Jonathan Nijhuis legt aan. Op de voorgrond Lieke Buis; achter Jonathan maakt Julian Hamming zijn boog schietklaar. Foto: Jaspar Moulijn
Voor de rubriek Club van de Week bezoekt DVHN sportclubs uit Drenthe of Groningen. Deze keer in de schijnwerpers: handboogschietvereniging De Vrijheid in Zuidlaren.
‘Iedereen klaar?’ Uit vijf kelen wordt er meer of minder verstaanbaar ‘ja’ gemompeld, dan klinkt het commando ‘Baan vrij, er mag geschoten worden’ en dan zoeven bijna tegelijkertijd zes pijlen door de lucht, met een snelheid van rond de 200 kilometer per uur. Na zo’n kwart van een seconde ploffen ze allemaal met een korte, droge ‘plok’ in de borden van vlas. Welkom bij De Vrijheid in Zuidlaren.
Met zo'n 200 kilometer per uur verlaat de pijl de boog van Jonathan Nijhuis. Foto: Jaspar Moulijn
Allemaal met een lach op het gezicht
Het is zaterdag, begin van de middag. Op een rij staan Fokko van Calker (56), Aimée van den Oever (15), Matthijs Hoogendoorn (31), Maurice van Calker (19), Jonathan Nijhuis (14) en Lieke Buist (14) te schieten. Met een boog van hout of een combinatie van metalen middenstuk en latten van kunststof in de hand en een pvc-buis, verticaal gemonteerd op een plank met pijlen daarin, naast zich op de grond.
Allemaal met een glimlach op het gezicht. Want dit is leuk, stralen ze uit. „Satisfying”, zegt Maurice, de jongste Van Calker en zoon van Fokko, uit Haren. „Het geeft enorm veel voldoening om die pijl goed weg te schieten.”
Lieke Buist prikt een nieuw doel vast. Foto: Jaspar Moulijn
Zeker, vult Lieke Buist aan. „Ik heb heel veel verschillende sporten gedaan en hobby’s gehad: van trampolinespringen tot scouting. Maar toen ik voor het eerst een pijl had weggeschoten, wist ik het: dit is mijn sport.”
‘Boogschieten is mindful’
Voorzitter Nico Schutte (73) herkent dat gevoel maar al te goed. „Boogschieten is heel mindful. Je moet helemaal in het moment zijn, niets anders aan je hoofd hebben dan die pijl en het doel waar je op schiet. Dat is voor mij een van de meest aantrekkelijke dingen van deze sport.”
Fokko van Calker beaamt dat. Hij was lid van een operettevereniging, maar werd door zoon Maurice meegetroond naar De Vrijheid en is nu elke week in de weer in Zuidlaren. „Als ik de deur uitloop hier, kan ik er weer even tegen. Je hebt in anderhalf uur je hoofd helemaal leeggemaakt, heerlijk is dat.”
Meervoudig Nederlands kampioen
Schutte was al wat ouder toen hij viel voor de boog en de pijlen. „Ik was 60, werkte als docent belastingrecht op de Rijksuniversiteit in Groningen en kwam ermee in aanraking tijdens een sportdag op de ACLO, de studentensportorganisatie op Zernike in Groningen. Toen vond ik het al heel leuk. Maar toen ik even daarna weer kon schieten tijdens een personeelsfeest van het Martiniziekenhuis, waar mijn vrouw werkte, wist ik het zeker: als ik nog wat wil met deze sport, dan moet ik het nu doen. Anders wordt het ‘m niet meer.”
Nico Schutte (midden, met snor) in gesprek met Aimée van den Oever. Op de achtergrond staan Lieke Buist (uiterst links) en Maurice van Calker. Foto: Jaspar Moulijn
Het bleek een uitstekende beslissing, want Schutte blijkt bovenmatig talent te hebben. Inmiddels mag hij zich meervoudig Nederlands kampioen op de barebow noemen.
