Moestuincoach Sigrid Kingma legt de kinderen uit wat er moet gebeuren. Foto: Siese Veenstra
Kidneybonen, kikkererwten en borlottibonen, wie eet ze niet? Ze hebben oude rassen als de Bonties of de Oldambtster Paardenboon verdrongen. Helemaal vergeten zijn die echter niet. In de gemeente Groningen loopt op vier basisscholen een bijzondere reddingsactie: piepjong redt oude Groninger boon.
Kon Minder
Kon Minder is een typisch Groningse serie over Groningers en over Groningen. Laat je verwonderen, inspireren of steek wat op. Want is dit Gronings? Inderdaad. Dit is Gronings. Kon minder.
Dit keer gaat het over bonen, Groninger bonen.
Dit is geen verhaal over nostalgie of de smaak van vroeger, over boontjessoep en dreuge bonen. Nou ja, een beetje wel, natuurlijk. Het gaat over oude, bijna vergeten Groningse bonenrassen waarvoor een bijzonder project is opgezet op vier basisscholen.
Want gelukkig groeit de aandacht voor oude rassen. Dat komt mede door historica Sanne Meijer uit Roodeschool. Ze doet onderzoek naar vergeten groenten in haar project Grunnegs Toentje. Ze verbouwt ze op een lapje grond bij station Roodeschool en deelt haar kennis met anderen, met kinderen liefst. Zelf leerde ze het tuinieren al op jonge leeftijd. ,,Van mijn moeder. Thuis in Ter Apel hadden we een grote moestuin.”
Sanne Meijer in haar toentje in Roodeschool. Foto: Corné Sparidaens
,,Het is geweldig om met kinderen te werken. Ze zijn echt verbaasd, zoveel verschillende bonen uit Groningen en dan die namen. Spelenderwijs leren ze zelf de zeldzame Groningse bonen kweken en horen ze verhalen over de geschiedenis. En we vertellen natuurlijk ook over de lekkere dingen die je met deze bonen kunt maken.'’ Les krijgen de kinderen in de klas en in de eigen schooltuin. ,,Lekker wroeten in de grond.’’
Maak er een lekkere hummus van
,De bonen smaken niet alleen lekker. Je kunt ze ook in nieuwe toepassingen gebruiken, als vleesvervanger of maak er hummus van of een bonenstoof voor in wraps.’’
,,Oude soorten hebben unieke smaken en texturen en zijn vaak beter aangepast aan lokale omstandigheden. Ze hebben minder bestrijdingsmiddelen nodig en dragen bij aan biodiversiteit en klimaatbestendige landbouw. Laten we samen zorgen we dat ze niet verloren gaan.’’
Na een succesvolle proef in het Westerkwartier en Het Hogeland, wordt het project nu voortgezet in de gemeente Groningen. Sanne schreef het lesprogramma en leverde bonen aan obs De Brinkschool, obs De Wissel, ojbs De Swoaistee en SKSG BSO.
Bonenprovincie
Ooit, en dat is nog niet eens zo lang geleden, waren er talloze lokale bonensoorten. Je zou kunnen zeggen dat Groningen een echte bonenprovincie was. In de negentiende eeuw en tot halverwege de twintigste werden er op grote schaal allerlei peulvruchten verbouwd: grauwe erwten, kapucijners, veldbonen, bruine bonen…
Vooral in het Oldambt en de Veenkoloniën waren bonen een gangbaar gewas binnen de vruchtwisseling. Ze waren voedzaam en pasten goed bij het dieet van die tijd. Ze werden vaak verwerkt in stamppot, met een stuk spek of een metworst. En ze waren (en zijn) lang houdbaar: je kunt ze zouten, drogen of wecken.
Na de Tweede Wereldoorlog kwam de klad erin. Door schaalvergroting en uniformiteit in de landbouw, verdwenen bonen als Mansholts Kortstro Groene, Bolt’s Boon, Hendriks Reuzen, Bonties en de Groninger Strogele steeds meer van het bord.
