Roelie Boverhof staat op het punt om twee vaasjes te serveren, jurylid Remco Glas let op elk detail. Foto: Marcel Jurian de Jong
„Er staat toch best wat druk op”, knikt Westerborker Nico van der Veen richting de tapinstallatie waar hij met horecacollega’s strijdt om de beste Drentse biertapper te worden. „En niet alleen op de tap.”
„Het leven is te kort om nuchter te blijven...” René Karsts schalt door de zaal bij Zalencentrum Meursinge. Het bier vloeit maandag rijkelijk, maar ge-at wordt er beslist niet. Het gaat vanmiddag om het tappen, niet om het drinken.
Een kleine veertig deelnemers gaan de strijd aan tijdens de eerste regionale tapwedstrijd, waarvan de winnaar Drenthe in januari mag vertegenwoordigen tijdens het NK Biertappen op de horecavakbeurs Horecava in Amsterdam.
Roelie Boverhof van ‘t Wapen van Ruinen is door de wol geverfd. Zij en haar man Gert hebben in het verleden de Drentse tapwedstrijd een aantal keren georganiseerd en de 58-jarige inwoonster van Ansen heeft ook al eens op het NK in Amsterdam getapt. „Toch trilden mijn handen een beetje”, bekent ze, nadat zij met Westerborker Hugo Treur het spits heeft afgebeten.
Treur (24), die als medewerker van Meursinge een thuiswedstrijd speelt, erkent dat hij last had van hetzelfde. „Maar meedoen is belangrijker dan winnen”, grapt hij.
Johan van der Laan uit Dwingeloo tapt een biertje onder toeziend oog van jurylid en voormalige winnaar Johan Meijerink. Rechts oudgediende Lus Meursinge. Foto: Marcel Jurian de Jong
De deelnemers moeten op een podium, vol in de spotlights, hun dienbladen preparen, glazen spoelen en dan twee biertjes tappen onder het toeziend oog van een tweekoppige jury van de landelijke tapwedstrijden. Daarna moeten ze de pilsjes uitserveren aan horecaondernemer Dries Steenhuis uit Westerbork en Theresia Tuinman van brouwerij Maallust uit Veenhuizen, die de andere helft van de jury vormen.
Oogcontact
„Wij letten erop dat ze de viltjes met voorkant naar ons toe leggen en de glazen ook met het logo naar voren neerzetten. Verder kijken we naar de manchet, de schuimkraag. We krijgen twee biertjes en de schuimkragen moeten even hoog zijn”, legt Steenhuis uit. „Daarnaast is gastvrijheid belangrijk tijdens het uitserveren. Oogcontact maken hoort daar ook bij.”
Nico van der Veen spoelt de glazen voor het tappen. Foto: Marcel Jurian de Jong
Na de eerste ronde heeft Steenhuis al flink wat niveauverschil gezien. „Wat ik gezien heb wat absoluut niet goed was? Iemand die de glazen halverwege vastpakte. Dat moet juist niet, omdat je dan de temperatuur van het bier beïnvloedt. Het is geen glas melk. Bierglazen moet je onderaan vastpakken.”
Trillende handen heeft Steenhuis ook regelmatig voorbij zien komen, glimlacht hij. „Maar je ziet dan ook dat dat direct van invloed is op de schuimkraag, de bolling gaat eraf.” Gert Boverhof staat er goed voor in de tussenstand, beter dan zijn vrouw Roelie. Zijn geheim? „Rustig blijven,” zegt hij met een lach.
Opperste concentratie bij Gert Boverhof. Foto: Marcel Jurian de Jong
„Je moet niet te bang zijn als je daar staat”, wijst Nico van der Veen (36) uit Westerbork naar het podium met de tapinstallatie. De uitbater van de horeca in de sporthal in Westerbork heeft al eens een regionale wedstrijd gewonnen. „Het is beslist een vak. Deze wedstrijd is echt een combinatie tussen vakmanschap en gezelligheid.”
‘Kont op de grond’
Jurylid Remco Glas (), die bij de tap op het podium jureert, benadrukt het belang van het goed spoelen van de glazen. „Dat is niet alleen om ze schoon te maken, maar met het water koel je de glazen ook. En gasten willen een koel glas bier. Na het spoelen moet je het glas met de kont op de grond zetten. De onderkant onder dus, anders wordt de rand weer vies.”
Na het tappen moeten de biertjes worden afgeschuimd. Foto: Marcel Jurian de Jong
Gepensioneerd horecaondernemer Lus Meusinge (68) uit Westerbork kent de kneepjes van het vak. Toch staat hij na de eerste ronde bij de middenmoot. „Ik ben een slow starter”, zegt hij met een lach.
Uitgerekend zijn opvolger als eigenaar van zalencentrum Meursinge, Sander Vos (43), wint de regionale tapwedstrijd. „Ongelooflijk, hè!” zegt hij stralend na de gewonnen thuiswedstrijd. „Nee, ik had geen trillende handjes.”
Winnaar Sander Vos controleert of zijn glas echt schoon is. Foto: Marcel Jurian de Jong
Samen met hem mogen nog twee finalisten naar de Horecava. Dat zijn Vos’ collega Birgit Ham en Martijn Grit, die werkt bij Brasserie Diggels in Westerbork. Vos: „We gaan er een mooi Drents feestje van maken in Amsterdam.”