Regina Bouius, algemeen directeur van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG). Foto: Corné Sparidaens
Directeur Regina Bouius van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) zit nu 15 maanden op haar post. Hoe kijkt ze terug op die eerste periode? ,,Toen ik wegging, zeiden boze huurders nog: pas je wel op jezelf?’’
Met een glimlach staat Regina Bouius-Riemersma (54) in de hal van het hoofdkantoor aan het Cascadeplein in Groningen te wachten. De Friese directeur van Nationaal Coördinator Groningen (NCG) laat zich van haar meest attente kant zien en helpt mee om een tas een kantoorruimte in te sjouwen.
Bouius zit precies 15 maanden op haar post bij NCG. Die heeft de opdracht om ruim 27.000 huizen in het aardbevingsgebied te beoordelen en al dan niet te versterken of nieuw te bouwen. Een omvangrijke klus. Inmiddels zijn 10.000 huizen veilig verklaard, versterkt of nieuwgebouwd.
Wat maakte het afgelopen jaar de meeste indruk op u?
,,Ik heb gezien wat voor enorme sociale impact de versterking op mensen heeft. Families met een ziek kind, ondernemers met tekorten omdat ze ook corona al meemaakten. En mensen op leeftijd die al tien jaar geleden een slaapkamer beneden wilden zodat ze hun partner thuis konden verzorgen. Maar nu kan die partner niet meer thuis blijven wonen omdat het te lang heeft geduurd. Nou, daar word ik wel koud van. Dat soort verhalen houden me bezig.’’
U wist dat dit een lastige baan zou worden, waarop al een handvol voorgangers afhaakte. Waarom wilde u toch NCG-directeur worden?
,,Veel mensen waarschuwden me vooraf: daar kun je geen eer aan behalen, het is een risico voor je carrière. Maar dat interesseert mij helemaal niks. Ik vind het een uitdaging om door te zetten als iets lang tegenzit. In mijn eerste jaar heb ik wel tachtig uur per week gedraaid. En ik had thuis de afspraak dat als ik weggehoond werd omdat iedereen dacht ‘weg met dat mens’, dat ik dan wat anders ging doen. Maar ik laat me niet snel van de wijs brengen. Groningen heeft ook nodig dat ik opsta en verantwoordelijkheid neem.’’
Hoe doet u dat?
,,Ik pak de telefoon op en bel met bewoners hoe het beter kan. Ik zit ook elke week een dag in Den Haag om daar te vertellen wat er hier nodig is. Dan lobby ik soms mee en krijg ik een tik op de vingers van collega’s van het Ministerie dat ik ermee moet ophouden, maar ik vind het gewoon belangrijk om dat te doen voor de Groningers.’’
Gaat u ook wel eens met tegenzin naar het werk?
,,Als het lastig wordt, maakt mij dat alleen maar strijdbaarder. Bewoners hadden jarenlang niet het gevoel dat de overheid er voor hen was, nu willen we zorgen dat hun stem gehoord wordt. Daarin gaat heus nog niet alles goed, en dan baal ik soms. Maar ik kan ‘s avonds weer naar huis, dus wat zeur ik? Dit dossier relativeert enorm. Dus ga ik aan de slag. Als een deur al tien keer dicht ging, toch een elfde keer bellen. Volhouden.’’
Regina Bouius, algemeen directeur van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG). Foto: Corné Sparidaens
Wordt u dat nooit zat?
,,Ik stap af en toe in de auto naar huis en denk dan over een bepaalde regeling: hoe is dit nu in vredesnaam weer zo slecht geregeld? En ook de verhalen van mensen die al tien jaar in de ellende zitten kun je niet lekker even loslaten, die houden je bezig. Zodra iemand het heeft over een bepaald adres, weet ik de naam van de persoon die er woont.’’
U had in het verleden vaker leidinggevende functies. Waarom wilt u dat?
,,Ik ben een idealist en wil dat het goed komt voor bewoners. Ik ben ook ontzettend ambitieus en kan razendsnel schakelen. En ik wil altijd luisteren naar een andere mening. Als ik zelf iets anders vind, wil ik niet zomaar tegengas geven maar ben ik nieuwsgierig waarom diegene dat vindt. Als je elkaars perspectief begrijpt, zie je vaak dat de verschillen helemaal niet zo groot zijn.’’
Is uw beeld van Groningen veranderd?
,,De machteloosheid bij bewoners vind ik het ergst. En de menselijkheid van de Groningers is mij het meest opgevallen. Ik ging langs bij huurders van Marenland (de woningcorporatie die inmiddels is opgeheven, red.) en werd vriendelijk ontvangen. Toen ik wegging, zeiden ze nog: pas je wel op jezelf? Ik heb al tegen mijn man gezegd dat wij later toch van Friesland naar Groningen moeten verhuizen. Maar ik heb hem nog niet zo ver.’’
