Geert Wilders tijdens de stemmingen in de Tweede Kamer. Robin Utrecht
Een meerderheid van de Tweede Kamer heeft dinsdag voor een motie gestemd tegen de opslag van kernafval in de Groninger zoutkoepels.
De PVV stemde samen met de linkse oppositie voor de motie van SP-Kamerlid Sandra Beckerman. Dat is onverwachts omdat minister Sophie Hermans de motie nog had afgeraden. De andere regeringspartijen stemden tegen de motie omdat ze hem voorbarig vinden.
Het kabinet wil in 2027 besluiten nemen over de locaties waar kernafval opgeslagen wordt. Maar in Groningen, Drenthe en Friesland is in verschillende plaatsen al onrust ontstaan over de opslag in zoutkoepels. Verschillende gemeenten en de provincie Drenthe hebben zich er al tegen uitgesproken.
Sandra Beckerman van de SP diende daarom twee moties in. In de ene motie staat dat er geen kernafval in zoutkoepels bij bewoond gebied en natuurgebieden mag komen. Die motie werd weggestemd, alleen de linkse oppositie stemde er voor.
‘Pieterburen deels afgebroken wegens opslag’
De andere motie stelt dat er geen kernafval mag komen in zoutkoepels bij Pieterburen, Onstwedde en Bourtange. In de motie stelt de Kamer vast dat de opslag van kernafval in zoutkoepels bovengronds een terrein van 2,5 kilometer vereist, en dat daarvoor gedeeltelijke afbraak van Pieterburen nodig zou zijn.
Partijen zoals de VVD en NSC lieten eerder weten dat ze ook zulke conclusies voorbarig vinden. Toch heeft de Kamer er dankzij de PVV in meerderheid voor gestemd.
De Kamer stemde ook voor een motie die uitspreekt dat er geen kerncentrale in de Eemshaven gebouwd mag worden. De motie van NSC-Kamerlid Wytske Postma kreeg een ruime meerderheid. Maar in praktijk betekent zo’n motie waarin de Kamer alleen een wens uitspreekt niet veel. Minister Sophie Hermans van Klimaat en Groene Groei heeft wel eerder al aangegeven dat ze verwacht dat er geen kerncentrale in de Eemshaven komt.