Het waterschap heeft in Nieuwe Statenzijl al een sluizencomplex maar gaat er ook een gemaal bouwen. Foto: Archief/Huisman Media
Om Noord-Oost-Groningen ook in de toekomst te beschermen tegen wateroverlast, wordt een zeegemaal gebouwd bij Nieuwe Statenzijl.
,,Wanneer dat gemaal er staat, kan ik nog niet zeggen maar het gaat er komen’’, zegt dijkgraaf Geert-Jan ten Brink van het Waterschap Hunze en Aa’s.
Gemaal Rozema
Dat schap heeft al het gemaal Rozema bij Termunterzijl dat overtollig water wegpompt naar de Dollard. Tevens zijn in de afgelopen jaren waterbergingsgebieden aangelegd waarin water in natte perioden opgevangen kan worden. 55 miljard liter kan het schap daarin kwijt.
Maar dit alles is door de stijgende zeespiegel en het veranderende klimaat niet voldoende voor de toekomst. ,,Daarom willen we dat extra gemaal waardoor we nog meer water kunnen afvoeren’’, zegt de dijkgraaf. ,,We zijn al bezig met plannen maken.’’
Sluizencomplex
Waar precies het gemaal komt te staan, kan hij nog niet zeggen. Wel dat Nieuwe Statenzijl de locatie wordt. In die kleine buurtschap aan de Dollardkust beheert het schap ook al een sluizencomplex. Het meest oostelijke sluizencomplex van het land.
Het schap wil meer doen om Noord-Oost-Groningers te beschermen tegen wateroverlast en heeft daartoe deze week een zogenoemde Kustvisie gepresenteerd. Een rapport waarin staat hoe het schap in de komende decennia met het kustgebied tussen Nieuwe Statenzijl en Delfzijl om wil gaan, wat het wil doen om de mensen die er achter wonen, droge voeten te laten houden.
Hoogteverschil steeds groter
Waarbij de dijkgraaf benadrukt dat de situatie momenteel absoluut veilig is. ,,Maar we gaan uit van een zeespiegelstijging van 50 tot 120 centimeter in 2100 ten opzichte van nu. En we hebben ook te maken met bodemdaling. Door dit alles wordt het hoogteverschil tussen land en zee steeds groter. We moeten dus wel iets doen om het veilig te houden.’’
Het verstevigen en ophogen van de dijk in dat gebied is een andere maatregel in het rapport. Het schap wil dat zoveel mogelijk doen door slib uit de Dollard te halen, dat te drogen en dat als dijkversteviger te gebruiken. Het schap heeft dat al gedaan op een stukje van de dijk bij Finsterwolde. ,,We halen het slib dus van heel dichtbij en werken zo duurzaam. En de waterkwaliteit van de Dollard wordt ook verbeterd door het overtollig slib te verwijderen.’’
Termunten
Wat het schap ook wil doe, is buitendijks kwelders aanleggen. Die breken golven voordat ze tegen de dijken slaan en zijn zo als het ware natuurlijke kustverdedigers. Tot slot is het bedoeling om op enkele plekken achter de dijk de bodem te verhogen, om verzilting tegen te gaan. Voor dat verhogen kan ook weer slib worden gebruikt. Met name bij Termunten is die ophoging nodig volgens de dijkgraaf. Het gebied daar hoort bij de laagstgelegene van Nederland.
Ten Brink benadrukt dat die lage gronden niet van het schap zijn. ,,We zoeken, met deze kustvisie bij de hand, dan ook contact met grondeigenaren en betrokken gemeenten. Samen willen we er voor zorgen dat de mensen hier tot in lengte van jaren veilig kunnen wonen en dat hier ook goed landbouw bedreven kan worden.’’