Een jonge supporter met zelfgemaakt spandoek op het promotiefeest vorig jaar. 'Terug naar waar we horen' Foto: Marcel Jurian de Jong
Welke lessen trekt FC Emmen uit de tweede degradatie in de clubgeschiedenis? Moet alles opnieuw wijken voor snelle terugkeer naar de eredivisie? Welke koers varen de opvolgers van vertrokken trainer Lukkien en voorzitter Lubbers? Een kijkje in de boeken, langs de lijn en achter de schermen van de club.
Het verhaal van de laatste vijf seizoenen van FC Emmen leest als een sprookjesboek. Onder aanvoering van kasteelheer Ronald Lubbers uit Oosterhesselen en oefenmeester Dick Lukkien uit de Veenkoloniën trokken Emmenaren eindelijk voor hun lol naar het stadion. Na jaren van droogstand was De Oude Meerdijk verworden tot een theater van volksvermaak.
Lelijk eendje
De FC groeide uit tot hét sportieve vlaggenschip van Emmen en de lijfspreuk van de fanatieke aanhang veranderde in een paar jaar van ‘Hier winnen we nooit wat’ naar ‘Wie doet ons wat vandaag.’ De vieringen van promoties in 2018 en 2022 waren grandioos. Jongens en meisjes in Zuidoost-Drenthe lopen massaal in clubtenue en voor vipboxen en seizoenkaarten is een wachtlijst.
Voormalig clubpreses Alle Pijlman had op de traditionele persdag in 1997 de club al twintig jaar eerder gekroond met zijn uitspraak: ‘Het lelijke eendje is een mooie zwaan geworden.’ Misschien iets te voorbarig, want een paar maanden later scheerde de club, niet voor het eerst en niet voor het laatst, langs de afgrond. Dik twintig jaar later sloeg de zwaan alsnog haar vleugels uit.
Club op tweesprong
Wie de rood-wit-roze bril even afzet, ziet ook een andere, nogal confronterende realiteit. FC Emmen is deze zomer niet de gedroomde stabiele eredivisionist, maar de kersverse degradant naar de eerste divisie. Plannen voor een nieuw stadion lopen al zeker vier jaar vertraging op en financieel teert de club op de vooralsnog incidentele inkomsten uit het eredivisie-avontuur. De prestaties op de transfermarkt zijn onder de maat en naar doorgebroken eigen jeugd is het zoeken geblazen.
Achter de schermen probeert een kleine, kwetsbare organisatie alle ballen in de lucht te houden. Tegelijkertijd hebben twintig mensen op belangrijke posities het afgelopen jaar de club verlaten. Soms vrijwillig, niet zelden met bonje. Vrijdagmiddag moest technisch manager Mike Willems gedwongen het veld ruimen. In de avonduren volgde de definitieve vertrekmelding van voorzitter Ronald Lubbers.
Met 46 mensen op de loonlijst is de bezetting op het stadion zeer dun. Graphic: DVHN / Job Gulikers
Uit gesprekken die Dagblad van het Noorden de afgelopen periodevoerde met sponsoren, spelers, staf, supporters en medewerkers van FC Emmen komt een beeld naar voren van een club die twijfelend op een tweesprong staat.
Aan de ene kant moet FC Emmen voor een snelle stap omhoog financiële risico’s nemen die schadelijk zijn voor de lange termijnplannen. Want nu dure spelers halen, gaat straks ten koste van talent uit eigen stal. Aan de andere kant zal een te lang verblijf op het tweede niveau alles wat de afgelopen jaren is opgebouwd tenietdoen. Het sportieve en financiële moeras waarin clubs als ADO, NAC en Roda JC zich bevinden is geen prettig vooruitzicht.
Er niet bijhangen
Dat dilemma is niet nieuw voor de club: in 2021 zit de clubleiding in hetzelfde schuitje na de eerste degradatie. Voorzitter Lubbers en trainer Lukkien maken van vlugge promotie een absolute must. Die missie slaagt, maar de manier van werken is uiterst riskant, erkennen ze later zelf. Terwijl kantoorpersoneel salaris moet inleveren en inkomsten uit televisiegelden en kaartverkoop afnemen, wordt het spelersbudget opgekrikt naar voor eerste divisie begrippen buitensporige proporties.