Ze zijn er nog, zelfs in Ierland
Ze bleven nog wel bestaan, in de tuinen van mensen die vasthielden aan hun eigen boon. Maar in de supermarkt tref je bonen als het Groninger Dikpenske, een lichtbruin boontje uit Winschoten, zelden nog aan. We vliegen liever sperziebonen in uit Kenia of Guatemala.
Gelukkig zijn er nog kwekers en zaadhandelaren die in een behoefte voorzien. Neem Eikemaheert in Loppersum. Dankzij dit biologische landbouwbedrijf kreeg het Wonder van Scheemda een nieuw leven. Ook oud-Groninger Pieter Lammerts uit Wageningen, teelt waikschilde bonen en experimenteert met oude rassen zoals Hendriks Reuzen. En hij is niet de enige.
Soms wordt een soort heel ver van huis ‘teruggevonden’. Neem de Oldambtster wierdeboon. Dat is een tuinboon die als verloren werd beschouwd. Die bleek bewaard te zijn door de Irish Seed Savers Association (ISSA). Dat is een organisatie die zich inzet voor het behoud van oude gewassen. Sanne ontdekte de boon in de Ierse zaadbank en zorgde voor een voorzichtige come back.
Op stap met De Bevers
Onlangs liepen we mee met het groepje De Bevers van De Swoaistee in Lewenborg. Met veel gejoel trekken de kinderen van groepen 3, 4 en 5 richting hun schooltuintjes, tien minuten verderop. Ouders helpen mee. Lekker wroeten in de grond en proeven van de eigen oogst.
Weten jullie nog wat dit is?’’, vraagt Sigrid Kingma. Ze is moestuincoach van Jong Leren Eten van de GGD. Ze houdt een plantje omhoog. „Een bonenplantje”, weet een jongetje.
De kinderen gaan aan de slag. „We moeten de plantjes helpen”, zegt Sigrid. De wind heeft steunstokken omvergeblazen.
De wind heeft de steunstokken omver geblazen. Foto: Siese Veenstra
Bij een groentenbak hurkt Sanne neer. Ze dopt een tuinboon. „Heb je ze al geproefd?”, vraagt ze aan de kinderen. „Kun je die zo eten?” Probeer maar zegt Sanne. „Ze smaken best lekker.”
Esmee van zes vindt ze inderdaad best lekker, terwijl Celina toegeeft dat bonen niet haar favoriet zijn. Sanne vertelt over de mollebonen. Die waren vroeger een populaire snack in de stad, gemaakt van geroosterde en gezouten tuinbonen. ,,Knapperige nootjes, vóór er chips bestonden.’’
Maar de kinderen zijn vooral druk bezig. „Mag ik de bonen water geven?”, vraagt Armando (6). „Thuis hebben we ook bonen, maar die zijn mislukt.” Pim (7) kan niet wachten tot de volgende oogst. „Ik eet alles. Wel drie keer per week.”
,,Bonen koop je niet alleen in de winkel of op de markt, je haalt ze uit de tuin’’, weten de kinderen nu.
Ze vinden het prachtig om buiten te zijn en te leren over bonen met gekke namen als Hendriks Reuzenboon. „Een reuzenboon? Dan heb je aan één wel genoeg?’’
,,Aan éen reuzenboon heb je zeker wel genoeg?'' Foto: Siese Veenstra
Op 26 september komen de scholen samen in het Stadhuis van Groningen voor een feestelijke zadenruilmarkt.
Red je eigen boon
Wil je zelf een reddingspoging ondernemen? Begin eens klein. Week een pootboon een nacht in water om het kiemproces te versnellen. Neem een lege glazen pot en wat keukenpapier. Maak dat nat en doe het in de pot. Leg er een boon in en zorg dat het papier nat blijft. Zet het potje op een lichte en warme, maar niet te warme plek. Geef het plantje elke dag een beetje water dan groeit het snel. Je kunt bonen ook in de volle grond zaaien (Groningers zeggen vaak poten). Dat kan tot ongeveer eind juli.