Het kadaver van een koe bij Pesse, vermoedelijk gedood door een wolf. Foto: Henk Westert
Hoe om te gaan met de wolf? Sinds de terugkeer van de Canis lupus in Nederland is van alles geprobeerd om het gedrag van het beschermde dier in banen te leiden. Tevergeefs.
Er gaat geen dag voorbij of de wolf doet van zich spreken. Meer en meer raken de gemoederen erdoor verhit. Niet langer blijft het bij discussiëren of het dier wel of niet welkom zou zijn en hoe ermee om te gaan. Voor- en tegenstanders voelen zich inmiddels door elkaar geïntimideerd.
Voorlopig dieptepunt is het besluit van filmmaker Cees van Kempen om niet naar het bezoekerscentrum Dwingelderveld in Ruinen te komen om over zijn film en boek Wolf te praten nadat via Facebook was opgeroepen dode dieren bij het centrum te dumpen. Dat zou Van Kempen leren.
Dergelijke spanningen passen bij een overgevoelige tijd waarin het makkelijker is extreme standpunten in te nemen dan om in redelijkheid van mening te verschillen. Nu is Facebook geen afspiegeling van de werkelijkheid. Het is een megafoon die in verkeerde handen angstaanjagende geluiden voortbrengt.
Ondertussen banjert een toenemend aantal wolven door het land en bijten ze delen van de veestapel dood. Dat kun je als wetenschapper een gegeven noemen en als natuurliefhebber zelfs toejuichen vanuit het oogpunt van biodiversiteit. Wie dieren houdt – professioneel of hobbymatig – kijkt daar anders naar.
Sinds de terugkeer van de wolf, op 7 maart 2015 toen het dier na een afwezigheid van 150 jaar in Nederland bij Zweeloo werd gefotografeerd, is van alles bedacht om de opkomst in banen te leiden. Schade compenseren, hekken plaatsen, gedrag beïnvloeden, technologische foefjes ontwikkelen, geholpen heeft het niet. De schade wordt eerder groter dan kleiner. De zevenhonderd schapen die sinds 2015 zijn gedood laten het zien.
Op dat punt aangekomen, lijkt de tijd rijp voor drastischer ingrijpen door de overheid: een aanpassing van de Europese Habitatrichtlijn die nu de wolf beschermt. Dat hoeft niet meteen te leiden tot massaal afschieten. Het kan ervoor zorgen dat het dier in sommige gebieden, zoals Drenthe, Friesland en Groningen, op afstand wordt gehouden.
Nederland is geen wildpark, maar een klein land waar steeds meer mensen willen wonen en blijven werken. Dat vraagt om ingrepen, niet alleen op het gebied van volkshuisvesting, maar ook op het terrein van flora en fauna.