Eelco Heinen, minister van Financiën reageert maandag op uitspraken die door hem zouden zijn gedaan tijdens de ministerraad. Foto: Bart Maat
Eddie van Marum mist nog behendigheid om de Groningen-aanpak vlot te trekken. Hij is niet de enige in dit kabinet die moet wennen aan het politieke spel.
,,Heb je de tranen?’’, gniffelen een paar verslaggevers tegen een fotograaf na een persoploopje bij VVD-minister Eelco Heinen maandagmiddag.
De rijzende ster in de VVD wordt al een tijdje getipt als mogelijke opvolger van Dilan Yeşilgöz. Hij heeft een Ruttiaanse stijl van altijd blijven lachen. Als minister van Financiën heeft ie maar één taak: zuinig zijn en overal ‘nee’ op zeggen. Dat zien de kiezers graag. Eelco moet alleen nog wat bekender worden, klinkt het in de VVD.
Alleen nu heeft hij een deukje opgelopen. Hij zou volgens de fluisteraars in de wandelgangen een van de kabinetsleden zijn geweest met racistisch getinte opmerkingen. ‘Antisemitisme is niet zomaar als pus uit een puist te knijpen’, of iets in die trant. Hij wil het maandag niet herhalen maar zegt tegen de verzamelde pers bij de patatbalie wel dat er niets van klopt. ,,Hij was wel emotioneel. Geen echte tranen maar wel vochtige ogen’’, zegt de fotograaf.
Dat had Rutte nooit laten gebeuren. Het blijven politieke beginnelingen in dit kabinet, klinkt het.
Van Marum had steun kunnen gebruiken
Dat is op een heel andere manier ook de indruk die je maandagavond krijgt van BBB-staatssecretaris Eddie van Marum. Urenlang worstelt hij zich door antwoorden die 65 ambtenaren voor hem op papier hebben gezet, over de tientallen dingen die nog niet goed lopen in Groningen. De wachttijd voor schadeclaims, de voortslepende versterking, het moeizame samenwerken van de vele instituties met afkortingen als IMG, NCG en SNN.
Van Marum had misschien wel steun kunnen gebruiken van de Tweede Kamer om extra miljarden los te peuteren van die zuinige Heinen in het kabinet; er zitten tien fracties die echt wel wat willen voor de goede zaak. Maar het debat verzandt in geneuzel en na elf uur ’s avonds zijn de meeste Kamerleden moe. Het moet een andere keer maar verder.
Dan wekte Van Marums voorganger Hans Vijlbrief toch een gehaaidere indruk. Hij had de Kamercommissie al snel in zijn zak, sprak de taal van de ambtenaren en leek al die instituties strak te houden. Hoewel dat volgens kritische Kamerleden toch ook vooral de buitenkant was. Niet voor niets heeft Van Marum nu zo veel ellende op te ruimen; Vijlbrief heeft wel losse eindjes achtergelaten.
Eddie van Marum uit Niekerk, staatssecretaris Herstel Groningen, schudt maandag voor een commissiedebat de hand van NSC-Kamerlid Harm Holman uit Roden. Foto: Lina Selg
De dagen erna gaat het in de Kamer vooral over NSC. Na de opgestapte staatssecretarissen geven dinsdagmiddag ineens twee Kamerleden de pijp aan Maarten. De ploegjes journalisten rennen naar de zevende verdieping waar de NSC-fractie kantoor houdt. Terwijl andere cameraploegen op de eerste verdieping weer met tientallen tegelijk Geert Wilders opwachten.
Bekende fluisterspelletje op de basisschool
Het sist en gonst rond de persoploopjes. Journalisten ouwehoeren met elkaar, woordvoerders, minder bekende Kamerleden en spin doctors cirkelen er omheen. Wie zich afvraagt hoe al die citaten gelekt zijn uit de kabinetsvergaderingen en hoe het kan dat zo veel uitspraken later toch weer ontkend worden...
De opgestapte staatssecretaris Nora Achahbar vergelijkt het met het bekende fluisterspelletje op de basisschool; de een zegt wat en aan het eind van het fluisterrijtje komt er iets totaal anders uit.
Hoe dan ook, die wel of niet racistische uitspraken waren voor de opgestapte NSC’ers niet het enige. Het ging ze al een hele tijd veel te ver en al die openbare uitspraken over moslims na de jacht op Maccabi-supporters in Amsterdam waren de druppel. ,,Ik had gehoopt dat de rest van de NSC’ers ook zouden opstappen’’, zegt Rosanne Hertzberger later tegen NRC.
Maar daar hadden bijvoorbeeld de vier noordelijke NSC-Kamerleden geen zin in; Aant Jelle Soepboer, Daniëlle Jansen, Annemarie Heite en Harm Holman hebben stuk voor stuk zo hun eigen redenen om toch door te willen. Er valt nog veel voor ze te halen.
Hoe lang nog? Er is er één die knoop moet doorhakken
Alleen hoe lang nog? Weddenschappen over hoe lang dit kabinet het nog vol blijft houden zijn een populair Haags tijdverdrijf. De kerst? De voorjaarsnota, waar alle lastige zaken nu naar toen geschoven worden? Of redden ze toch de zomervakantie nog omdat er weinig alternatieven zijn?
De NSC is cruciaal, maar voor die partij is er maar één die de echte knoop gaat doorhakken. En die staat niet bepaald bekend om zijn doortastendheid.
Woensdag komt Pieter Omtzigt weer terug in de Kamer om te redden wat er te redden valt. Hij moet ook wel, voor het congres van NSC op zaterdag. De andere fracties ruiken nu echt bloed. In vrijwel elk debat in de dagen die volgen worden de aanwezige NSC-Kamerleden en bewindslieden op de grill gelegd, over hoe rechtsstatelijk en grondwettelijk ze nou eigenlijk zijn. Ze geven ook nog braaf antwoord.
Het oogt allemaal niet handig.
Arend van Wijngaarden is parlementair verslaggever van Dagblad van het Noorden