Het prijsplafond van de overheid gaat per 1 november in. Foto: ANP / Koen van Weel. Bewerking: DVHN
De prijzen voor energie gaan per 1 oktober omhoog. En flink ook. Met name de prijs van gas (per m3) zit bij alle leveranciers ver boven het ingesteld prijsplafond.
Volgens prijsvergelijkings-websites als Independer en Gaslicht.com gaan de gasprijzen bij sommige leveranciers met meer dan 100 procent omhoog bij een variabel contract. Voor elektriciteit is dit meer dan een kwart. Met de invoering van het prijsplafond wil de overheid een deel van die kosten wegnemen bij de consumenten. De energiebedrijven slaan daar met deze prijzen ook een flink slaatje uit.
Het plafond geldt voor de eerste 1.200 kuub gas en 2.400 kilowattuur elektriciteit. Wie meer verbruikt, betaalt de tarieven van de leverancier. De overheid heeft 2.280 euro per huishouden vrijgemaakt om de energieplafonds te kunnen handhaven. Als de energieprijzen dalen, dan gaat het energieplafond ook omlaag (met maximaal 30 eurocent).
Kritiek op de plafonds
Na de aankondiging van de maatregel begon de kritiek op de plannen aan te zwellen. Zo hebben mensen wiens huis voornamelijk op stroom draait (omdat ze een warmtepomp en een convectiekookplaat hebben, bijvoorbeeld) er veel minder aan. Terwijl zij juist in een duurzaam huis hebben geïnvesteerd.
En een grote meerderheid van de Nederlandse huishoudens (77 procent) verbruikt meer elektriciteit dan de grens van het plafond. Wat betreft het gasverbruik gaat het om 65 procent van de huishoudens die niet onder het plafond vallen.
Wil jij precies weten hoeveel je gaat betalen met jouw huidige contract en hoeveel de overheid vervolgens bijdraagt? Reken het hieronder uit met onze rekenhulp. Klik op de knop om de rekenmachine te openen.