Huurders containerwoningen Vrydemalaan willen geld zien van Nijestee. Jesse (32): 'Hier wonen is onmenselijk'

In de zomer lopen de temperaturen soms op tot boven de 40 graden en in de winter is het op momenten slechts 12 graden in huis. Door een ontwerpfout lopen stroom- én waterleidingen door de meterkast, wat leidde tot brand. Muizen en ratten teisteren de bewoners en bij hevige regenbuien stroomt het water naar binnen. De vochtproblemen leiden weer tot schimmel.

In een appgroep van de Vrydemalaan en op Facebook worden door bewoners al langere tijd volop frustraties, foto’s en video’s gedeeld. Hun woonsituatie wordt een horrorfilm genoemd. Een bewoner zegt vier ventilatoren in huis te hebben omdat het voor haar anders niet vol te houden is. ‘We bellen steeds, maar er wordt niets aan gedaan’, beklaagt een ander zich.

De problemen zijn eindig, weten ze. Eind volgend jaar worden de vijf containercomplexen aan de Vrydemalaan gefaseerd afgebroken. Huurders raken dan hun woning kwijt en moeten iets anders zoeken. Je zou aannemen dat ze dat vooral vervelend vinden, maar niets is minder waar bij deze groep bewoners.

„Dit is voor iedereen het beste”, zegt Jesse (32) opgelucht. Ja, hij heeft er begin 2016 na een bezichtiging met zijn volle verstand voor gekozen om hier te wonen. Een container van 25 vierkante meter waar hij nu zo’n 435 euro per maand voor betaalt. Maar toen de eerste warme zomer eenmaal aanbrak, kreeg hij daar al snel spijt van.

„Ik woon aan de zijkant en die zwarte wand absorbeert zoveel warmte dat hij de hele nacht warm blijft”, vertelt hij over zijn acht jaar aan de Vrydemalaan. „Het is basis natuurkunde: een groot donker oppervlak neemt veel energie op en geeft dat ‘s nachts weer af. Bij meerdere mensen zijn binnentemperaturen van boven de 40 graden gemeten. Ik bleef maar zweten, want mijn lichaam kon in de nacht niet afkoelen.”

Jesse hield er huidklachten aan over, die hij na jaren eindelijk onder controle heeft. Hij is boos op woningcorporatie Nijestee. Die erkent volgens hem de beroerde woonsituatie niet. „Ze gooien het op hittestress en verminderd wooncomfort, maar in de zomers gaan wij door een hel”, zegt hij boos. „Dit is onmenselijk!”

Kaya (27) woont zo’n drie jaar aan de Vrydemalaan en deelt de ergernis over de gebrekkige woningen. „Ik zie het hele jaar door op tegen de zomer en de winter. Het is niet te doen door de hitte en in de winter door de kou.” Ze vertelt hoe ze dan met dekens en truien op de bank zit. „We hebben aan het plafond een warmtesysteem, maar warmte stijgt op. Ik zit dus in de kou op de bank en als ik opsta heb ik een warm hoofd. Je hebt er net niks aan.”

Een andere bewoner woonde zes jaar aan de Vrydemalaan en is afgelopen zomer naar stadswijk Beijum verhuisd. Hij beschrijft de Vrydemalaan als „onmenselijk warm” in de zomer. „Het was letterlijk overleven.” In zijn nieuwe woning is het een stuk koeler.

Waarom de bewoners dan niet eerder zijn verhuisd naar een andere woning? De woningmarkt maakt dat onmogelijk, zeggen ze. „Ik heb me opnieuw ingeschreven zodra ik hier kwam wonen”, zegt Kaya. „Maar hoe vind je iets anders in deze woningmarkt?”

De bewoners met een huurcontract voor onbepaalde tijd, zoals Jesse en Kaya, krijgen van de woningcorporatie een verhuisvergoeding van 7.623 euro. Maar met dat standaardbedrag wordt niet het leed van al die jaren erkend, vinden ze. „De verhuisvergoeding staat los van wat wij willen”, zegt Jesse. „Door die hoge temperaturen ben ik afhankelijk van medicatie. Dat raakt me rechtstreeks in de portemonnee. Je kunt dan niet doen alsof het nooit is gebeurd.”

„De oprotpremie is mooi meegenomen”, zegt Kaya. Ze rekent er niet op dat Nijestee financieel met meer over de brug komt. „Maar erkenning of een excuus zou fijn zijn. Al zie ik dat eerlijk gezegd ook niet gebeuren.” Het tekent het gebrek aan vertrouwen in de verhuurder.

Jesse, Kaya en vele anderen kijken uit naar het moment dat het hoofdstuk Vrydemalaan voor hen eindigt. „En dat is een understatement”, lacht Kaya. „Ik ben hier wel klaar mee.” Jesse noemt het zelfs de mooiste dag van zijn leven. „Ik ben blij dat ik een normale woning krijg. Ik wil niets liever.” Of dat lukt voor de volgende zomer? „Dat ga ik wel proberen.”