Olympische sport
Die ‘kale boog’ is op De Vrijheid veruit de meest gebruikte boog en geldt ook als de basis voor de recurve-boog, de boog die op de Olympische Spelen wordt gebruikt. „Die heeft een vizier en een stabilisator, die is wat luxer uitgevoerd, zeg maar”, zegt Schutte. „Maar het is wel een andere discipline, dus ik kan als voormalig Nederlands kampioen echt niet mee met de recurve-schutters op de Spelen, hoor. Dat moest ik maar niet doen.”
Naast die twee is er ook nog de long bow, waarmee de jonge Jonathan Nijhuis (14) uit Gieten schiet. Hij wil nog wel naar de Spelen, al weet hij dat ie dan over moet stappen op de recurve. „Maar zoiets lijkt me wel cool, ja. Waarom niet? Ik heb ook andere sporten gedaan, maar dit is echt mijn sport.”
Veiligheid staat voorop
Na het commando ‘pijlen halen!’ gaan de zes schutters de pijlen uit het schietdoel halen. Die commando’s zijn van levensbelang, want door een pijl met 200 kilometer per uur geraakt worden is natuurlijk geen pretje. „Al is de punt niet echt heel scherp”, zegt Schutte, „maar het is wel gevaarlijk als je op een verkeerde plek wordt geraakt. Pijl en boog geldt niet als wapen dat je in een kluis zou moeten bewaren, zoals het op een schietvereniging gaat met pistolen. Maar veiligheid staat hier wel voorop.”
Lieke Buist (links), Jonathan Nijhuis en Julian Hamming (rechts) maken hun boog schietklaar. Foto: Jaspar Moulijn
De Vrijheid, met zo’n 50 actieve leden, bestaat sinds 2001 en is sinds dat jaar gevestigd in het oude gebouw van de postduivenvereniging aan de Hanekamp, op de weg naar De Groeve. De club heeft dus, in tegenstelling tot veel andere handboogschietclubs in het Noorden, een eigen clubgebouw. Maar dat gebouw is tegelijkertijd een beperking: er is maar plaats voor schietbanen van 15 meter lang.
Veel onderlinge duels
„En officiële wedstrijdbanen zijn vanaf 18 meter lang”, zegt Schutte. „Dat zit er bij ons niet in.” Vandaar ook dat wedstrijden op de vereniging in Zuidlaren vooral onderlinge duels zijn, maar daardoor niet minder spannend. En in de zomer wordt er ook menigmaal buiten geschoten, op de naastgelegen ijsbaan. Daar kan tot 70 meter ver geschoten worden.
Jonge leden van De Vrijheid in training. Nico Schutte kijkt op de achtergrond toe. Foto: Jaspar Moulijn
In de winter is de laddercompetitie heel populair. Matthijs Hoogendoorn (31) daagt zaterdag een ander clublid uit. „Als je wint ga je een tree hoger op de ladder”, legt de microbioloog uit Groningen uit. Hij beoefent de sport nog maar kort en werd een paar maanden geleden lid. „Ik kan echt fanatiek en gefocust een uurtje, anderhalf uur schieten. En dan ga ik weer tevreden naar huis.”
Op rapport
Gastvrijheid 9
Leden te over die aan de verslaggever even willen laten zien hoe zo’n boog werkt. Hij wordt direct uitgenodigd zelf ook eens te schieten en na een korte, maar duidelijke uitleg van Jonathan Nijhuis schiet hij zijn eerste pijl net naast het doel. Maar niemand raakt gewond en het voelt cool. En: complimenten van voorzitter Schutte. „Voor de eerste keer is dit eigenlijk helemaal niet slecht.”
Accommodatie 7
Een langwerpige schuur is het eigenlijk, waarvan de ramen geblindeerd zijn. Van buiten wat kil, van binnen gezellig en warm. Alleen uitkijken waar je loopt en blijf achter de lijn, want daarvóór vliegen de pijlen!