BBB'ers Gouke Moes (rechts) en Eddie van Marum in de Groninger Statenzaal, kort na hun eclatante verkiezingszege in maart 2023. Binnenkort volgt gedeputeerde Moes zijn partijgenoot Van Marum naar Den Haag. Foto: Jos Schuurman
Tot voor twee jaar stond hij nog dagelijks voor de klas. Binnenkort zwaait de Groningse BBB-leider Gouke Moes de scepter over het ministerie van Onderwijs, krap een half jaar na zijn aantreden als gedeputeerde. Wie is Moes en wat wacht hem in Den Haag?
Hoe snel kan het gaan? Toen hij zich in 2021 meldde bij de BoerBurgerBeweging kon Gouke Moes niet bevroeden dat hij twee jaar later aanvoerder zou zijn van de veruit grootste partij in de Groninger Staten. Laat staan dat hij nog twee jaar later zou doorstoten naar Den Haag.
De ochtend nadat de BBB met twaalf zetels uit de Groningse stembus rolde, stond Moes (33) nog gewoon als techniekdocent in het praktijklokaal bij het Eemsdelta College in Appingedam om zijn leerlingen de fijne kneepjes van het installatievak bij te brengen. Fulltime de politiek in lag toen nog helemaal niet in de planning.
Na de eclatante verkiezingswinst stapte de inwoner van Den Ham aanvankelijk nog niet namens zijn partij in het college van Gedeputeerde Staten. Pas toen dat klapte doordat Moes’ BBB zich tegen de plannen voor een nieuw windpark in de Eemshaven keerde, maakte hij in maart alsnog de overstap van fractieleider naar gedeputeerde.
Opnieuw doorgeschoven na een crisis
Feitelijk herhaalt dat patroon zich nu weer, maar dan nog weer een forse tree hoger. Ook deze keer schuift Moes door na een crisis. Een crisis op een crisis zelfs, want na het vertrek van Wilders’ PVV is het kabinet nu ook nog eens dubbel demissionair geraakt door het afhaken van NSC.
Moes volgt nu zijn strijdmakker en ‘partij-idioloog’ Eddie van Marum, sinds vorig jaar zomer staatssecretaris Herstel Groningen, naar Den Haag. Hij vult het gat in het kabinet, maar laat wel een ander gat achter in het nog redelijk nieuwe college van GS. Daar moet BBB nu voor de derde keer in nog geen drie jaar tijd op zoek naar een nieuwe provinciebestuurder. Wie straks de BBB vertegenwoordigt, naast landbouwgedeputeerde Leo Wenneger, is nog onduidelijk.
Ondertussen worden in het aanhoudend rumoerige Den Haag de messen geslepen. Kopstukken in de Kamer als Jan Paternotte van D66 en Lisa Westerveld van GroenLinks ‘verwelkomden’ Moes meteen met een vinnige verwijzing naar diens uitglijder op X/Twitter van vorig jaar.
Hakenkruizen op regenboog-zebrapad
De Groninger BBB-aanvoerder haalde zich massale woede op de hals met een tweet waarin hij begrip leek te tonen voor de bekladding van een regenboog-zebrapad in Appingedam met hakenkruizen. ‘Zo werkt polarisatie’, oordeelde Moes toen. ‘Jammer, van beide kanten jammer.’
Het was niet voor het eerst dat Groninger BBB’ers in opspraak kwamen door uitlatingen op social media. Gedeputeerde Henk Emmens botste tot zijn aftreden herhaaldelijk met de Staten over retweets en likes van berichten uit extreemrechtse en complotdenkers-hoek. Ook staatssecretaris Van Marum kuiste zijn social-mediagedrag na zijn overstap naar Den Haag.
Moes’ tweet leidde destijds tot ophef in de Staten die doorklonk tot bij zijn installatie als gedeputeerde in maart. Toen stemden 26 van de 40 aanwezige Statenleden tegen zijn benoeming in het nieuwe college. En het achtervolgt Moes ook nu. ‘Iemand die hakenkruizen heeft gelijkgesteld aan regenboogzebrapaden, wordt de nieuwe minister van Onderwijs’, tweet Westerveld. ‘Uiteraard gaan we Kamervragen stellen.’