Waar in het jaar na de degradatie de omzet van de club met ruim negen ton terugloopt, gaan de uitgaven juist met zeven ton omhoog. Ter vergelijking: de uitgaven van de club zijn dat jaar dik twee keer zo hoog als voor de eerste promotie in 2018. Toen gaf de club nog geen 4 miljoen euro uit. In 2021 was dat 8,6 miljoen. En na de nieuwe promotie ging er vorig seizoen zelfs nog een schepje bovenop: FC Emmen begrootte 9,3 miljoen euro aan clublasten.
De architecten van eerder gaan het dure kunstje niet herhalen. Lukkien is vertrokken naar FC Groningen en Lubbers keert niet meer terug in de voorzitterszetel. In hun plaats staan algemeen directeur Rinse Bleeker en trainer Fred Grim nu aan het roer. Dit keer gaat het mes wél in de begroting en gaat het salarisbudget voor het eerste elftal significant naar beneden. Directe promotie is niet meer de heilige graal waar alles voor moet wijken.
,,We zijn nu de scherven van degradatie aan het opruimen”, zegt Bleeker. ,,We gaan er heus niet zonder ambitie bijhangen in de eerste divisie, en natuurlijk gaat de vlag uit als we kampioen worden, maar voor dat doel gaan we niet alles opofferen. Als we aantrekkelijk voetbal spelen, herkenbaar zijn voor supporters en sponsoren en jeugdspelers de kans krijgen, is niet alles meteen mislukt bij een keer mislopen van promotie.’’
Vette vissen
Bleeker weigert een inkijkje te geven in de financiën voor komend seizoen, maar kondigt een ‘gedegener’ beleid aan. Dat sterspeler en grootverdiener Miquel Araujo deze zomer wél is vertrokken, terwijl hij na de vorige degradatie bleef, is daar een voorbeeld van.
De Peruviaans internationaal wordt in de herfst van 2019 opgepikt door Lubbers. Hij is dan gratis in aanschaf, maar vangt als speler van buiten Europa wel een hoog salaris. Net als zijn landgenoot Sergio Peña komt de verdediger voor minimaal vier ton per jaar op de loonlijst, oftewel minimaal 150 procent van het gemiddelde salaris in de eredivisie. En dat salaris loopt ook nog eens op.
Peruanen Miguel Araujo (links) en Sergio Peña kregen in 2020 een diner aangeboden door de supportersvereniging om het gemis met hun thuisland en familie tijdens corona te verzachten. Foto: Jaspar Moulijn
Medespelers en kantoorpersoneel op De Oude Meerdijk kunnen leven met het grote verschil in salaris binnen de organisatie, zolang de Zuid-Amerikanen de ploeg sportief vooruithelpen. Al wekt Araujo soms de nodige irritatie als hij weer eens de bokkenpruik opheeft en een training overslaat. En contact met teamgenoten in het Engels, laat staan Nederlands, loopt ook na jaren nog allesbehalve soepel. Zijn over-mijn-lijk-mentaliteit op het veld en dito ingrepen maken voor de buitenwereld een hoop goed.
‘Ons kapitaal staat op het veld’, is jarenlang het uitgangspunt van de club. Met hetzelfde argument wordt het brakke kunstgrasveld in het stadion, ondanks klagende spelers en staf, maar niet vervangen. Dat zou al snel minimaal twee jaarsalarissen van een dure exoot kosten. De fysieke problemen die het veld veroorzaakt, worden op de koop toegenomen. De handelwijze van FC Emmen en de vette vissen die ze daardoor binnen hengelen, leidt in concurrerende bestuurskamers, van Venlo tot Heerenveen, alom tot verbazing.
Na de eerste degradatie in 2021 ligt het dan ook voor de hand dat de twee Peruvianen vertrekken. Ze zijn veel te duur voor de eerste divisie.Peña vindt al snel een nieuwe uitdaging in Zweden, bij Malmö FF. Maar tot ieders verbazing, ook intern, maakt FC Emmen op de eerste werkdag na de degradatie de contractverlenging met Araujo wereldkundig. ‘Een cruciale strategische keuze in combinatie met het aangaan van een zeer groot financieel risico om de negatieve teneur te keren’, valt in het jaarverslag te lezen.
Dealmaker Lubbers
Na de degradatie van afgelopen seizoen vertrekt de publiekslieveling afgelopen maand alsnog, naar het Amerikaanse Portland Timbers. Of de transfer FC Emmen iets oplevert, is vooralsnog in nevelen gehuld. Wel melden bronnen binnen de club dat hij begin 2023 al de oversteek kon maken naar clubs in het Midden-Oosten of de Verenigde Staten. Dat had FC Emmen zeker enkele tonnen opgebracht. Een gemiste kans, klinkt het.
