Ze wonnen de strijd van parkengigant Europarcs en kochten hun eigen camping. Hoe is het nu aan het Leekstermeer?

De grote schuur naast het oude paviljoen heeft nog steeds een dak vol gaten en ziet eruit alsof ie elk moment kan instorten. Bij het weiland hangt een grote banner met de tekst Eigen paradijsje in de natuur? Vakantiepark Meerzicht heeft kavels te koop. De parkeerplaats van de camping is bomvol en bij de huisjes genieten de mensen van het heerlijke zomerweer.

Ogenschijnlijk is er weinig veranderd op het recreatiepark dat sinds begin dit jaar eigendom is van de ruim vijftig mensen die er een huisje hebben. Achter de schermen is een grote groep vrijwilligers keihard aan het werk om het park op te knappen. Die volle parkeerplaats is misschien nog wel het grootste verschil met vorig jaar, zegt parkcoördinator Tanja Tamina. „Vorige zomer had niemand zin om hier te zijn. Het was uitgestorven.”

De achtergrond in een notendop: de particuliere eigenaar van de camping aan het Leekstermeer verkoopt de camping eind 2021 aan EuroParcs, een grote speler op de Nederlandse vakantieparkenmarkt. De recreanten, van wie velen er al decennia komen, moeten hun huisjes slopen om plaats te maken voor de chalets van EuroParcs. Ze verzetten zich en het schijnbaar onmogelijke lukt: de groep bereikt een akkoord met EuroParcs en koopt de camping terug. Meerzicht is nu eigendom van de mensen die er een huisje hebben.

Het maakt van de recreanten ondernemers. Een grote omslag, weten Daniëlla van Gennep en Tanja Tamina inmiddels. Van Gennep is bestuurslid van de stichting Parkbelangen Leekstermeer, Tamina overziet het reilen en zeilen op de camping. „Voor álles zijn regeltjes”, verzucht Tamina. „We zijn een hele tijd bezig geweest met uitzoeken wat we in godsnaam hadden gekocht.” Ook het juridisch goed regelen van de rechten en plichten van de eigenaren en het splitsen van de kavels is een ingewikkelde klus die veel tijd in beslag neemt.

Nu dat regelwerk achter de rug is wacht een volgende uitdaging: de uitbreiding van de camping. Van de twee weilanden die bij het park horen wordt één bebouwd met 38 vakantiehuisjes. Het andere weiland heeft een natuurbestemming en wordt een paradijs voor amfibieën met een grote poel. Ook komt daar een voedselbos. Het bestuur hoopt volgend jaar al te kunnen aanleggen en bouwen. Daarvoor moet de helft van de kavels zijn verkocht.

„Daar zitten we al bijna op”, zegt Tamina enthousiast. Er is veel interesse voor de kavels. „Onlangs waren we te zien op Max Vakantieman. Dan worden we weer dagen platgebeld.” Eigenaren in spe moeten wel aan bepaalde regels voldoen. „De huisjes mogen maar acht weken per jaar worden verhuurd. We willen hier geen rolkoffertjestoestand”, zegt Van Gennep.

Het bestuur zet in op het versterken van de biodiversiteit op het park. De kavels mogen daarom maar voor een kwart worden bebouwd. „Op het nieuwe deel komt veel inheemse beplanting en willen we geen schuttingen. Alleen groene afscheidingen”, legt Van Gennep uit.

Het meest trots zijn Tamina en Van Gennep op het gloednieuwe verhuurappartement dat ze met vereende krachten realiseerden op de bovenverdieping van het oude paviljoen. De grote ramen bieden een prachtig uitzicht op het Leekstermeer. In het paviljoen zelf lijkt de tijd te zijn gestopt in de jaren 70.

Ze moeten nog bedenken wat ze ermee willen, de prioriteit ligt de komende tijd bij het slopen van de schuur die vol asbest zit en het opknappen van de steiger. Het bestuur hoopt voor de aanpak van het centrale deel van het park op steun vanuit het programma Vitale Vakantieparken van de provincie Drenthe.

Wat deze zomer ook anders maakt: het verzet heeft gezorgd voor veel meer gezelligheid en samenhang. Iedereen draagt op zijn of haar eigen manier iets bij aan het vernieuwen van het park. Op het nieuwe terras achter het paviljoen wijst Van Gennep naar twee blauwe bankjes aan de oever van het Leekstermeer. „Die hebben wij als bestuur gekregen van de leden. Met de boodschap: dankzij jullie zitten we hier nog. Gaaf hè”, zegt ze glunderend.