Het reisbureau ziet de wensen veranderen: „We denken niet meer in seizoenen.” Foto: Shutterstock
Witte pistes in een groene omgeving. De wintersport zou door opwarming meer en meer in het geding komen, kregen we de afgelopen weken te horen. In de Alpenlanden klinkt een ander geluid. Ja, het klimaat verandert. Maar dat biedt ook kansen. „We waren normaal in de herfst dicht, nu zitten we volgeboekt.”
Inmiddels ligt er een dik pak sneeuw en is alle ellende in de Alpen vergeten. „Bovendien was het beeld erg vertekend. Hogerop lag heus wel sneeuw, maar er waren beelden te zien uit lager gelegen gebieden waar decennia niet is geïnnoveerd en waar geen Nederlander komt”, vertelt Joost Romeijn, oud-topman van Sunweb.
Romeijn bouwt momenteel aan een Oostenrijks hotelimperium onder de naam Vaya, en weet net als iedereen in de Alpen dat het klimaat er verandert. Vandaar dat Vaya zich focust op de hoger gelegen oorden waar de sneeuwzekerheid zal blijven, ook als de gemiddelde temperatuur de komende decennia oploopt.
Opwarming
Want dat gebeurt. Hoewel meteorologen benadrukken dat de afgelopen groene Alpenkerst niet één op één te koppelen is aan klimaatverandering, is het een feit dat de temperatuur in de Alpen de afgelopen honderd jaar gemiddeld zo’n 2 graden is gestegen. De opwarming gaat hier iets sneller dan gemiddeld, blijkt uit klimaatrapporten, doordat sneeuw en gletsjers verdwijnen. Hoe minder wit oppervlak, hoe minder weerkaatsing van zonlicht en hoe meer warmte wordt geabsorbeerd.
Het gevolg is dat de sneeuwgrens omhoog kruipt en, zo zegt klimaatpanel IPCC, de sneeuwkwaliteit over de hele linie achteruit holt, zeker onder de 2000 meter. Het skiseizoen duurt daardoor in de toekomst enkele weken korter. Sterker nog, sinds 1961 is het aantal dagen met sneeuw op hoogte in Oostenrijk bijvoorbeeld al met drie weken afgenomen. De vrees bestaat, met name in lager gelegen skigebieden, dat bijvoorbeeld Scandinavië een deel van het wintersportpubliek zal wegtrekken in de toekomst.
Om dat voor te zijn zet Zwitserland, ondanks dat veel skigebieden daar juist hoog liggen, nu al in op andere winteractiviteiten zoals ijsvissen, winterkajakken en winterwandelen. „De laatste jaren diversifiëren vele wintersportgebieden in Zwitserland hun aanbod, niet alleen vanwege de klimaatsverandering maar ook omdat de vraag er is”, laat een woordvoerster van het Zwitsers toerismebureau weten.
Hele jaar rond
Romeijn herkent het allemaal. „Maar je ziet tegelijk een enorme ontwikkeling in de zomer. Die wint aan populariteit in de Alpen. Sterker nog, we profiteren van het feit dat mensen Zuid-Europa soms té heet vinden.”
Ook Martha Schultz, directeur van vakantie-imperium Schultz Group, met hotels, skigebieden, liften, berghutten en resorts in het portfolio, merkt een verschuiving. „We denken sinds enkele jaren niet meer in seizoenen, we werken jaarrond.”
Voorheen vormden de herfst en lente het laagseizoen, en waren hotels dicht. Dat is nu al anders; mensen komen om te mountainbiken en wandelen. „In de herfst zijn we tegenwoordig volgeboekt. Die verandering is een zegen. Niet alleen voor mij, maar ook voor onze werknemers. Voorheen hadden ze één seizoen werk, nu kunnen we ze aannemen voor een heel jaar.”
Schultz vervolgt: „We moeten onze mindset veranderen, en inspelen op de toekomst. We zitten middenin een transformatie. De skigebieden boven de 1500 meter zullen wel blijven bestaan. Onze hotels staan op een hoogte van tussen de 1100 en 1600 meter, dus we moeten ons deels aanpassen. En de overheid zou meer moeten doen om onze investeringen in duurzame projecten te ondersteunen, want daar schort het aan. Maar het is duidelijk dat we ook kunnen profiteren van de nieuwe omstandigheden.”
Corona-impuls
Onder impuls van de coronacrisis probeerde Oostenrijk toch al vakantiegangers te verleiden in de zomer te komen. Met succes, want inmiddels is 40 procent van het Nederlandse bezoek buiten het winterseizoen, gaf Lisa Weddig, de topvrouw van het Oostenrijks Toerismebureau eerder in deze krant aan. Ook Zwitserland merkt dat de herfst in trek is en zette er zelfs een aparte campagne voor op. „We willen het aantal vakantiegasten over het jaar spreiden en ons niet enkel richten op het hoogseizoen”, aldus het Zwitsers toerismebureau.
Een woordvoerster van Sunweb, marktleider in wintersport, herkent de veranderende trend. Want ook zij bieden naast de wintersport steeds meer reizen naar de Alpen aan. Ook in de nazomer bijvoorbeeld. Toerisme-onderzoeker Marco van Leeuwen van de Breda University of Applied Sciences vult aan dat wintersport langzaam verwordt tot een wintervakantie. „Je ziet dat gebieden ineens wandeltochten aanbieden naar die berghut waar je voorheen chocomelk haalde op de ski’s. Maar net zo goed zitten mensen in september en oktober in de hotels voor een bezoek aan kastelen, restaurants en de natuur.”
Op die behoefte wordt door Alpenlanden ingespeeld, vertelt Romeijn. De branche richt zich op fietsen, mountainbiken, hiken. „Ischl heeft een enorm wellnesscentrum laten aanleggen. Niet om een alternatief te bieden voor de sneeuwpret, maar ook om zich juist op jaarrond toerisme te richten.”
Hij vervolgt: „De beddencapaciteit in de Alpen is er, dus in de zomer is er een enorm groeipotentieel. We gaan dus naar een lange zomer en een winter van 3,5 maand. Met soms een onzekere kerst, dat is waar.”