Het sluipt erin, zonder dat ik het doorheb. Eerst zijn het de kleine signalen: er wordt niet meer om mijn ID gevraagd bij het kopen van drank.
Ik houd nog wel bij wat er speelt, maar die nieuwe app waar iedereen het over heeft, heb ik nog niet gedownload. Geen tijd, geen zin. Als ik op een feestje vertel dat ik ooit nog heb ge-msn’d, kijken 20’ers me aan alsof ik een prehistorische rotstekening beschrijf. Ouder worden gaat niet alleen om fysieke tekenen; het zit ook in hoe je de wereld ervaart. Op momenten waarop met jargon wordt gestrooid — DM me, FYI, KPI’s, shitposten — denk ik: laat ik het gaan of speel ik gewoon mee?
Jonkies helpen
Toen ik als kind aan ‘later’ dacht, was ik in mijn dromen nooit een 40’er. ,,Langzaam onzichtbaar worden naarmate je ouder wordt”, klonk als iets abstracts. Ook uitspraken als: ,,Ik kan het niet meer bijbenen.” Al hoorde ik het mezelf de afgelopen week zeggen.
Een regisseur vroeg me voor een nieuw toneelstuk: ,,Je bent inmiddels een kanon in het vak, met jouw ervaring kan je de jonkies helpen.”Ik krijg stagiaires toegewezen, maar soms voelt het meer alsof je ze vooral niet in de weg moet zitten. En het besef: de tijd dat ik nog als jong talent bestempeld kan worden is voorbij. Op mijn leeftijd moet je het al gemaakt hebben, anders heb je de boot gemist.
Blote tieten
Die stagiaires, daar leer ik dan toch een hoop van. Zij die hun mond durven open te trekken als ze kostuums aan moeten die ze te bloot vinden. Dat was in mijn tijd wel anders (nog zo’n zin). Ze durven zich uit te spreken als iets onveilig is. In mijn stage moest ik met mijn blote tieten rondhupsen, terwijl ik niets meer te doen had dan een brief brengen. Niemand vroeg of ik er oké mee was, het hoorde bij je vak. Nieuwkomers kijken niet naar me zoals ik ooit naar oudere toneelspelers keek: respectvol. Ze kijken me aan met de zekerheid dat ze het zelf later anders gaan doen.
Alle littekens
Ik leer van mijn jonge collega’s accepteren dat je niet langer, of altijd, de hoofdrol kan spelen, maar moet leren te applaudisseren voor een nieuwe cast. Ik kijk vol bewondering naar hun moed, de arrogantie, de burn-outs en burn-unders. Mijn bevriende, beroemde, cabaretier antwoordde op mijn vraag of hij niet eens een poging wilde wagen in Amerika: ,,Geen haar op mijn hoofd, het idee opnieuw te moeten beginnen met alles wat ik inmiddels weet, alle littekens die het gekost heeft hier te zijn.” Dat herken ik.
Soms denk ik over de stagiaires: moet je niet gewoon een stoel erbij pakken en stilletjes toekijken hoe de groten het doen, maar vaker zeg ik tegen mezelf: kijk jij maar hoe de jongeren het doen. En ja, daar zit een soort nederigheid in. Met ouder worden heb ik geleerd dat de volumeknop soms ook naar links gedraaid kan worden, en dat daarmee niets van jezelf afgaat.