Navraag leert dat Ronald Lubbers de deal met de speler en diens nieuwe broodheer hoogstpersoonlijk heeft afgehandeld. Opvallend, aangezien de clubvoorzitter op dat moment nog wegens ziekte officieel tot 1 september uit de running zou zijn. De afgelopen maanden werd bij belangrijk beleid, zoals bij het aanstellen van de nieuwe trainer en directeur, de mening van de preses zwaar meegewogen.
Nieuw leiderschap voor de Emmer troepen: Fred Grim (op de rug). Foto: SMN
Op de burelen van De Oude Meerdijk weten ze gek genoeg nog altijd niet wat de deal omtrent Araujo precies behelst. Ook voor de technische en financiële mensen die normaal gesproken betrokken zijn bij een transfer als deze, is dat een raadsel. Het is tekenend voor de manier waarop zaken bij FC Emmen worden geregeld, vertellen ingewijden.
Herman Harms, na het vertrek van Lubbers nog enig bestuurslid van de club, is wel op de hoogte van de details, maar kan of wil nu geen uitspraken doen over of en wat Araujo nog in het laatje brengt.
,,Er zijn afspraken gemaakt tussen Ronald Lubbers, Araujo en diens zaakwaarnemer”, zegt hij. ,,Er zaten veel mitsen en maren in het contract. Ik kan nu wel mooi gaan roepen dat ik vind dat er veel te weinig is betaald voor hem, maar ik heb die afspraken te respecteren. Het is goed dat Araujo zijn geluk nu elders beproeft. Sportief had ik hem er graag bij gehad, maar financieel geeft het ruimte.’’
Mislukte missie
Inmiddels staan er geen Zuid-Amerikanen meer op het veld in Emmen, maar komt de nieuwe keeper uit Eexterveen en mag de spits uit Ter Apel zich bewijzen. De ambities om meer talentvolle voetballers uit de regio te tonen aan het publiek komt niet uit de lucht vallen. Dat de jeugdopleiding een flinke oppepper nodig heeft en dat het transferbeleid op de schop moet, was ook de conclusie na de eerste degradatie.
Toch stootte de club zich andermaal aan dezelfde steen. In het seizoen 2020/2021 kwamen van de duurste elf spelers er slechts zes aan te pas. Sommige kostbare krachten speelden helemaal niet. Afgelopen seizoen was het spelersbudget volgens de club dusdanig dat het tussen plek elf en veertien had moeten eindigen, maar dat zag haast niemand af aan het spelersmateriaal. Het werd uiteindelijk de ondankbare zestiende plek en degradatie via de nacompetitie. Missie faliekant mislukt.
Net als voorgaande jaren leveren de relatief dure spelers ook deze zomer nauwelijks iets op voor de clubkas. Zo liep topscorer Ole Romeny gratis de deur uit omdat zijn contract met ‘slechts’ een jaar was verlengd. Bronnen binnen de club noemen dat de zoveelste gemiste kans. Ook supporters en sponsoren balen dat FC Emmen de afgelopen jaren vooral een duiventil van gebutste spelers leek die wel scoorden op de begroting maar niet op het veld. Voorbeelden zijn er te over.
Dus moet er meer oog zijn voor regionale talenten, vroegere scouting en betere contracten zonder gekkigheden of vage deals, stelt de clubleiding nu.
Keerpunt Volendam
Voormalig technisch-manager Michel Jansen klinkt het allemaal heel bekend in de oren. De Twent kwam na de degradatie in 2021 over van Heerenveen om juist op die terreinen orde op zaken te stellen.
Voormalige technisch manager Michel Jansen voelde zich weggemoffeld uit Emmen. Foto: Jan Anninga
Een directe voorganger had Jansen niet. De scouting, jeugdopleiding en het eerste elftal vielen tot dan toe onder de verantwoordelijkheid van Ronald Lubbers. Na een jaar vertrok Jansen weer, daags na kampioenschap en promotie. Een ervaring rijker en een illusie armer, zo blikt hij nu terug. ,,FC Emmen is een prachtige club met geweldige supporters. Die gun ik de degradatie zeker niet. Maar laat het duidelijk zijn: ik heb niet bepaald louter fijne herinneringen aan mijn tijd daar.’’
Volgens de voormalig technische voorman kende zijn periode in Emmen twee gezichten. ,,In het begin was het echt pionieren. We kregen wat extra geld voor de jeugd en we konden de scouting professionaliseren. Reed ik in een vrij weekend met Jurjan Mannes (hoofd scouting, red.) op en neer naar Zweden om een interessant talent live te zien spelen. We maakten echt stappen, spelers werden zichtbaar fitter en jeugdelftallen werden kampioen in hun klasse.’’
