Piet van Tuinen van Strandexpress maakt zich zorgen over het eventuele zinken van de Fermantle Highway. Foto: Jan Spoelstra
,,De grote angst is olie”, zegt Piet van Tuinen over het brandende autovrachtschip in de Noordzee. ,,Als dat op het strand komt, hebben we een gigantisch probleem.”
De Amelander rijdt met zijn bedrijf Strandexpres bijna dagelijks over het strand. De MSC Zoe-milieuramp zit nog vers in zijn geheugen. Al 44 jaar gebruikt Van Tuinen een trekker met daarachter een grote kar om toeristen het Amelander natuurgebied te laten zien.
Woensdag was er tijdens het ritje ineens een ander uitzicht. Het brandende autovrachtschip Fremantle Highway was duidelijk aan de horizon te zien.
,,Het waren golven rook”, vertelt Van Tuinen. ,,Ik had het niet verwacht, maar het brandde dusdanig hard dat je de rookpatronen goed kon zien. De toeristen hadden al gevraagd of je het kon zien. In het eerste deel van de rit niet, maar toen we de bocht omgingen, kon je het zo aanwijzen. Iedereen is er benieuwd naar. Mijn kennissenkring vroeg ook al of ik het brandende schip had gezien.”
‘Elke keer als ik ‘stabiel’ lees, ben ik opgelucht’
Van Tuinen ruimde in 2019 veel van de troep op, afkomstig uit de overboord geslagen containers van de MSC Zoe. Met dat in zijn achterhoofd volgt hij naarstig de situatie van dit vrachtschip. ,,Elke keer als ik ‘stabiel’ lees, ben ik opgelucht.”
Piet van Tuinen van Strandexpress maakt zich zorgen over het eventuele zinken van de Fermantle Highway. Foto: Jan Spoelstra
De vrees van velen is het scenario dat het schip zinkt. ,,Ik maak me zorgen om de olie. Vervuiling is bijna niet schoon te krijgen. Het schip kwam net uit Bremerhaven en heeft een bunkervoorraad olie aan boord. Stookolie, scheepsdiesel. Gelukkig is de veegboot erbij (de Arca, een meet- en oliebestrijdingsvaartuig van de rijksdienst, red.), maar als hij zinkt? Er kan een enorme milieuvervuiling aankomen. Dat wordt chaos. Ik ga ervanuit dat ze het strand dan zullen sluiten.”
Gedurende de donderdag dreef de Fremantle Highway steeds meer naar Terschelling. ,,Alle eilanden gaan hier last van krijgen. Ik gun dit Vlieland ook niet, dat het schip daar straks nog naartoe drijft.”
‘Niet best als dit reusachtige ding op de bodem belandt’
Op de nabijgelegen eilanden volgen de bewoners de ontwikkelingen op de voet. Erkend Vlielander jutter Dirk Bruin volgt het rampschip via AIS-gegevens van omliggende boten, zoals die van de Hunter van berger Noordgat.
,,Ik zie hem nog niet echt dichterbij komen”, zegt hij aan het eind van de middag. ,,Voor Vlieland maak ik me nog geen zorgen. Maar in zijn algemeenheid is het natuurlijk niet best als dit reusachtige ding op de bodem belandt.”
MSC Zoe
De gevolgen van het incident met de MSC Zoe troffen van de Friese Waddeneilanden Vlieland het minst. ,,Natuurlijk, het was hier ook een rotzooitje op het strand, maar op Ameland liep de troep ook naar binnen en het Wad op, daar is het lastig opruimen.”
Dat herinnert Van Tuinen zich nog goed. ,,Er lagen allemaal koelkasten op het strand. Die waren makkelijk op te ruimen, maar de verpakkingen waren helemaal kapot. De toeristen die mee waren, heb ik gevraagd: moeten jullie ergens zijn?
Ze hadden geen afspraken, dus toen hebben we met z’n allen vuilniszakken vol opgeruimd. De tocht duurde een uur langer, maar niemand had er problemen mee.” De dagen daarna pendelde Van Tuinen mensen van Nes naar het strand en terug om zoveel mogelijk schoonmakers op het strand te krijgen.
Met verrekijkers op het strand
Maria van Bavel (70) en Herke van Bavel (72) uit Sneek staan boven op een duin in Hollum op Ameland. Met allebei een verrekijker turen ze de horizon af op zoek naar het brandende schip. Er valt niks meer te zien. ,,Woensdag hebben we hem wel gezien”, vertelt Maria. ,,Heel duidelijk, zelfs de boten eromheen.”
Een strandganger kijkt met een verrekijker in de richting van de De Fremantle Highway in brand op de Noordzee boven Ameland. Foto: ANP / Jan Spoelstra
‘Handenwrijvend naar het strand, maar nu zijn het rampen’
Het stel maakt zich zorgen om de olie aan boord van het schip. ,,Vroeger”, vertelt Maria die opgroeide op het eiland, ,,gingen we met zijn allen jutten als zoiets als dit gebeurde.” Ze wrijft in haar handen. ,,Zo gingen we naar het strand. Handenwrijvend. Het hele strand stond vol met eilanders. We vonden blikken boter, spijkerbroeken en natuurlijk veel planken. Mijn vader heeft me wel verteld dat er hele schuren zijn gebouwd van aangespoeld hout. Maar tegenwoordig zijn het rampen.”
Herke knikt. ,,Dat is veranderd in die vijftig jaar. Het is echt een ramp. De stookolie en de scheepsdiesel, als dat ding zinkt? Slecht voor het milieu en het kan ook nog weleens heel slecht uitpakken voor het toerisme hier.”
,,Bij dit schip valt de troep misschien mee”, denkt Van Tuinen. ,,Auto’s zijn groot, dus makkelijk op te ruimen. En hoe langer het brandt, hoe minder losse dingen er zijn. Maar de olie? Zolang het schip niet naar de bodem gaat, is er hoop.”