'Netcongestie heeft als hardnekkige effect dat het een rem zet op economische ontwikkeling.' Fot: ANP
In de wachtrij voor een aansluiting op het stroomnet; netcongestie is harde realiteit. Behalve in de Randstad, valt Marcel Hanegraaff op. Hij roept de overheid daarom op om de komende jaren disproportioneel te investeren in het energienetwerk van de regio.
De stikstofcrisis is nog niet voorbij of een nieuwe crisis dient zich al weer aan: netcongestie. Dit bleek uit een brief die vorige week maandag naar de Tweede Kamer werd verstuurd door minister Jetten. In delen van het land is een stop gezet op nieuwe stroomaansluitingen; de wachttijd kan oplopen tot bijna tien jaar en er moet op bepaalde tijdstippen van de dag minder stroom verbruikt worden door ondernemers.
Er zijn veel overeenkomsten tussen de stikstofcrisis en netcongestie. Ten eerste: het betreft een situatie waarin de overheid haar zaken niet op orde heeft, maar desondanks ambitieus beleid uitrolt. Ook voor netcongestie geldt dat de verduurzamingsslag met grote ambitie wordt ingezet, zonder dat er echt goed is nagedacht over de praktische uitvoerbaarheid.
Het gevolg is dat de overheid van alles van burgers en ondernemers verwacht, maar zelf niet kan leveren, letterlijk. Zie hier een recept voor politiek wantrouwen.
Weer de regio de dupe
Ten tweede: het is weer de regio die de dupe wordt van dit beleid. Dit gold voor stikstof en dit geldt nu ook voor netcongestie.
Googel maar eens naar de capaciteitsbeheerkaart waarin de huidige tekorten in het stroomnet per regio worden weergegeven. Vergelijk dit vervolgens met het overzicht van de overheidsinvesteringen in de energie-infrastructuur: het zogenoemde MIEK-overzicht.
Het eerste kaartje laat zien dat er slechts één regio is waar het stroomnet niet rood of oranje oplicht: de Randstad. Op het tweede kaartje vindt u dat er ook maar één regio uitspringt als het gaat om waar het meeste geld wordt uitgegeven aan netversterkingen. U raadt het al: de Randstad.
Dit heeft dramatische gevolgen voor de regio. Netcongestie heeft namelijk het hardnekkige effect dat het een rem zet op economische ontwikkeling. Bedrijven kunnen minder investeren in groei en nieuwe bedrijven kunnen zich niet vestigen zonder elektriciteitsaansluiting.
Dit betekent dat succesvolle bedrijven – bedrijven die willen investeren – de regio noodgedwongen moeten verlaten, terwijl nieuwe bedrijven eerder zullen kiezen voor een regio waar deze problemen niet spelen. Zo holt de economische weerbaarheid van de regio langzaam uit, met in haar kielzog jonge mensen, ondernemers en alle anderen die de regio juist zo hard nodig heeft.
Het is daarom tijd voor actie. Zorg er bij toekomstig beleid nu eens voor dat er realistische verwachtingen worden neergelegd bij de burger en het bedrijfsleven. Er is niks mis met het stellen van ambitieuze doelen op het gebied van verduurzaming. Maar zorg dan dat je zelf je zaakjes goed op orde hebt. Anders verlies je op termijn de steun voor het klimaatbeleid.
Consequenties proportioneel verdelen
Dit is met name belangrijk als de negatieve consequenties niet proportioneel verdeeld zijn over Nederland. Het kan niet zo zijn dat de Randstad straks volop profiteert van een zee vol met windmolens, terwijl in Drenthe, Gelderland of Limburg ondernemers massaal de benen hebben genomen omdat het energienetwerk onvoldoende is versterkt en gemoderniseerd.
Bij deze dus een klemmende oproep aan de Tweede Kamer en de formerende partijen: investeer nu en de komende jaren disproportioneel in het energienetwerk van de regio. Zorg dat ondernemers ook buiten de Randstad kunnen blijven floreren, jonge mensen hun talenten hier kunnen inzetten, en dat het politiek vertrouwen in de regio weer wordt hersteld.
Marcel Hanegraaff is universitair hoofddocent politicologie aan de Universiteit van Amsterdam