Hanny en Kelli uit Colombia dagen Kitty van der Tuuk uit om een van hun pasteles te proberen. Foto: Jaspar Moulijn
Vele honderden Assenaren werden zaterdag op de open dag van het asielzoekerscentrum getrakteerd op Colombiaanse pasteles en Arabische dans. Als een warme jas tegen het politieke klimaat.
Dit is nog eens wat ander dan de bingo op zaterdagmiddag. Vijftien bewoners van woonzorgcentrum Vijverhof uit Assen kijken vanuit hun rolstoelen met grote ogen hoe zeven jonge mannen een Syrische dans inzetten. Die haken de handen in elkaar en zakken door de knieën, op de maat van de volksmuziek die uit de speakers van het asielzoekerscentrum in Assen knalt. Drie vrouwelijke bewoners van het azc bedenken zich niet en zoeken lachend een plek in de kring.
,,Dit is dabka!”, roept Ahmad Dayoub (28) richting de gasten. ,,Een traditionele Syrische volksdans.”
Laten zien wie wij zijn
De dabka (ook wel dabke of dabkeh) wordt in grote delen van de Arabische wereld gedanst. ,,Vooral op bruiloften, maar ook op andere speciale gelegenheden”, legt Dayoub uit. Hij vindt het heel passend dat het ook deze zaterdag, waarop veelazc’s in Nederland hun deuren open gooien voor omwonenden, te zien is. ,,We willen gastvrij zijn en laten zien wie wij zijn.”
Nog geen twee jaar geleden vluchtte Dayoub uit Syrië. Hij belandde in Assen, sprak binnen de kortste keren uitstekend Nederlands en kreeg een verblijfsvergunning. Werk dat past bij wat hij in zijn mars heeft, heeft heeft hij ook. Hij is data-analist op het provinciehuis. Door zijn werk kent hij inmiddels de namen en locaties van zo’n beetje alle dorpen in Drenthe. ,,Ik ben Nederlandheel dankbaar”, zegt Dayoub. ,,Voor een veilig dak boven mijn hoofd en voor de kansen die ik krijg.”
Dat niet alle circa 1000 bewoners van het azc zich al zo thuis voelen als hij weet hij ook. ,,Veel mensen hier zitten in grote onzekerheid. Ze weten van de nieuwe regering in Nederland, die nieuwe asielregels wil. Dat is niet makkelijk.”
Liever Assen dan Amsterdam
Smoordruk is het met Assenaren die wel eens binnen willen kijken aan de Schepersmaat. De zestiger Haani, een Joodse meneer die is gevlucht uit Irak, belandt met zijn rollator tussen de bezoekers uit woonzorgcentrum Vijverhof en wordt even aangezien voor een van hen. ,,Ik heb ook in Amsterdam gezeten”, zegt Haani. ,,Maar geef mij Assen maar. Hier zijn de mensen veel aardiger.”
Buiten in de speeltuin is Lianne Jager uit Smilde met haar kleinkinderen aan het spelen, tussen tientallen kinderen uit alle hoeken van de wereld. Maar toch vooral uit Syrië. ,,Betrokkenheid tonen”, zegt Jager, over waarom ze hier is. ,,Als je de verhalen van die kinderen hoort, dan schiet je vol. Een beetje vriendelijkheid naar deze mensen kan echt geen kwaad.”
Gefrituurde ballen
Beneden in de hal verzamelen de meeste bezoekers zich rond de tafeltjes met eten. Je kunt je buik hier rond eten aan talloze zoetigheden uit het Midden-Oosten. Maar het drukst hebben Hanny, Edgar en Kelli het. Ze laten er geen misverstand over bestaan waar ze vandaan komen: ‘Colombia’ hebben ze in gele koeienletters op hun blauwe T-shirts geverfd.
,,We willen onze cultuur laten zien en proeven”, zegt Hanny, die rondloopt met een grote schaal vol grote gefrituurde ballen. ,,Het zijn pasteles”. In Spanje is een pastel een taart, maar in Colombia dus een grote hartige bol vol rijst, kip, tomaat en ei. ,,Nou, is ie lekker of niet?”. Iedereen knikt hard van ja. Ook mevrouw Ekie Bos (80), bewoonster van de Vijverhof heeft er een geprobeerd. ,,Een heerlijk ding, maar veel te groot”, zegt Bos. ,,Ik zou er zelf tien kleine balletjes van maken in plaats van een hele grote. Maar goed, wie ben ik?”.