Een patiënt in de Evidensia-kliniek Het Noorden, het dierenziekenhuis in Eelderwolde. Foto: Nienke Maat
De leegloop bij keten Evidensia, recent in deze krant uitgelicht, is geen toeval (’Evidensia: ‘ingrijpende veranderingen’ na feedback medewerkers’, DVHN, 31-05), stelt Stephan van der Wel. Het is volgens hem het logische gevolg van wat in bedrijfskundige termen een strategische misfit wordt genoemd.
De afgelopen jaren hebben commerciële investeerders – met Evidensia als koploper – zich massaal ingekocht in dierenartspraktijken. Hun belofte: schaalvoordelen, professionele bedrijfsvoering en betere zorg. Maar wie onder de oppervlakte kijkt, ziet dat vooral de autonomie van dierenartsen werd ingeruild voor protocollen, omzetdoelen en standaardproducten. Dat blijkt geen verbetering, maar een sluipend gif.
Terugkerend patroon
In mijn onderzoek sprak ik met praktijkhouders, overname-experts en sectoranalisten. Een terugkerend patroon: overnemende partijen voeren een financieel en juridisch gedreven due diligence uit, maar vergeten aandacht te besteden aan immateriële factoren zoals werkcultuur, vakinhoudelijke vrijheid en relationele waarden. Terwijl juist die ‘zachte’ waarden in de zorg cruciaal zijn. Wat goed lijkt op een spreadsheet, blijkt op de werkvloer een bron van frustratie.
Een praktijkvoorbeeld: een dierenarts die jarenlang zijn klanten kende, hun dieren opvolgde, en af en toe een coulancekorting gaf aan een trouwe bezoeker, kreeg van bovenaf een verbod. Ook moest hij plots medicijnen voorschrijven van een aangewezen merk, onafhankelijk van zijn professionele voorkeur.
Als klap op de vuurpijl werden dure, standaard bloedtesten verplicht voorafgaand aan ingrepen waarbij dat volgens zijn ervaring vaak niet nodig was. De relatie met de klant veranderde van vertrouwenspersoon naar verkoper. Geen wonder dat hij vertrok.
Geen incident
Dit is geen incident, maar een structuurfout. De strategische keuzes van de overnemende investeerder (denk aan EQT, Silver Lake of Nestlé in het geval van Evidensia) zijn gericht op schaal, marge en rendement. Die zijn legitiem – zolang ze hand in hand gaan met respect voor de vakinhoudelijke waarden van de mensen die het werk doen. En daar wringt het: de overnemer bepaalt de mate van autonomie en centrale sturing, terwijl die beslissing juist gezamenlijk genomen zou moeten worden.
De ironie is dat de bedoelde waardecreatie van de overname – efficiëntere processen, hogere klanttevredenheid, meer omzet – in rook opgaat door de leegloop die volgt. Strategische misfits als deze leiden tot passiviteit, weerstand en vertrek. En dat is precies wat Evidensia nu ervaart.
Wat moet er anders? In plaats van louter te sturen op omzetgroei en margeverbetering, zouden ketens in de zorgsector hun due diligence moeten uitbreiden met een cultural fit-scan. Breng in kaart wat medewerkers belangrijk vinden. Hoeveel ruimte hebben ze nodig om hun vak uit te oefenen? Hoe kijken ze naar hun rol als zorgverlener? Wat betekent klantrelatie voor hen?
Onderdeel voelen
De kernvraag is niet ‘hoe voegen we deze praktijk zo snel mogelijk in onze keten in?’, maar: ‘hoe zorgen we dat mensen zich onderdeel blijven voelen van hun werk, ook na de overname?’ Zolang dat besef ontbreekt, zullen overnames in deze sector blijven leiden tot leegloop, onvrede en, uiteindelijk, verlies aan waarde.
Stephan van der Wel is bedrijfskundige, onafhankelijk marktanalist en docent aan de Hanzehogeschool