Er gaan nog steeds dingen niet goed, zoals de uiterst moeizame versterking in Ten Post. Hoe wilt u dat vlot trekken?
,,We zijn te vaak in de verleiding gekomen om een uitspraak te doen over wanneer iets klaar is. Dat is een duivels dilemma: een bewoner wil graag weten waar hij aan toe is, maar wil geen valse beloftes. We heten niet voor niets coördinator, moeten allemaal spelers op een rij zetten in de versterking. Daarom heb ik intern gekozen voor rust en stabiliteit. Het was een rat race, mensen draaiden allemaal overuren en vielen om door ziekte. Door nu te vertragen gaan we uiteindelijk sneller. Je kunt het beter in één keer goed doen.’’
Maar in Ten Post zien ze nog níét dat het beter gaat.
,,Ik vind het vreselijk dat het daar niet goed gaat. We moeten daar dus nóg harder aan het werk en hebben een aantal adressen neergelegd bij de beste ingenieursbureaus die we kennen. Achter de schermen zie ik dat er stappen worden gezet, maar het kost tijd voor de bewoners dat ook merken.’’
Hoe merkt u dan dat het de goede kant op gaat?
,,De administratie is veel beter op orde en bewonersbegeleiders en projectleiders hebben meer mandaat om sneller beslissingen te nemen. Ik word nu blij verrast als ik iets moet ondertekenen en de bedragen op dat moment al zijn overgemaakt. Dan ben ik trots op mijn mensen. En er zijn in het gebied 75 adressen waarvan de bewoners helemaal waren vastgelopen, maar die we nu met voorrang hebben opgepakt en met wie we kijken hoe het wél goed kan.’’
Regina Bouius. Foto: Corné Sparidaens
Wat doet de boosheid onder bewoners met u?
,,Ik probeer me vaak in te leven wat ik zelf zou hebben gedaan als bewoner. Dan hadden ze aan mij geen makkelijke gehad. Ik snap het oprecht als iemand even los gaat en boos wordt, dat mag ook. We kunnen de geschiedenis niet wegnemen, maar wel het oude zeer aanhoren en kijken hoe het beter kan.’’
Bij de NCG is veel sprake geweest van personeelswisselingen en ziekteverzuim. Hoe is dat nu?
,,Medewerkers hebben veel over zich heen gehad. Als het Rijk het fout doet, ben jij als NCG het gezicht. Maar je bent ook maar een mens. We leiden onze mensen nu op hoe ze daarmee om moeten gaan, en ze krijgen een soort maatje, een collega bij wie ze terechtkunnen met vragen. Ik zie dat het helpt: het ziekteverzuim neemt af en we krijgen zelfs weer open sollicitaties.’’
Demissionair premier Rutte is mede dankzij u uitgenodigd om in een wisselwoning te verblijven. Waarom besloot u daaraan mee te werken?
,,Ik vond het uiterst charmant. Het is toch prachtig dat een bewoner (Gerrie Schotman, red.) haar nek daarvoor uitsteekt? Als een bewoner met zo’n initiatief komt, is dat een manier om Groningen zichtbaar te maken en dat vind ik belangrijk. Dus ik blijf nu ook aandringen bij zijn assistenten: doet hij het?’’
En, doet hij het?
,,De kans is nog niet weg, laat ik het zo zeggen. Maar ik denk dat het echt aan hem is. Ik heb de tijdelijke huisvesting klaarstaan. Het hele team bij ons is al bezig, wat moeten we allemaal regelen? Badhanddoeken, een flesje wijn? Stel dat hij ja zegt, hoe regel je dat goed? Ik blijf lobbyen dat het ervan komt.’’
Over huisvesten in Groningen gesproken: hoe gaat u uw man overtuigen om daadwerkelijk hiernaartoe te verhuizen?
,,Ik denk dat ik hem een keer op een fietstocht ga meenemen langs de mooiste dorpen van Groningen. Winsum en Loppersum vind ik supermooi. Op die fietstocht laat ik hem zien waarmee ik bezig ben en hoe prachtig Groningen eruitziet. Ik moet zeggen dat mijn man ook steeds enthousiaster wordt, mijn werk raakt hem ook. Maar het is een rasechte Fries, dus ik weet niet of hij de grens overgaat.’’
Regina Bouius
Regina Bouius (Middelburg, 1969) is sinds 1 september 2022 directeur van Nationaal Coördinator Groningen. Tussen 2017 en 2022 was ze algemeen directeur bij de provincie Friesland. Eerder werkte ze al in Groningen als directeur HR bij het UMCG en als algemeen directeur bij DUO. Ze trouwde op latere leeftijd alsnog met haar jeugdliefde en woont met haar man, haar twee stiefzoons en twee pleegdochters in Gorredijk.