Jannita (links) en Mirjan Steenbergen voor hun nieuwe huis in Exloo. Foto: Harry Tielman
Het nieuwe huis naast het boerenbedrijf was bijna klaar, toen de familie Steenbergen uit Exloo de brief kreeg. Ze wonen vlak bij een zoekgebied voor een munitieopslag van Defensie. „Het allerergste: je hebt het idee dat je er niks aan kunt doen.”
Jannita (54), haar echtgenoot Jan (56) en dochters Mirjan (24), Marije (22) en Janouk (20) wonen nu zo’n twee weken in hun nieuwe huis. Ze hebben er zelf twee jaar aan gebouwd, nu is het klaar voor de toekomst. Want Marije wordt de opvolger van hun gemengd boerenbedrijf, met 120 melkkoeien en een stuk akkerbouw. Daarmee kan het bedrijf, dat vijf generaties in de familie zit, weer vooruit.
En toen viel die brief van het ministerie van Defensie begin deze zomer op de mat. „Je zit als boer vanwege al die regelgeving altijd wel met de vraag in je achterhoofd hoe lang we nog kunnen boeren, maar dit hadden we echt niet bedacht”, vertelt Jannita. „Dit huis is zo mooi, en af, en van ons. Dan denk je er maar niet te lang aan. Maar ik liep hier tijdens de bouw wel binnen met de gedachte: ik woon hier nu nog niet, maar misschien ook wel nooit.”
Zeven huizen
Het ministerie van Defensie is op zoek naar meer ruimte voor onder meer de opslag van munitie. Er moet een munitiedepot van zo’n 22 hectare groot komen, dat in de buurt van de Eemshaven moet liggen. Binnen een straal van zevenhonderd meter rond zo’n depot mag niemand wonen.
In Drenthe wordt gekeken naar een gebied ten noorden van Exloo en de omgeving van Zweeloo. In Friesland onderzoekt Defensie een locatie rond Lemmer en twee locaties in de Kollumerwaard, ten zuiden van het Lauwersmeer. In Groningen werd ook op drie locaties gezocht, maar de Tweede Kamer besloot eind september dat er geen munitiedepot in het bevingsgebied moet komen.
En daarmee ging Exloo van één op de acht naar één op de vijf kanshebbers. In Exloo staan zeven huizen of bedrijfspanden in de meest directe omgeving van de mogelijke opslag, waaronder de boerderij van het gezin Steenbergen. Jannita: „Misschien moet je weg, misschien niet, dat hoor je in december wel… Daar komt het op neer.”
Gehecht aan de plek
Maar het gezin wil helemaal niet weg, ongeacht met hoeveel geld Defensie eventueel over de brug komt. Daar heeft hun huis te veel emotionele waarde voor.
Jan en Jannita verloren 25 jaar geleden hun oudste kind. „Hier was ze voor het laatst. Zij is hier altijd bij ons thuis”, zegt Jannita. „Zij voelt als houvast voor ons om te blijven, want hier zijn we allemaal nog samen.”
Ook dochter Mirjan is allerminst van plan om stilletjes te verkassen. De wethouder, politieke partijen, het ministerie, de krant - het gezin schrijft iedereen aan. „We willen iets doen, iets proberen, we gaan niet afwachten. Daar is het te belangrijk voor”, zegt Mirjan resoluut. „We zijn met mijn zusje en het huis heel veel met de toekomst bezig geweest. Ik vertik het om over een plan B na te moeten denken. We gaan echt niet weg. Punt. En al helemaal niet met zo’n onpersoonlijk, lullig briefje.”
Gesprek
Want dat steekt het gezin nog het meest. „Defensie zegt het zo klakkeloos op een bewonersavond. Maar je moet mensen vragen hoe zij erin staan. Je kunt toch niet zomaar mensen hun huis uitjagen?” Voor Jannita voelt het dan ook allemaal erg onwerkelijk. „Ze zeggen dat het voor het landsbelang is, voor onze vrijheid. Maar ik moet belasting betalen aan mensen die mij mijn huis gaan uitzetten.”
Overigens snapt de familie best dat Defensie ruimte nodig heeft - maar waarom uitgerekend hier? „Ze willen niet in een Natura 2000-gebied. Maar ik vind niet dat natuur belangrijker moet zijn dan mensen”, zegt Mirjan. „Ze vinden die boerderijen die weg moeten nu misschien wel mooi meegenomen”, vreest Jannita. „Maar als er oorlog komt, dan moet je juist zelf voor voedselvoorziening kunnen zorgen.”
Het gezin hoopt dat Defensie nog komt praten. „Je wil er niet steeds aan denken dat je straks echt weg moet, dat is niet leefbaar meer. Maar hoe moeten we wachten tot december of begin volgend jaar? Ze nemen je alles af en we weten niks”, zegt Mirjan. Jannita knikt. „Je kunt toch niet echt zo onmenselijk zijn? Dat bestaat toch niet?”
Defensie: We willen zoveel mogelijk informatie ophalen
Bewoners bij wie een munitiedepot in de achtertuin dreigt te komen, klagen over de in hun ogen gebrekkige informatie van Defensie. „We begrijpen dat deze mensen duidelijkheid willen hebben, maar die kunnen we op dit moment gewoon nog niet geven”, zegt een woordvoerder van Defensie.
Dat heeft alles te maken met het ‘open en transparante proces’ dat Defensie wil voeren rond de depots. „Defensie spreekt met allerlei belanghebbenden over de plannen. Wat zijn de ruimtelijke beperkingen, hoe kijken natuurbeschermers tegen bepaalde locaties aan, voldoet een plek aan de wensen van Defensie, is er maatschappelijk draagvlak in de omgeving, wat zijn de bestuurlijke reacties. We willen weten wat er leeft, in plaats van dat er zonder gesprekken zomaar een locatie wordt aangewezen.”
De staatsecretaris bezoekt de komende twee weken alle provincies om het bestuurlijke draagvlak te peilen.
‘Kom hier ter plekke’
De gemeente Borger-Odoorn en het Nederlands Instituut voor de Radioastronomie, ASTRON, hebben eerder dit jaar al zienswijzen ingediend. De gemeente wijst daarin Defensie onder meer op het UNESCO-gebied De Hondsrug, het Lofar-gebied met antennes, het recreatief gebruik van de omgeving en via welke wegen het munitievervoer dan zal moeten plaatsvinden.
„Wij denken niet dat dit de beste plek is. Er zijn nu nog vijf locaties over, het wordt steeds pregnanter”, zegt wethouder Henk Zwiep. Hij onderschrijft de emotie van mensen die in of bij het zoekgebied boven Exloo wonen. „De onrust is ook hier, dat komt ook bij ons binnen. En dat snap ik: je woont ergens en plotseling hoor je dat je hier in de toekomst misschien niet meer kunt wonen.”
Zwiep wil een appèl doen bij Defensie: „Kom hier ter plekke kijken hoe het is. Proef de emoties en weeg die mee.”