Ik zou haast denken dat er iets mis met me is omdat ik géén stress heb. Mijn omgeving heeft inpakstress, paniek om de vakantie. Deze zomer blijf ik lekker thuis. Ik voel me lichtelijke buitengesloten dat ik niet ook op het klaagbankje kan zitten om de stresservaringen te delen.
Vanaf de andere kant, die van de thuisblijver, is het vrij komisch om te zien wat vakantiegangers zichzelf aandoen. Er zit een behoorlijk gemeenschappelijke lijn in wat mijn vrienden me appen: ‘Ben mezelf over de kop aan het werken om alles op tijd af te krijgen’ en ook ‘We hebben niemand om op de katten te passen’. Wat heerlijk om jezelf helemaal de stress in te praten. Ik heb niet zozeer de behoefte om naar een camping of idyllisch eiland te gaan, maar wel om lekker te klagen. Om mijn vrienden terug te appen: ‘Inpakstress. Bang om iets te vergeten.’ Om mezelf vervolgens gerust te stellen met het standaardzinnetje: ‘Ach, er iets niets wat ik daar niet kan kopen.’ Die snorkel, bodylotion, diarree-remmers.
Vrienden hebben gedaggezegd en de stad stroomt leeg
Mijn vriendin heeft een vouwwagen gekocht. Ze is al weken in paniek of het allemaal wel goed zal gaan. Het weekend voor haar vertrek heeft ze een nachtje op de camping om de hoek geboekt om alvast te oefenen met het opzetten en weer in elkaar klappen. De bestelde luifel kwam ook maar niet. Een andere vriend kreeg maar net op tijd zijn nieuwe paspoort. Weer een andere is panisch om zijn planten in deze hitte thuis. Je zou haast denken dat we onszelf deze paniek aanpraten om daarna écht te kunnen ontspannen.
Ondertussen krijg ik het een na andere out of office-mailtje terug. Vrienden hebben gedaggezegd en de stad stroomt leeg. Het wordt overgenomen door toeristen die me van de weg fietsen. En ik hoef niet meer te antwoorden op de vraag: ‘Waar ga jij heen met vakantie?’
We gaan er maar vanuit dat vakantie normaal is
Dat doet me denken dat het nogal een luxe is om elk jaar op vakantie te kunnen gaan. We gaan er maar vanuit dat het normaal is. Niet voor iedereen is dit weggelegd. In mijn jeugd ben ik twee keer met mijn moeder naar Vietnam geweest om familie te bezoeken. Daar heeft ze jaren voor gespaard. Het was niet zozeer een vakantie, eerder een reünie. Ik was jaloers op mijn vriendinnetjes die terugkwamen met campingverhalen en strandzand in de schoenen.
Deze zomer ga ik niet weg, domweg omdat ik vergeten ben dat het zomer zou worden. Klinkt misschien gek. Ik heb zo hard gewerkt en ineens is het zomervakantie. Ik realiseerde het pas toen ik de inpakstress-appjes ontving. En ook toen de krant me mailde met: ‘Ga jij nog op vakantie, in verband met je column?’ Ik antwoordde: ‘Nee, de thuisblijvers kunnen de hele zomer samen met mij van onze stressvrije periode genieten.’ Een thuisvakantie zonder tropische infectieziekten, een dikke snurker naast je in het vliegtuig, overstroomde tenten en vergeten waterschoentjes.