Volgens Jansen komt het kantelpunt gek genoeg tijdens één van de hoogtepunten van dat seizoen. Op 14 maart verpulvert Emmen in eigen huis directe concurrent FC Volendam. Na die overwinning krijgt het lonkende kampioenschap volgens Jansen weer topprioriteit.
,,Ik kwam euforisch thuis, maar daags erna was alles anders op de club. De voorzitter was in tegenstelling tot de voorgaande maanden ineens weer frequent op de club aanwezig, stond voor iedere camera en nam een deel van mijn takenpakket over. Ik was letterlijk uit beeld verdwenen. Ik had nog wel contact met de eigen spelers, maar zaakwaarnemers deden mijn kantoor niet meer aan. Ik voelde mij opeens overbodig.’’
De kampioenskoorts in Emmen loopt op, maar de omgang met Jansen nadert naar zijn zeggen het vriespunt. ,,Op een gegeven moment vroeg de voorzitter of ik een minuutje had. Toen ik ook financieel directeur Frank Maatje aan tafel zag, wist ik hoe laat het was. Ik moest worden weggemoffeld uit de club en weet nog tot op de dag van vandaag nog altijd niet precies waarom.’’
De huidige clubleiding wil niet reageren op het gedwongen vertrek van Jansen. Wat haar betreft zijn de dossiers met vertrekkers gesloten.
Uithangbord en spreekbuis
Met het vertrek van Jansen eind mei is de uittocht niet compleet. Verre van zelfs. Van financieel directeur Frank Maatje tot commercieel directeur Ben Haverkort, en van hoofd opleiding en clubicoon René Grummel tot Lukkien en zijn drie assistenten: ze geven er de brui aan. Ook financieel manager Jeroen Giezen, die de afgelopen maanden de taken van Lubbers waarnam, is per 30 juni weer uit dienst. En vrijdag kwam daar ook nog eens het vertrek van technisch manager Mike Willems bij. Net als Jansen lag ook hij overhoop met de clubleiding en andere managers.
Als er door FC Emmen al naar buiten toe wordt gecommuniceerd, gaat in de nieuwsberichten op de website van de club vrijwel iedereen na goed onderling overleg de deur uit. Meestal vinden de mannen elders een uitdaging of hebben ze het te druk in andere functies, valt er te lezen. Maar in de praktijk komen er in een aantal gevallen afkoopsommen en zwijgcontracten aan te pas.
Voorzitter Lubbers viert midden in de nacht de promotie van 2022. Foto: Boudewijn Benting
Vrijdag volgde dus als klap op de vuurpijl het aangekondigde afscheid van de markante clubvoorzitter Lubbers. Medio maart melde hij zich ziek op de club. Nu laat hij via de clubkanalen weten dat hij ‘de komende tijd meer aandacht wil geven aan zijn ondernemerschap en een aantal nieuwe initiatieven op wil pakken.’
Medebestuurslid Herman Harms vertelde vorige week nog dat hij Lubbers op 1 september terug verwachtte op de club, maar die voorspelling bleek dus te rooskleurig. Voor Harms was toen al wel duidelijk dat het niet in de oude rol van manusje van alles zou zijn: ,,Wat Ronald deed is meer dan een fulltimebaan, dat kun je er niet een beetje bij doen. Dat heeft hem waarschijnlijk ook opgebroken.’’
Na de ziekmelding van Lubbers ontstond al een machtsvacuüm dat de komende tijd waarschijnlijk niet minder groot gaat worden.
Kruising of paal
Na de absentie van Lubbers dit voorjaar ging de zoektocht naar een algemeen directeur in de snelkookpan. Harms: ,,Ik had de afspraak met Ronald dat hij ons uithangbord en spreekbuis naar buiten toe is. Dat is niet mijn specialiteit. Nu moest ik even naar de voorgrond in de zoektocht naar een nieuwe directeur en trainer. Ik ben blij dat dat in elk geval gelukt is.’’
Harms moet dus samen met die nieuwe directeur Rinse Bleeker het niet geringe takenpakket van de voorzitter voorlopig overnemen. De Fries, voormalig sportinstructeur bij de Koninklijke Landmacht en meervoudig kaatskoning, komt over van Sportstad Heerenveen. Daar heeft hij als algemeen directeur de nodige bestuurlijke ervaring opgedaan. Herman Rozema zal Bleeker ondersteunen als de nieuwe financiële man, maar met het vertrek van Mike Willems ligt de technische leiding wederom braak.
