Drenthe ziet elektrische auto als rijdende thuisbatterij. 'Goedkoop laden en stroom duur verkopen is zeker mogelijk'

Aan het eind van de dag zetten veel automobilisten hun elektrische voertuig aan de lader en dan is er dus veel vraag naar stroom, helemaal omdat veel mensen dan ook gaan koken, wat tegenwoordig ook vaak elektrisch gaat. Netbeheerder Stedin riep in februari al op om elektrische auto’s pas na negen uur ‘s avonds te laden.

Het elektriciteitsnet krijgt steeds meer te verduren: door de komst van zonnepanelen en windturbines ontstaan grote pieken in het aanbod van stroom, terwijl er ook weer pieken ontstaan in het verbruik door elektrisch rijden, maar ook bijvoorbeeld door elektrificatie van bouwmachines en van industriële processen.

‘Elektrische auto’s kunnen in de toekomst als rijdende batterijen worden ingezet om die pieken en dalen op het energienet op te vangen’, schrijft het provinciebestuur van Drenthe in een brief waarin het aankondigt de faciliteiten voor elektrisch rijden de komende jaren fors te willen uitbreiden. Zo zouden er de komende drie jaar duizend tot 1200 publieke laadpalen bij moeten komen, ongeveer hetzelfde aantal dat de afgelopen vier jaar is geplaatst. Dit zijn dus palen op straat, waarvan iedereen met een betaalpasje gebruik kan maken.

Daarnaast moeten er volgens het provinciebestuur nog eens 2500 semipublieke laadpalen komen. Dit zijn palen die bijvoorbeeld bedrijven en instellingen op hun eigen parkeerterreinen en in parkeergarages plaatsen.

Op het eerste gezicht lijkt dit wat strijdig met alle verhalen over de netcongestie, maar volgens Drenthe kunnen elektrische auto’s dus stroom opvangen als de zonnepanelen veel leveren, terwijl ze weer stroom teruggeven als er het donker is en er veel vraag is naar stroom.

„Het staat allemaal nog in de kinderschoenen, maar wij werken er hard aan dit soort initiatieven mogelijk te maken”, zegt Helmut Feringa, woordvoerder van netwerkbedrijf Rendo in Meppel. „Slim laden is zeker een oplossing voor de netwerkcongestie, maar het vergt wel investeringen in het netwerk en de laadpalen moeten er ook geschikt voor zijn.” Op kleine schaal zijn er al wel experimenten in deze richting.

Ook niet alle elektrische auto’s zijn geschikt voor het zogenoemde bidirectioneel laden, wat dus betekent dat ze ook stroom kunnen teruggeven aan het net. Is je auto dat wel, dan ligt er een aardig verdienmodel in het verschiet. Je laadt je auto goedkoop op wanneer er veel stroom beschikbaar is en geeft een deel ervan terug tegen een hogere prijs wanneer er veel vraag naar is.

„Ja, er zijn nu al mogelijkheden om goedkoop of zelfs tegen een negatieve prijs stroom van het net te betrekken wanneer het aanbod groot is”, beaamt Feringa. „Dit vergt natuurlijk wel goede afspraken met je leverancier van stroom. En als je auto en laadpaal daarvoor geschikt zijn, zou je die stroom natuurlijk ook weer kunnen terugleveren. Maar je wilt natuurlijk wel met je elektrische auto op pad kunnen. Dus moet je wel voorkomen dat je ‘s ochtends met een lege accu staat als je weg wilt.”

Een woordvoerder van Enexis, een ander netwerkbedrijf, ziet ook mogelijkheden op dit terrein, maar benadrukt dat het allemaal nog pril is. „We zijn nog niet zover, maar onderzoeken de mogelijkheden en gaan hier in de toekomst kleinschalig mee experimenteren.