De wachtlijst voor Wmo-schoonmaakhulp in Assen blijft onverminderd lang. Wethouder Jan Broekema is blij met het kabinetsplan om in 2025 een inkomensafhankelijke eigen bijdrage in te voeren, maar vreest dat dit de problemen niet oplost.
Gemeenten zijn volgens de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verplicht om hulp te bieden aan inwoners die onvoldoende zelfredzaam zijn, ook als het gaat om het schoonhouden van hun woning. Afgelopen zomer liepen de wachtlijsten in Assen zo hoog op dat de gemeente aanvragers van schoonmaakhulp vroeg om in het eigen netwerk naar oplossingen te zoeken, door bijvoorbeeld familie in te schakelen of zelf schoonmakers in te huren.
Vier maanden
Die oproep lijkt nog niet het gewenste effect te hebben. Eind augustus stonden 95 huishoudens op de wachtlijst voor Wmo-schoonmaakhulp, nu zijn dat er nog altijd 83. Dat betekent nog steeds een wachttijd van vier maanden.
„Sinds de zomer is de wachttijd helaas niet afgenomen”, zegt wethouder Jan Broekema (SP). „Maar misschien hadden mensen nu nóg langer moeten wachten als we deze oproep niet hadden gedaan. Gelukkig kunnen we spoedsituaties overigens nog steeds snel opvangen.”
Een van de oorzaken van de lange wachtlijst is het tekort aan personeel bij de zorgaanbieders. Op initiatief van de gemeente werven schoonmaakbedrijven personeel via het Werkplein Drentsche Aa en bij één aanbieder werken vluchtelingen uit Oekraïne. Bedoeling is dat die in de toekomst doorstromen naar huishoudelijke hulp bij mensen thuis. Dat kan omdat gemeenten in Noord- en Midden-Drenthe de eis hebben laten vallen dat huishoudelijke hulp vloeiend Nederlands moet spreken.
Abonnementstarief
Wethouder Broekema verwacht dat deze maatregelen pas op lange termijn effect hebben. Volgens hem kan de gemeente niet veel meer doen en zijn de afgelopen jaren de problemen in de zorg steeds groter geworden. „In 2018 hadden we in Assen 1200 huishoudens die via de Wmo huishoudelijke hulp kregen, vorig jaar waren dat 1800 huishoudens. De kosten zijn in de tijd gestegen van 2,3 miljoen naar 6 miljoen euro. Dat zijn stevige bedragen voor een gemeente als de onze.”
Broekema wijt de toegenomen kosten voor een belangrijk deel aan de landelijke invoering van het abonnementstarief. Sinds 1 januari 2020 betalen alle huishoudens 19 euro per maand voor Wmo-schoonmaak, ongeacht inkomen. Voor hogere inkomens werd het daardoor veel goedkoper om huishoudelijke hulp via de gemeente te regelen. De inkomsten van de gemeente liepen terug, de aanvragen liepen juist op.
Het kabinet ziet deze problemen bij vrijwel alle gemeenten optreden en wil per 2025 terug naar een inkomensafhankelijke bijdrage. Huishoudens met een inkomen boven 185 procent van het sociaal minimum gaan trapsgewijs een hogere eigen bijdrage betalen. Die kan voor huishoudens met een inkomen van 66.000 euro of meer oplopen tot 225 euro per maand bij het huidige prijspeil.
‘Aantal afnemers gaat niet zakken’
„Het is goed dat wij weer ruimte krijgen om een eigen bijdrage te vragen aan de hogere inkomens, maar hoeveel dit Assen op gaat leveren is nog heel onduidelijk”, zegt Broekema. „Zeker omdat de kans bestaat dat het verwachte extra inkomen voor de gemeente weer voor een deel wordt gekort op het gemeentefonds.”
Of de eigen bijdrage wel voor minder Wmo-afnemers zorgt, betwijfelt Broekema ook. „De extra bijdrage kan een drempel zijn voor hogere inkomens om via de gemeente schoonmaakhulp aan te vragen, maar ik verwacht dat het aantal afnemers niet snel gaat zakken. Mensen die er nu gebruik van maken, ook de hogere inkomens, zullen dat waarschijnlijk blijven doen.”