‘Niemand is tegen minder CO2-uitstoot, maar het moet wel kunnen.’ Foto: ANP/Peter Hilz
Steeds meer gemeenten zien het toch niet zitten om al op 1 januari zero-emissiezones in te voeren in hun stadscentra. Logisch, vindt Erik Ziengs. „Zorg eerst voor een stroomnet met voldoende capaciteit, voldoende beschikbaarheid van elektrisch vervoer en laadpalen.”
De afgelopen weken zagen steeds meer stadsbesturen het licht. Apeldoorn, Ede en Deventer geven gehoor aan de zorgen van ondernemers, die aangeven in de problemen te komen als zero-emissiezones al vanaf volgend jaar ingaan.
Uit onderzoek onder onze achterban, het midden- en kleinbedrijf, blijkt dat bijna de helft van de ondernemers vreest in grote problemen te komen als dit nu wordt doorgedrukt.
Dat geldt ook voor de ondernemers in de Scheveningse haven die ik deze week bezocht. De gemeente Den Haag wil in 2026, als beste jongetje van de klas, ook de kuststrook betrekken bij de zero-emissiezone. Netbeheerder Stedin geeft echter aan dat er geen nieuwe aansluitingen mogelijk zijn in dit gebied de komende jaren.
Concurrentiepositie onder druk
De instelling van zero-emissiezones zorgt ervoor dat de concurrentiepositie van de Scheveningse haven onder druk komt te staan. Hiermee wordt dit de enige haven van Nederland waar ook leveranciers van buiten de regio alleen nog welkom zijn met uitstootvrij vervoer. Als die wegblijven en uitwijken naar andere havens is dit een nekslag voor de lokale economie.
Het is van de zotte dat de overheid een enorme administratieve kerstboom optuigt bomvol vrijstellingen en ontheffingen om zero-emissie toch te kunnen invoeren. Een boel rompslomp die veel mankracht kost, terwijl het veel beter is om voor enkele jaren uitstel te gaan zolang de randvoorwaarden nog niet op orde zijn. In sommige delen van het land is er sprake van een vol stroomnet, waardoor ondernemers niet eens een laadpaal kunnen krijgen.
Daarnaast houdt het aanbod aan elektrisch vervoer – denk aan zwaardere bussen en vrachtwagens – niet over. Vaak zijn die niet beschikbaar of zijn er wachtlijsten van maanden, is de actieradius of laadcapaciteit te beperkt en zijn de prijzen torenhoog. Drie tot vier keer duurder dan een fossiele variant.
Ondernemers moeten nog van corona bijkomen
Ondernemers moeten zelf de rekening oppakken; terwijl zij nog bijkomen van de coronaperiode, de gevolgen van de gestegen inflatie en veelal kampen met personeelstekorten.
Gemeenten stellen dat zij zero-emissiezones niet willen uitstellen omdat de overheid betrouwbaar en voorspelbaar moet zijn. Een non-argument, omdat een overheid ook moet luisteren naar de inwoners.
Bovendien is het waanzinnig dat er eerst een stelsel van talloze uitzonderingen moet worden gecreëerd om zero-emissiezones überhaupt mogelijk te maken. 2030 is een veel logischer datum voor de invoering. Dat geeft ondernemers wat ademruimte en de overheid tijd om alle obstakels weg te nemen.
Pas op plaats getuigt van lef
Het getuigt van lef als meer gemeenten een pas op de plaats maken als het gaat om het weren van niet-uitstootvrije, bedrijfsmatige bestelbusjes en vrachtauto’s. 1 januari 2025 komt simpelweg te vroeg; zorg eerst voor een stroomnet met voldoende capaciteit, voldoende beschikbaarheid van elektrisch vervoer en laadpalen.
Ik hoop dat meer gemeentebesturen hun gezond verstand gebruiken. Niemand is tegen minder CO -uitstoot, maar het moet wel kunnen. Uitstel is in mijn ogen onontbeerlijk. Je kan niet van ondernemers verlangen dat zij uitstootvrij gaan rijden terwijl de infrastructuur aan alle kanten piept en kraakt.
Erik Ziengs is voorzitter van ONL voor Ondernemers en woont in Assen