. Dimitri vraagt om zijn papieren en hij geeft zijn ‘loopbrief’ met gegevens van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers. Als de boa zijn geboortedatum en -plaats vraagt, reageert hij niet-begrijpend. „I have problems”, zegt hij. „Problems in the camp, problems here.”
Frank belt naar de politie om navraag te doen. Naar de gegevens, maar ook naar wat deze man mogelijk al op zijn kerfstok heeft. Genoeg, zo blijkt. Hij is een bekende. „Heeft hij nu kort haar of lang haar?”, vraagt de agent aan Frank. Die lacht: „Lang.” Ze geven de man een waarschuwing. Wordt hij nog een keer betrapt met alcohol, zal hij een boete krijgen. En ze weten nu wie hij is.
De boa's rijden regelmatig langs de 'hotspots' in het dorp. Foto: Huisman Media
Flexpool van boa’s betaald door ministerie
De acht boa’s die nu in Ter Apel worden ingezet, zijn onderdeel van een ‘flexpool’ die is opgericht als onderdeel van de bestuursovereenkomst die de Groningse gemeenten vorig jaar sloten met het ministerie van Justitie en Veiligheid. In ruil voor opvangplaatsen voor asielzoekers en Oekraïners zijn afspraken gemaakt over zorg, onderwijs en veiligheid. De flexpool is overal inzetbaar in de provincie, en is een tijdelijke pilot (zolang de bestuursovereenkomst geldt) van het ministerie. Besloten is om ze eerst ter beschikking te stellen aan Ter Apel, omdat daar de meeste overlast van asielzoekers wordt ervaren.
Interim-burgemeester Leendert Klaassen van Westerwolde is blij met de aanwezigheid van de boa’s. „We zien relatief minder overlast op straat, er zijn minder incidenten. Dat komt naar mijn mening vooral omdat er meer zichtbaar toezicht is door de inzet van flexboa’s.” Ondernemers en gemeenteraadsleden bevestigen dat het rustiger is in het dorp. Ook Harry Siemers van de burgerwacht in Ter Apel komt tot die conclusie. „Of het door de boa’s komt weet ik niet. We hebben weleens vaker rustige periodes.”
Wat hebben ze daar te zoeken?
Deze dienst van Frank en Dimitri is inderdaad kalm. Rustiger dan hoe het was toen ze in april begonnen. „Heeft ook met het weer te maken”, zegt Frank. „Zodra de zon schijnt gaat iedereen op pad.” Hun aanwezigheid maakt verschil, dat zijn ze met de burgemeester eens. „We rijden steeds weer langs de hotspots. Spreken mensen aan als ze na acht uur, als alles dicht is, nog naar het dorpscentrum lopen. Wat hebben ze daar te zoeken? Overlast begint vaak klein, met zo’n blikje bier.”
Die ronde langs de hotspots begint op de Markt in Ter Apel. Naast de Jumbo, aan de rand van de parkeerplaats, staat het kantoortje van toezicht- en handhaving. In hetzelfde gebouw zit het openbaar toilet dat een tijd gesloten is geweest vanwege ‘oneigenlijk’ gebruik. Het overdekte bankje daarachter is afgesloten met hekken, om buitenslapers te weren.
Boa's in het centrum van Ter Apel. Foto: Huisman Media
Hoe was het vandaag? Rustig
Het kantoortje is het thuishonk van de de boa’s van de gemeente Westerwolde. Zij zijn met zijn tweeën, doen al jaren wat ze kunnen, maar zijn onmogelijk overal – alleen al omdat Westerwolde groter is dan alleen Ter Apel.
„Hoe was het vandaag?”, vraagt Frank aan de collega’s. „Rustig. Gisteren hadden we een jongen na die er met een heel krat bier vandoor wilde gaan. Die kwam niet ver.” De boa’s lachen. „En onze Rus was er weer op zijn scootmobiel.”
Frank en Dimitri knikken. Ze kennen de vaste lastpakken inmiddels. Zo heb je ook ‘chef gitaar’ (de man die altijd een akoestische gitaar bij zich draagt en ermee dreigt als iemand hem aanpreekt) of ‘onze plasser’ (de man die zomaar tegen fietsen aan plast en beweert dat dat komt omdat hij suikerziekte heeft).
Internationaal gesignaleerde mensensmokkelaar
De vaste ronde gaat door het winkelcentrum, langs de Hoofdstraat, via de Westerstraat naar het azc, over het viaduct, langs het tankstation, via camping Moekes Gat, door het park, langs de begraafplaats. Het zijn plekken waar vaker overlast is, of waarvandaan onlangs meldingen zijn gedaan. De incidenten lopen uiteen van vernielingen, inbraak, wildplassen, drank- en drugsgebruik, buitenslapen, lopen op de autoweg en bedelen, tot intimidatie van vrouwen en mensensmokkel.
