De Nedersaksenlijn blijft de gemoederen bezighouden. Foto: dvhn gerton alberts
De lobby voor de Nedersaksenlijn mag nog wat steviger. Provinciale Staten roepen het provinciebestuur woensdag waarschijnlijk op om ‘Den Haag’ duidelijk te maken dat de verbinding tussen Enschede, Emmen en Groningen er hoe dan ook moet komen.
Voor die verbinding is niet zo heel veel nodig, het belangrijkste onderdeel waarvoor de noordelijke bestuurders de geesten in Den Haag rijp moeten maken, is een stuk spoor tussen Stadskanaal, Musselkanaal, Ter Apel en Emmen. In 2025 moet er al spoor liggen tussen Veendam en Stadskanaal. Met die twee verbindingen kun je in principe per spoor van Groningen naar Enschede, en dan zijn het oostelijk deel van Groningen en van Drenthe gelijk goed ontsloten.
Vanzelfsprekend is het allemaal niet. In oktober lekte een ambtelijke notitie uit waarin het nut van de spoorverbinding in twijfel werd getrokken.
Statenlid Rudolf Bosch (PvdA) dient woensdag een motie in, samen met SP, ChristenUnie, CDA en D66. Er is ook wel enige aanleiding om de lobby nog wat steviger aan te zetten. Weliswaar is Bosch’ partijgenoot gedeputeerde Cees Bijl een warm pleitbezorger van de Nedersaksenlijn, onlangs ontstond het beeld dat de provincie Drenthe geen geld in de spoorverbinding wil steken. Dit kwam van Bijls ambt- en partijgenoot Bert Boerman in Overijssel. Het berustte op een misverstand, maar het Drentse Statenlid Roy Pruisscher concludeerde prompt dat de noordelijke overheden hun eensgezindheid moeten bewaren willen ze de spoorlijn er bij de Haagse rekenmeesters door krijgen.
Duidelijk is dat de noordelijke provincies ook geld in de spoorverbinding moeten steken. Er is evenwel nog een obstakel: het geld bij de provincie Groningen voor infrastructuur kon wel eens schoon op zijn wanneer alle rekeningen voor de zuidelijke ringweg rondom de stad zijn betaald.
Bosch en zijn medestanders putten echter hoop uit de 438 miljoen euro die de samenwerkende noordelijke bestuurders onder leiding van VVD-gedeputeerde Henk Brink hebben binnengehaald. Nu zijn de noordelijke provincies driftig plannen aan het maken hoe ze met dat geld het beste de noordelijke economie een forse oppepper kunnen geven. In de motie staat dat de Nedersaksenlijn in elk scenario voor de spoorverbindingen moet komen te staan.
Bosch: „We komen er niet met alleen een snellere verbinding met de Randstad. We hebben ook betere spoorverbindingen binnen onze eigen regio nodig.” Daarnaast is de Nedersaksenlijn van groot belang voor een betere spoorverbinding met Duitsland. De lijn sluit ook goed aan bij de verbinding Emmen-Rheine. Voor deze verbinding heeft het Rijk onlangs 10 miljoen euro uitgetrokken.