Hier stond vroeger het asielzoekerscentrum van Oude Pekela. Nu is het gesloopt. Reza en Morvarid woonden er zeven jaar, ontmoetten elkaar er en hebben warme herinneringen aan hun tijd in het dorp. Foto: Huisman Media
Ze hebben een mooie jeugd gehad in Oude Pekela. Het koppel Morvarid Osmani en Reza Haraji groeide daar op in het asielzoekerscentrum, dat tot hun verdriet is verdwenen. „Ik mis het”, zegt Haraji
Het azc bestaat niet meer, dat werd in 2017 gesloten en gesloopt. Wat overbleef, was slechts een verwijsbordje. Ze mogen het hebben, van burgemeester Jaap Kuin, die het vrijdag in pakpapier aan hen overhandigt. Stukjes verf zijn eraf gebladderd, maar toch zijn ze blij iets tastbaars te hebben van hun oude thuis.
Het is het bordje dat ze tussen 2000 en 2007 bijna ieder dag zagen. „Het klinkt misschien gek, maar het was de mooiste tijd van mijn leven”, zegt Reza Haraji (31). Even is hij terug in het dorp waar hij ‘voor de tweede keer’ werd geboren en bovendien zijn vriendin Morvarid Osmani (29) voor het eerst ontmoette.
Nu wonen ze samen in Londen, waar Haraji zich via een prestigieuze opleiding heeft bekwaamd in het ambacht van kleding maken. De vakkennis geeft hij door via hun bedrijf International School of Tailoring, dat RHaraji met zijn vrouw bestiert.
Haraji woonde sinds zijn achtste in het azc. Osmani kwam op haar zevende naar Oude Pekela als nieuwe lichting, herinnert hij zich. De hele klas was benieuwd wie die kinderen waren. Haraji weet nog dat hij haar voor het eerst zag: „Ze droeg een paarse jas en staarde mij de hele tijd aan. Ik dacht: wat wil zij van mij?”
De relatie begon pas jaren later, na een verjaardagfeestje van een gezamenlijke vriendin, die ook in het azc verbleef.
Het yoghurthuis
Ze hadden een gelukkige jeugd. En koesteren warme herinneringen aan de plaats, de kinderen om hen heen, de leraren en het coa-personeel: „Als kind merk je niet zoveel van de zorgen.” Toch was er ook iedere week spanning, als de post kwam. Osmani: „Als kind mochten we de post ophalen. Daarin kon nieuws zitten, bijvoorbeeld dat je een status had.”
De zeven jaren vlogen voor het duo voorbij. Het azc had voor de kinderen zijn eigen geheimpjes. Zoals het hekje voor het bos, waar je niet overheen mocht springen. Osmani: „Dat deden we natuurlijk wel”. Haraji: „Dat was de kusjesplek.” Nu ze terug zijn, lijkt het een stuk kleiner dan het in hun herinnering was.
Ze weten dat er in het dorp weleens flink wat gedoe was rondom het asielzoekerscentrum, met opstootjes tot gevolg. Haraji: „Maar we waren een paar jaar later bevriend met de mensen die daarbij waren.”
Reza en Morvarid woonden jaren in het azc in Oude Pekela. Ze kregen het verwijsbord van het azc van burgemeester Jaap Kuin, als tastbare herinnering. Foto: Huisman Media
„Eigenlijk hebben we er nooit veel van gemerkt”, zegt Haraji. Ook niet toen ze naar het Dollard College of de Hendrik Westerschool gingen. „Ik weet nog wel dat we dan tegen de Feiko Clockschool moesten volleyballen. Zij leken altijd veel ouder en groter dan wij.” Osmani weet nog hoe meester Schipper trots was als ze hoge cijfers haalde.
Terugkeer?
Het was een dubbel gevoel toen ze hoorden dat ze mochten blijven. Osmani: „Aan de ene kant ben je natuurlijk heel blij, want je mag in Nederland blijven. Maar aan de andere kant betekent het ook dat je weg moet uit het azc, het dorp en iedereen die daar woont. Je hebt er zeven jaar geleefd. En dan kom je in een nieuwe omgeving waar je niemand kent.”
Nee, Pekela zijn ze nooit vergeten. „Laatst zei een vriend voor de grap dat ik wel iets op het oude terrein kon opzetten”, zegt Haraji. Het beklijft. „Misschien dat ik het over tien jaar wel koop, om er iets maatschappelijks te ontwikkelen.”