Bleeker dacht vorige week de boel nog redelijk op orde te hebben, maar moet deze zomer dus alsnog aan de bak om de hele organisatie in de benen en tegen het licht houden: ,,Je hoeft hier geen week rond te lopen om te zien dat het heel krapjes is. Dat mensen op verschillende borden moeten schaken. Naast een voetbalbedrijf willen we ook de eigen huishouding op orde brengen, een goed werkgever zijn en het stadionbedrijf fatsoenlijk runnen. Daar heb ik wellicht meer invloed op dan of een bal in de kruising vliegt of op de paal knalt.’’
Verantwoording: Om een goed beeld te krijgen van de sportieve, financiële en organisatorische staat van FC Emmen spraken wij de afgelopen periode met 25 betrokkenen binnen en rondom FC Emmen waaronder spelers, staf, sponsoren, supporters en medewerkers. Dit is deel 1 van een verhalenreeks over de club.
Onderzoeker Job Gulikers: ‘FC Emmen moet negatieve trend doorbreken’
FC Emmen heeft een financieel waterhoofd op het veld, terwijl de rest van de organisatie klein en kwetsbaar is. Dat blijkt uit onderzoek van Job Gulikers, docent en onderzoeker van de HAN-hogeschool in Nijmegen. Op verzoek van Dagblad van het Noorden dook deexpert in voetbalfinanciën in de jaarverslagen van 2014 tot 2022.
Hij vergeleek daarbij de Drentse club met zestien andere betaald voetbalorganisaties uit de top van de eerste-, en de onderkant van de eredivisie. Clubs met een vergelijkbare begroting, achterban en/of organisatie als Emmen.
Daarin valt op dat het gemiddelde salaris van alle medewerkers, inclusief staf en spelers, afgelopen seizoen bij FC Emmen het allerhoogst is. Gemiddeld krijgt een medewerker binnen en buiten de lijnen van De Oude Meerdijk 128.000 duizend euro. Het zijn daarbij niet de receptionistes of de materiaalmannen, maar dure spelers die het gemiddelde flink opkrikken. Tegelijkertijd had de club met 46 personeelsleden het geringste aantal mensen in dienst.
Ter vergelijking: Almere City, plaaggeest van Emmen in de recente nacompetitie, heeft 23 werknemers meer en betaalt gemiddeld 70.000 euro minder per persoon. De kleine organisatie van Go Ahead Eagles komt nog het dichtste in de buurt bij die van Emmen met 48 mensen op de loonlijst. Maar ook die club zit veel lager in de boom wat betreft salarissen: gemiddeld 50.000 euro minder.
FC Emmen heeft het geringste aantal werknemers en gemiddeld het hoogste salaris per persoon blijkt uit de jaarstukken van zeventien onderzochte voetbalclubs. Graphic: DVHN / Job Gulikers
Waar Emmen ook buiten de lijntjes kleurt, is het deel van het budget van de club dat naar salarissen gaat. Van iedere binnenkomende euro, gaat 81 cent op aan salarissen. Dat is ruim boven de stelregel van voetbalbond UEFA van maximaal 70 cent. Emmen zit daarmee op ongeveer het dubbele percentage van clubs als Go Ahead Eagles (38 cent), NAC (41 cent) en Excelsior (43 cent).
Volgens Gulikers is ondanks de hoge spelerssalarissen en tweede degradatie FC Emmen op dit moment buiten financieel gevaar. De club kan tegenvallers opvangen door de hoge meevallers uit televisiegelden, sponsoren en kaartverkoop in de eredivisie.
Hij noemt het logisch dat de club nu minder risico wil lopen en de doelstelling van directe promotie terug naar de eredivisie naar beneden bij schroeft.
,,Ze hebben vorig seizoen opnieuw een ingecalculeerd risico gelopen om handhaving af te dwingen. Nu dat mislukt is, wordt een verlies van 600.000 euro verwacht. Dat is voor het derde jaar op rij een negatief resultaat. Ze moeten die negatieve trend doorbreken om de sterk verbeterde financiële positie door de jaren in de eredivisie niet helemaal teniet te doen. Dus moeten ze of snijden in de kosten of het eigen vermogen opkrikken.’’
Hoewel de club de cijfers over vorig jaar en de verwachte uitgaven over volgend seizoen nog niet wil prijsgeven blijkt uit interne stukken dat de club vorig seizoen 9,3 miljoen euro heeft begroot. Dat wordt komende jaar een stuk minder.