Frank vertelt in de auto hoe ze laatst een verdachte auto onderzochten die bij het azc midden op de weg parkeerde en mensen liet uitstappen. Het ging om mensensmokkel, de auto bleek internationaal gesignaleerd te zijn. In zo’n geval schakelen de boa’s de Koninklijke Marechaussee in. „Dat werd een latertje”, zegt Frank. „Ik ging om half vier ‘s nachts naar huis.”
Boa's Frank en Dimitri rijden door de Hoofdstraat in Ter Apel Foto: Huisman Media
‘Daar liepen twee de wijk in’
Tijdens het rijden groeten de boa’s iedereen en scannen continu hun omgeving. Verdachte mensen, verdachte auto’s, verdachte scooters. Regelmatig voert Dimitri kentekens in een systeem in om te zien of er bijzonderheden zijn. Vandaag, en zo is het beeld dus de laatste weken, is het kalm.
„Daar liepen twee de wijk in”, zegt Dimitri dan opeens. Ze rijden weer over de Westerstraat. De inwoners die daar in de wijk langs de looproute tussen azc en dorp wonen, hebben het meeste last van inbraken of pogingen daartoe. Vandaar dat de boa’s het controleren als ze bewoners van het azc de buurt in zien gaan. „Wat hebben die twee daar te zoeken?”, zegt Dimitri.
Frank moet even doorrijden voordat hij kan afslaan en terugrijden. Ze zoeken alle achterafsteegjes af, maar kunnen de twee nergens vinden. Uiteindelijk geven ze het op. „Je ziet spoken”, grapt Frank.
Ook voor de veiligheid van asielzoekers
Hij vertelt dat je hier in de buurt goed kan merken hoe zat de inwoners zijn van de overlast waar ze al jaren mee te maken hebben. „Als hier iets gebeurt gaat het razendsnel rond en staat iedereen binnen de kortste keren op straat om in te grijpen.”
Door de spanning die is opgebouwd zijn de boa’s soms ook nodig om de veiligheid van de asielzoekers te beschermen. „Vooral in Nieuw-Weerdinge is de burgerwacht nog heel actief, daarvandaan moeten we weleens iemand ophalen en naar het azc brengen. Hier in Ter Apel valt dat nu wel mee.”
Het is rustig, dat zeggen ook de beveiligers van het COA-terrein waarmee de boa’s even een babbeltje maken bij de aankomst van de ‘asielbus’. Toch verblijven er rond de 2300 bewoners in het azc, veel meer dan de maximaal toegestane 2000. Volgens burgemeester Klaassen vinden er op het terrein, in tegenstelling tot het dorp, wel nog steeds regelmatig ernstige incidenten plaats. „Wij ondersteunen ook wel eens als er steekincidenten zijn bij het COA”, zegt Frank.
In hun ronde door het dorp praten de boa's bij aankomst van de asielbus met beveiligers van het COA. Foto: Huisman Media
‘Mensen onderschatten ons nog wel eens’
Terug in het dorp rijden ze langs ‘chef gitaar’ en zien ze ‘onze plasser’ de vuilnisbakken nalopen op zoek naar blikjes voor statiegeld. Iemand drukt hem een tas met lege flessen in de hand en hij gaat op weg naar de Coop. Zolang hij niemand lastigvalt, is het prima.
Frank parkeert bij het marktkantoortje voor een pauze. Als ze even buiten staan loopt er een man op hen af. In het Engels vraagt hij om hulp. Hij is op zoek naar zijn psychisch labiele broertje, van wie hij een paar maanden geleden hoorde dat hij in Ter Apel zat, maar die hij niet meer kan bereiken. Frank helpt hem uit te zoeken waar zijn broertje zit en de man vertrekt dankbaar.
„Uw helpdesk voor al uw vragen”, zegt Frank lachend. Een boa, zo bedoelt hij maar, is meer dan een simpele handhaver. „Mensen onderschatten ons nog wel eens.” Voordat hij in de flexpool kwam en werd ingezet in Ter Apel, werkte Frank in de stad Groningen als wijkboa, in nauwe samenwerking met de wijkagent.
Het is anders werken hier in Ter Apel, zegt hij. Niet alleen vanwege het azc, ook door de mensen. „Ze zijn nuchter. Ik heb hier in Ter Apel nog nooit iemand gehad die begon te waarschuwen dat zijn vader advocaat is.” Dimitri, ook met ervaring in de stad, lacht veelbetekenend.
Veel incidenten voor zo’n klein dorp
De stadse boa’s zijn onder de indruk van de cijfers over het aantal incidenten in Ter Apel. „Dat is echt veel hoor, voor zo’n klein dorp.” Het is mooi dat het nu rustiger is, en dat zij daar een rol in kunnen spelen. Voor zo lang als het duurt. Als het rustig blijft, kunnen de Groningse gemeenten ook besluiten de flexpool elders in te gaan zetten. Bijvoorbeeld bij de start van het beoogde, en omstreden, nieuwe stadse azc aan de Eemsgolaan.