Onlangs was ik bij een kennis op bezoek. Op een gegeven moment werd er aangebeld, de post met een paar brieven en kaarten. Terwijl hij de kamer inliep haalde hij een kaart uit de envelop, las ‘m en begon te glimlachen.
„Leuke kaart?”, merkte ik op, in afwachting tot hij er meer over zou zeggen. Maar hij zweeg waarop ik bijna ongepast nieuwsgierig vroeg: „Van wie, als ik zo vrij mag zijn?”
„Van mezelf”, antwoordde hij.
„Hè?”, luidde mijn verbaasde reactie. „Hoezo van jezelf? Je stuurt jezelf toch geen nieuwjaarskaart?”
„Sinds een jaar of wat doe ik dat wel”, zei hij. „En het is eerlijk gezegd ook elke keer weer de belangrijkste kaart die ik met nieuwjaar ontvang.”
Mijn nieuwsgierigheid was nu onbedwingbaar uitgelokt, dus vroeg ik wat hij zichzelf bijvoorbeeld op deze manier wenste.
Waarop hij opstond, uit een la van zijn bureau een stapeltje enveloppen nam en aan mij overreikte met de woorden: „Hier, kijk zelf maar.”
Persoonlijk domein
Ik nam ze met een zekere aarzeling aan, want het voelde alsof ik binnendrong in een persoonlijk domein. Mijn aarzeling bemerkend moedigde hij mij aan met de woorden: „Nee toe maar, kijk maar, ze zijn allemaal aan mij gericht. Er staat niks in dat jij niet zou mogen weten.”
Met de enveloppen in mijn hand zag ik dat ze inderdaad in hetzelfde handschrift aan hem gericht waren. Toch aarzelde ik nog, totdat ik op één kant van een kaart, half uit de envelop geschoven, niet alleen zijn naam ontwaarde met Beste ..., maar met daaronder ook de korte tekst: „… zorg dat je doelen nooit opraken.”
„Is dat je wenstekst voor 2025?” was mijn vraag.
„Dat is ‘m”, was zijn antwoord. „Ik ga dit jaar met pensioen weet je nog? Maar opgelet, een wenstekst werkt vooral als je ’m naar jezelf stuurt en ‘m hardop of minstens fluisterend uitspreekt iedere keer als je ‘m tegenkomt. Dus dat doe ik nu hier.” En dat deed hij. „En nu jij!”
Dat deed ik: „René, zorg dat je doelen nooit opraken.”
Effectduur
Dat gezegd hebbende was het alsof er een bak munten in mijn hoofd omviel. Ik begreep opeens dat wat hij met zijn wenskaarten aan zichzelf voor een nieuwjaar beoogde niet alleen was om zich iets belangrijks te herinneren. Hij wilde het door wijze en vorm van herhaling ook een gewicht en prikkel voor duurzaamheid en zelfgesprek meegeven die het anders nooit zou krijgen.
Want laat ons eerlijk zijn: de meeste nieuwjaarswenskaarten halen qua effectduur niet eens het einde van het uur waarin ze geschreven zijn. Als ze dat al halen.
Terwijl mijn gedachten zich daarmee bezighielden schoof ik half opzettelijk een kaart van een eerder jaar uit de stapel en trof daarop de volgende tekst aan: ‘Beste (...), de gesprekken die jij voert met jezelf zijn beslissend voor jouw leven en overleven. Want aanmoedigingen van anderen, hoe goed bedoeld ook, zijn alleen motiverend als jij ze tot aanmoedigingen aan jezelf weet te maken; als jij ze tot zelfgesprek maakt’.