Heteluchtballonnen boven het TT Circuit. Foto ter illustratie. Foto: Archief DvhN/Marcel Jurian de Jong
Een passagier brak maandagavond haar been toen de luchtballon waarin ze zat een landing maakte bij Veendam. Nog geen twee weken geleden overleed een passagier in Friesland bij een onstuimige landing. Hoe veilig is ballonvaren?
Hoeveel ongelukken gebeuren met luchtballons?
„Heel weinig”, zegt Alex Jan Barends, hij is woordvoerder van de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart (KNVVL). „Ik denk dat er twee of drie mensen per seizoen een botbreuk oplopen.” Het dodelijke ongeluk in Friesland was de eerste sinds 1993, zegt Barends. Ter vergelijking: volgens het CBS stierven in Nederland vorig jaar 675 mensen bij een verkeersongeluk. Barends: „Ballonvaren is echt niet gevaarlijk. In Nederland hebben we jaarlijks ongeveer 65.000 passagiers.”
Áls het misgaat, wat gebeurt er dan?
Het gaat bijna altijd om een botbreuk, vertelt Barends. „Soms staat iemand net verkeerd tijdens de landing. Dan kan je voet niet draaien, of iemand heeft al een zwakke plek ergens. Dat gebeurt natuurlijk ook regelmatig op het hockeyveld of tijdens het skiën.”
Wat voor opleiding krijgen de piloten?
„Nou, dat is niet iets wat je bij twee pakken melk haalt”, lacht Barends. Voordat iemand met passagiers mag vliegen heeft diegene vaak een jarenlange opleiding achter de rug. Bovendien moet de piloot tenminste vijftig vaarten maken zónder passagier erbij. Barends: „En dan heb je nog maar je A-brevet.”
Wie zo’n A-brevet heeft, mag maximaal drie passagiers meenemen. Wie grotere groepen wil meenemen, moet langer leren. Barends: „Voor een D-brevet ben je ongeveer acht jaar bezig en dan mag je maximaal 32 personen meenemen.”
Kan een boze roofvogel zo’n ballon ook kapotpikken?
Absoluut niet, zegt Barends. „Vorig jaar hadden we een incident waarbij iemand het leuk vond om met een buks op een luchtballon te schieten. Er zit dan wel een gaatje in de ballon, maar die valt daarvan niet uit de lucht hoor.”
Kun je er niet uitvallen?
„Nou, dan moet je er heel bewust uitklimmen”, zegt Barends. „Zo’n mand is minimaal op navelhoogte bij iemand van een gemiddelde lengte. Daar is allemaal over nagedacht en het wordt uitgebreid getoetst en gekeurd.”