‘Die tweet had ik anders moeten formuleren’
Zelf benadrukt Moes dat zijn opvattingen niet in de weg zullen staan van z’n nieuwe functie. Als minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap waarin hij ook verantwoordelijk is voor emancipatiebeleid en de strijd tegen lhbtiq-discriminatie. „Die tweet had ik anders moeten formuleren om duidelijker te maken wat ik bedoelde. Dat heb ik ook aangegeven in interviews. Daarmee heb ik het achter me gelaten. Maar als mensen daar vragen over hebben dan verwijs ik graag naar wat ik daarover heb gezegd in de media. Ik ga er met open vizier heen”
De Groninger reist woensdagmorgen al af naar Den Haag voor de laatste afrondende besprekingen, maar wil op tijd terug in Groningen zijn voor zijn laatste Staten-vergadering. „Dat wil ik niet missen.” Mogelijk al vrijdag, maar uiterlijk volgende week wordt hij met de andere nieuwe bewindslieden geïnstalleerd.
Wat hem in Den Haag precies te wachten staat, kan Moes nog niet inschatten. Noch wil hij zich uitspreken over politieke ambities. „Ik moet me eerst oriënteren op de actuele beleidsdossiers voor ik daar iets zinnigs over kan zeggen.” Of hij meer kan doen dan ‘op de winkel passen’, is echter twijfelachtig in deze grillige politieke tijden.
‘Uitdaging? Zo stabiel en betrouwbaar mogelijk kabinet’
„De belangrijkste uitdaging zal zijn om een zo stabiel en betrouwbaar mogelijk kabinet te vormen”, schat Moes in. Hoe lang het duurt, of er na de verkiezingen nog een vervolg voor hem in zit: het is één groot vraagteken. „Maar door dat soort carriere-overwegingen heb ik me nog nooit laten leiden bij mijn keuzes.”
Ik was er niet rouwig om geweest als ik níet was gevraagd
Cruciaal voor zijn ja-woord op het telefonisch aanzoek van landelijk partijleider Caroline van de Plas, vorige week woensdag, was wel dat hij specifiek de scepter mag zwaaien over het departement van onderwijs. „Daar ligt mijn passie. Het was ook de drijfveer om de politiek in te gaan. Ik kwam erachter dat de problemen die ik in de dagelijkse praktijk ervoer, alleen maar opgelost konden worden vanuit de politiek.”
En toch: „Ik was er niet rouwig om geweest als ik níet was gevraagd.” Het eerste appje, woensdag, van Van der Plas wekte dan ook nog geen argwaan. „Ik dacht dat ze wilde bellen of ik geschikte kandidaten wist. Pas toen ik zag dat de BBB onderwijs zou krijgen, begon ik te vermoeden waarover ze me wilde spreken. Caroline weet van mijn passie voor het onderwijs.”
‘Paar dagen met betonnen vlinders in de buik’
Maar, zegt hij: „Tot het maandagavond bekend werd gemaakt heb ik wel een paar dagen rondgelopen met betonnen vlinders in de buik. Toen ik die woensdag thuiskwam, dacht mijn vrouw Daniëlla dat ik een ongeluk had gehad; zo bedrukt keek ik. Maar zij zei: Je móet hier ja op zeggen, want als je nee zegt lig je elke nacht wakker van spijt. Ik denk dat ze dat goed inschat. Als de plicht roept dan ga je.”
De consequentie is wel dat zijn carrière als provinciebestuurder al binnen een halfjaar ophoudt terwijl hij net een beetje op stoom kwam. Op z’n vroegst zou Moes bij de Statenverkiezingen in 2027 weer kunnen aanhaken, maar dat lijkt vooralsnog niet heel waarschijnlijk. „Dat is, mét het feit dat ik mijn gezin (met drie jonge kinderen en een vierde op komst, red.) voorlopig minder zal zien, wel mijn belangrijkste bedenking. Ik doe mijn werk als gedeputeerde met plezier en toewijding: dit is de mooiste baan in de mooiste provincie.”