Bestaat de typische Nederlander? Volgens mijn date wel. Hij is een expat en laat me door zijn ogen de Nederlander zien met al zijn rare, gekke, maar ook bijzondere eigenschappen.
Zo vat mijn date de Nederlandse gastvrijheid samen: „Wij gaan eten: ga naar huis, en maak dit niet ongemakkelijk.”
We denken graag over onszelf: zo zijn wij helemaal niet. Misschien zijn wij niet het meest gastvrije volk, tegelijkertijd denken we graag van wel. Ook dat typeert de Nederlander. Althans volgens mijn date.
Ook het idee dat we heel spontaan zijn, werpt hij omver. „Jullie plannen alles, alles moet stipt op de minuut.” Ja, we willen weten waar we aan toe zijn.
Het verbaast hem dat zelfs stellen hun afspraken met elkaar in de agenda zetten. Ik opper dat dat toch heel normaal is als beiden werken, ze kinderen hebben, en er daarnaast ook nog een sociaal leven op na willen houden. „Dat zal wel,” zegt hij, „maar romantisch is het niet.”
Precies vier gehaktballen
Een situatie uit mijn jeugd. De vader van mijn vriendinnetje zei: „We gaan eten.” Ik verheugde me op de Hollandse pot, iets wat ik zelden at en heerlijk vond. Hutspot, rookworst, jus. Het kwam erop neer dat ik welkom was, maar dat ze dat graag van tevoren hadden willen weten. Nu hadden ze maar precies vier gehaktballen.
Mijn moeder kookte op een manier alsof elk moment een hele karavaan kon aanschuiven.
Ik denk aan een barbecue bij mijn toenmalig vriendje. Het moment dat ik een tweede satéstokje op het rooster legde. „Die heb jij toch al gehad? We hebben voor iedereen één hamburger, één sjasliek, één satéstokje.”
Voor mij was dit geheel onbekend, mijn ouders gooiden soms een half varken op het vuur.
Ik weet niet of we dit zo kunnen stellen; het bestaan van ‘de algemene Nederlander’, het is generaliserend, andersom kan het in ieder geval echt niet. Bijvoorbeeld ‘de Aziaat’ typeren als nederig, gul en gesloten.
Toch zijn er algemeenheden die een bepaalde cultuur typeren, wat niets hoeft te zeggen over het individu, en niets over de karaktereigenschappen van een specifieke bevolkingsgroep.
Kopje koffie, geen geroosterde eend
Ik heb een hoop moeten leren over Nederlandse gastvrijheid, of eerder afleren, wilde ik geen flater slaan. De eerste keer dat ik visite ontving, was ik zenuwachtig.
Van huis uit kreeg ik mee om je gasten, ongeacht het tijdstip van het bezoek, een compleet warme maaltijd voor te schotelen. Dit heb ik naar beneden geschroefd. Ik moest minder gastvrij zijn om geen ongepast gedrag te vertonen. Een kopje koffie met een koekje. Dat is wat je aanbiedt, geen compleet geroosterde eend.
Het is verfrissend af en toe met een buitenstaandersperspectief naar je eigen cultuur te kijken. Tegenwoordig schotel ik mijn visite een complete rijsttafel voor, ook al komen ze om drie uur ’s middags. Gewoon, omdat het gezellig is samen te eten.
Je gast met een lege maag naar huis sturen, dat is pas een flater slaan. En al helemaal als je ze na afloop nog een tikkie stuurt.