De talenten namens Groningen. Van boven naar onder: Melle Weersma, Merlijn Koen, Marvin Dijkhuis en Bram Eikelaar. Foto: Nienke Maat
Het Tsjechische Praag is komende maand het decor voor het EK rugby voor talenten onder 18 jaar. Bram Eikelaar (18), Marvin Dijkhuis (17), Merlijn Koen (18) en Melle Weersma (18) uit Groningen zijn voor de Nederlandse ploeg geselecteerd.
Het wachten is op Merlijn. Zijn reden: „Ik was mijn kip aan het eten en toen dacht ik: ik ben te laat.” De andere jongens kunnen er om lachen. Vorig jaar speelden ze allemaal nog samen in een team, maar nu zitten ze bij verschillende clubs. Merlijn en Melle spelen bij Rugbyclub ’t Gooi in Naarden, Bram bij Delftsch studenten Corps (Delft) en Marvin nog bij Rugbyclub Groningen.
Sommige jongens zijn met rugby begonnen via de Sporthopper en anderen door familieleden. Melle is bijvoorbeeld meegenomen door zijn vader. „Ik had eerst geen zin in rugby en toen ik die grote mannen zag, dacht ik al helemaal van nee, dit gaan we niet doen.”
„We zaten samen op judo, maar het individuele sporten vonden we eigenlijk niks. Teamsport heeft dan toch wel iets meer. Ik ben begonnen via de Sporthopper”, vertelt Merlijn. Marvin is meegenomen door zijn neef en Bram deed eerst aan hockey en is een keer met een vriend mee geweest naar een training.
‘Geen seconde is hetzelfde’
Het leuke aan rugby? „Het is heel variërend, want geen seconde is hetzelfde”, vindt Melvin. „Je moet de hele tijd anticiperen, want bij balverlies moet je snel schakelen. Dat vind ik het leuke aan rugby.”
„Je moet wel een leuk team hebben, want dan maakt het niet uit of je wint of verliest. Gelukkig hadden we hier bij Groningen wel een gezellig team”, aldus Melle. Nu de jongens niet meer bij elkaar in hetzelfde team zitten, is de kans groter dat ze tegen elkaar moeten spelen. Zo spelen Melle en Merlijn in de competitie tegen Bram. „Hoeveel was het ook alweer?” vragen Melle en Merlijn aan Bram. „Het verschil was maar twee punten”, weet Bram nog.
Het verlossende belletje
Alle vier kregen het verlossende woord of ze voor het EK waren geselecteerd te horen via een belletje. Daar konden ze zelf voor kiezen. „Er was een optie om het bij een training te horen. Eigenlijk vonden wij allemaal dat het via een telefoontje chiller was, anders weet je ook al wie er wel en niet mee gaan”, vertelt Melle.
De jongens hebben wel meerdere selectierondes moeten doorlopen, waar telkens een aantal spelers afvielen. Begonnen werd met 70 jongens en na vier rondes bleven er 26 jongens over die geselecteerd waren voor het EK. „Blij en opgelucht toen we het hoorden”, zeggen Melle en Merlijn. „Je hebt natuurlijk altijd wel een idee of je meegaat, maar de competitie is er toch”, voegt Merlijn toe. Marvin was er minder zeker van: „Je twijfelt toch altijd wel, want je weet niet hoe de coaches jou zien.”
Georgiërs zijn gigantische gasten, dus dat gaat een pittige pot worden
Voor de jongens betekent het heel wat om Nederland te vertegenwoordigen op het EK. „Heel vet”, zeggen Merlijn en Marvin in koor. „Het gaat om 26 jongens en als jij daar één van bent, is dat leuk”, zegt Melle. „Ik denk dat sinds wij serieuzer zijn gaan rugbyen het bij ons allemaal een droom is om voor Nederland te mogen spelen. Het beloont je harde werken”, vindt Marvin. „Voor het eerst met zijn vieren uit Groningen is bijzonder.”
Voor de winst gaan
Voor het Nederlandse team komen er leuke wedstrijden aan op het EK. Er doen in totaal acht landen mee, waardoor er meteen met een afvalsysteem wordt gespeeld. In de eerste wedstrijd neemt Nederland het op tegen onze oosterburen Duitsland. „Als het goed is, winnen we die”, laat Marvin zelfverzekerd weten. Daarna wacht Spanje of België. De Spanjaarden zijn snelle jongens, waardoor dat geen fysieke wedstrijd zal worden.
De grote favoriet voor de titel is Georgië, dat in de laatste tien jaar alles heeft gewonnen. Die ploeg kan Nederland in de finale tegenkomen. Melle: „De spelers van Georgië zijn gigantische gasten, dus dat wordt een pittige pot. We hopen op vette wedstrijden, zodat we aan het einde een feestje kunnen vieren voor het kampioenschap.” Pas dan is het toernooi voor hen geslaagd.
Professioneel rugby
Het liefst zouden de jongens uiteindelijk allemaal professioneel rugby willen spelen bij grote teams in bijvoorbeeld Engeland of Frankrijk, de grote rugbylanden. „Het EK is toch een toernooi waar buitenlandse clubs ook meekijken, dus als je jezelf laat zien, heb je nog kans om naar het buitenland te gaan”, zegt Merlijn. De wedstrijden op het EK worden wel de zwaarste wedstrijden die ze ooit hebben gespeeld, geven de vier jongens eerlijk toe. Het niveau is vergelijkbaar met het hoogste wat je in Nederland kunt spelen en dat is in de ereklasse.
Marvin wordt de lucht in getild door Melle en Bram. Een typisch beeld voor een inworp bij rugby. Foto: Nienke Maat
Op 13 november vertrekken ze met de trein richting Tsjechië. „De bond dacht dat het beter is dan met de bus en in de trein heb je ook de ruimte”, vertelt Bram. Twee dagen later staat de wedstrijd tegen Duitsland gepland. De jongens zijn er nu nog niet klaar voor. „Dat komt nog wel”, verwacht Merlijn. „Je moet eerst in de mood komen. Bij het weekendkamp waar we nog heen gaan, gaan we serieus trainen en dan komt het wel”, aldus Melle.
Herstel wordt belangrijk
Merlijn: „Ik heb gehoord dat dit het beste team van Nederland is.” Dat biedt hoop om de Georgiërs te verslaan. Alleen weten de Nederlanders niet hoe zij spelen. Ze hebben die ploeg namelijk alleen nog maar op YouTube gezien. Belangrijk op het EK wordt het herstel. Om drie keer in de week een wedstrijd te kunnen spelen, zul je snel moet herstellen, mentaal en fysiek. „Mentaal wordt het pittig. Je moet elke wedstrijd weer 100 procent geven, want je kan je team niet in de steek laten. Dat wordt denk ik voor ons allemaal het zwaarst”, denkt Bram.