Extreme neerslag en langdurige droogte nopen de waterschappen tot kostbare maatregelen. Foto: Archief/Jilmer Postma
Nederland wordt steeds droger, maar als het regent dan regent het dat het giet. In juni was sprake van een droogterecord (34 dagen zonder regen) en als het weer nog even zo blijft is 2023 natste jaar sinds de metingen in 1906 begonnen. Komt het water alleen nog maar op de verkeerde momenten uit de lucht? En wat kunnen wij daartegen doen?
Het zomerweer volgt de laatste jaren een inmiddels bekend patroon: gortdroog begin, tropische buien, een Indian Summer en alle regen blijf bewaard tot het einde van het jaar. Door de gemiddeld hogere temperaturen neemt de verdamping toe, waardoor onze zomers steeds droger worden. Maar de hoeveelheid regen die valt, neemt niet af. Sterker nog: ieder jaar valt er meer regen. Het valt alleen vaker in één klap.
Wateroverlast
Het aantal stortbuien in de zomer is in de afgelopen veertig jaar verdubbeld. Kijk je naar de laatste eeuw, dan hebben we 26 procent méér regen gehad.
Maar ondanks die buien merken we meer van de droogte. Door de gestaag stijgende temperatuur neemt de verdamping in de zomer namelijk veel meer toe dan een regenbui aan verkoeling (en beregening) kan bieden. Deze voorspellingen kun je zelf volgen in het klimaatdashboard van het KNMI.
Effect
RUG-onderzoeker op het gebied van water en ruimte Margo van den Brink legt uit wat de gevolgen zijn van dit ‘nieuwe weer’: „Er zullen vaker extreme regenbuien zijn en ook periodes van droogte zullen vaker voorkomen. De gevolgen van een watertekort variëren van schade aan natuur en landbouw, verzakking van gebouwen tot problemen voor de scheepvaart. De drinkwatervoorziening kan ook in gevaar komen.”
Het is daarom belangrijk om regenwater goed in de bodem te infiltreren. „Zowel in stedelijk gebied, als in landbouwgebied, als in natuurgebied. Daar heeft iedereen profijt van. De landbouw en natuur via de betere beschikbaarheid van water en het stedelijk gebied door het voorkomen van hittestress en wateroverlast.”
Groene plekken creëren (zoals wadi’s, waterpleinen, retentievijvers, groene en blauwe daken) en minder verharding in tuinen (tegels eruit en planten erin, gebruik van een regenton) zijn oplossingen op de plekken waar mensen wonen. In de natuurgebieden kunnen grote(re) waterretentiegebieden stroomopwaarts of ondergrondse waterbuffers uitkomst bieden. Hoe we dit precies aanpakken, staat (uitgebreid) beschreven in het Deltaprogramma van de Rijksoverheid.
„Droogte én veel regen zijn wel de weerskenmerken die door klimaatverandering op ons afkomen”, vertelt een woordvoerder van waterschap Noorderzijlvest. „We zullen steeds vaker om moeten gaan met hoogwater en waterveiligheid en - aan de andere kant - de droogte die veel invloed heeft op de natuur en de landbouw.”
Eeuwenlang hebben wij in Nederland gewerkt om ons land zo droog mogelijk te maken. Een voorbeeld daarvan is het rechttrekken van de beken, waardoor ze water sneller afvoeren. „Je kan het zo zien: we hebben snelwegen naar onze kanalen gemaakt. Als er dan ineens een grote plens water valt, zoals bij het hoogwater van 1998, komt het zo snel in de kanalen terecht dat het water uiteindelijk bij het Groninger Museum door de ramen naar binnen stroomt”, vertelt Ronald Leeraar, hydroloog bij het waterschap Hunze en Aa’s. Daarom werken waterschappen aan projecten waarbij ze beken weer laten kronkelen. Op die manier wordt het water als een spons vastgehouden in de beken en stroomt het minder snel naar de grote kanalen.
Natte voeten
De waterschappen houden ook dagelijks in de gaten hoe hoog het grondwater staat. Als het nodig is, grijpen ze in: „Als het een tijd nauwelijks regent, zetten we de stuwen omhoog om het water in de sloten wat hoger te houden en het grondwater vast te houden. En dat geldt ook andersom, als door regen de grondwaterstanden te hoog worden.”
Kortom: het bestieren van ons water is niet alleen een kwestie van met man en macht water vasthouden, want dan krijgen mensen bij een extreme bui al snel natte voeten. Maar we kunnen maar beter gaan wennen aan de droge, tropische zomers met veel buien.