De Pekelder burgemeester Jaap Kuin wil de polarisatie rondom het bruggendebat wegnemen. Foto: Huisman Media
Je bent voor of tegen het bruggenplan voor het Pekelder Hoofddiep. Dat is nu de stemming in de gemeente Pekela, ziet burgemeester Jaap Kuin. Hij heeft daar ‘kopzorgen’ over en zoekt een manier om tegemoet te komen aan felle tegenstanders.
Het debat over op welke plek bruggen verdwijnen, blijven of worden verplaatst is volledig gepolariseerd, ziet Kuin. Over het Pekelder Hoofddiep liggen nu nog 34 bruggen. Die zijn in slechte staat en kunnen niet allemaal veilig geopend worden voor bootjes.
Er is geld om bruggen op te knappen of te vervangen, maar dat is niet genoeg voor alle bruggen. Tegelijkertijd besloot de raad dat het kanaal bevaarbaar moet blijven. Daarmee hield de gemeente zich aan een oude afspraak met de provincie en het past bij het DNA van het dorp. Daarvoor zijn beweegbare bruggen nodig, die dan weer duurder zijn dan bijvoorbeeld een duiker.
Polderen over bruggen
Tegenstanders, onder aanvoering van actiegroep Bruggenbelang Pekela (BBP), voelden zich overrompeld toen bleek dat er nog ‘circa’ 13 bruggen over zouden blijven. Zij willen zoveel mogelijk oversteekplaatsen houden, dichte bruggen vinden ze geen probleem. Als het betekent dat er geen pleziervaart meer van Stadskanaal naar Winschoten kan varen, nemen ze dat op de koop toe.
Inmiddels is het getal van 13 bruggen losgelaten, maar dat heeft de gemoederen amper getemperd. Kuin is bang voor het eindresultaat van het project, omdat sommige Pekelders er zo faliekant tegen zijn. Het vertrouwen van de bevolking lijkt volledig weg; dat baart hem zorgen. De keuzes die worden gemaakt hebben wél een heel grote invloed op het leven in Pekela. ,,Dit is voor de komende 40 tot 60 jaar. We staan op een heel belangrijk punt voor Pekela.’’
Hij wil dat ook tegenstanders meepraten over die toekomst. ,,We zijn er voor alle inwoners.’’ Volgens Kuin zijn de doelen van beide partijen hetzelfde: een mooi en levendig Pekela. ,,We moeten met z’n allen samenkomen in zaaltjes en nadenken over hoe we dit willen doen. Ik kom uit een cultuur van polderen. We moeten niet zwart-wit denken.’’
Frisse start maken
Polderen betekent vaak water bij de wijn doen. Betekent dit dat het bevaarbaar houden van het kanaal opnieuw ter discussie staat? ,,Daarover kan ik op dit moment niets zeggen’’, verklaart Kuin. Dat komt omdat de gemeenteraad eerst geïnformeerd worden moet.
De voltallige raad wordt op 13 december bijgepraat over het plan. Raadsleden kunnen daar dan nog op schieten. Kuin: ,,Dan hebben we kerst om het plan te perfectioneren en kan de raad op 31 januari stemmen.’’
Daarna kan het polderen met de inwoners beginnen. De resultaten daarvan worden besproken in de gemeenteraad. Die beslist uiteindelijk, waarna het werk aan de bruggen kan beginnen. ,,Ik hoop op een frisse start in het nieuwe jaar en dat we het uiteindelijk, en dat zou ik een overwinning vinden voor alle Pekelders, unaniem eens worden.’’
In december wordt ook een voorstel behandeld van de oppositie om een extra onderzoek te doen. Dat zou inzichtelijk moeten maken wat het voor iedere brug kost om die ‘niet beweegbaar’ te maken en hoelang de brug dan nog mee zou kunnen.
‘Graag om tafel’
Bruggenbelang-voorman Maurits Langeler wil graag om tafel. ,,Per direct. Wij hebben geen enkel belang bij polarisatie. Ik zie ook geen polarisatie. Er is een overduidelijke meerderheid die tegen is.’’
Als hij meepraat, wil hij serieus genomen worden en inzicht hebben in alle documenten. Vooralsnog voelt hij zich buitengesloten. Langeler claimt niet alle stukken te krijgen en een paar fractievoorzitters willen niet in het gestreamde ‘BBP bruggenjournaal’ verschijnen, dat hij heeft opgezet op social media. ,,Ze kunnen hun besluit daar toch gewoon uitleggen?’’
Hij wil best meepraten, maar alleen als er een plan is dat de bereikbaarheid garandeert. ,,En ik ga niet meedoen aan een participatietraject als alles van tevoren al vaststaat. Dan ben je aan het participeren om het participeren, dat vind ik onzin. Ik zou een referendum in Pekela een goede optie vinden. Als dan blijkt dat mensen het wel een goed plan vinden... Ik hoef geen gelijk te hebben.’’