Artsen zonder Grenzen schoot eind augustus te hulp in Ter Apel omdat het slecht gesteld was met de gezondheid van asielzoekers die buiten de poort verbleven.
VluchtelingenWerk Nederland wil de Staat en het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) met een rechtszaak dwingen de omstandigheden in de asielopvang te verbeteren.
De partijen staan deze donderdag tegenover elkaar in een kort geding voor de rechtbank in Den Haag. Een uniek proces, waarvan het nog maar de vraag is of het iets uithaalt.
Waarom stapt VluchtelingenWerk naar de rechter?
Volgens de organisatie voldoen de omstandigheden waaronder asielzoekers in Nederland worden opgevangen niet aan de wettelijke eisen. Het gaat vooral om de noodopvang, waarin zo’n 10.000 (van de ongeveer 46.000) asielzoekers verblijven. De kwaliteit van deze opvang in sporthallen, tenten, boten en kantoorgebouwen is ’ondermaats en inhumaan’, vindt VluchtelingenWerk.
Er is te weinig privacy als slaapruimtes zijn gescheiden met schotten of gordijnen, het ontbreekt aan daglicht en frisse lucht en kinderen gaan niet of te weinig naar school. Bovendien lukte het niet om bij alle asielzoekers een medische intake te doen voordat ze naar de crisisnoodopvang gingen. VluchtelingenWerk stelt de Staat en het COA aansprakelijk voor de schadelijke gevolgen en sommeert hen de situatie vóór 1 oktober te verbeteren.
Heeft de organisatie een punt?
VluchtelingenWerk is niet de enige die opmerkt dat de omstandigheden in de asielopvang te wensen overlaat. Ook Unicef, het Rode Kruis en de UNHCR hebben hun afschuw geuit. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd noemde de situatie voor kinderen ’schrijnend, zorgelijk en ongezond’. Het COA zelf erkent dat het niet kan voldoen aan zijn wettelijke taak.
De huidige tekorten zijn het gevolg van de toegenomen asielinstroom en van de manier waarop het COA en de IND zijn gefinancierd – op basis van prognoses en het aantal gebruikte bedden. Na de instroompiek van 2015 ging de opvangcapaciteit omhoog naar 191 opvanglocaties voor 55.000 asielzoekers. En hoewel adviesorganen van de overheid waarschuwden om een stevige buffer aan te houden, werd de opvangcapaciteit gehalveerd, net als het personeel bij het COA. Ook op de IND wordt flink bezuinigd. Toen in 2021 de asielinstroom weer steeg, was er al snel een tekort aan plekken in de asielzoekerscentra.
Vooral de kwaliteit van de noodopvang in sporthallen, tenten, boten en kantoorgebouwen is ’ondermaats en inhumaan’, vindt VluchtelingenWerk.
Wat brengt de Staat hiertegenin?
We doen ons uiterste best om deze crisis de bestrijden, zal de kern zijn van het betoog. Zo zijn er nieuwe afspraken gemaakt voor extra opvang en zijn er inmiddels overlooplocaties voor Ter Apel. Bovendien wil het kabinet de komende twee jaar 37.500 flexwoningen bouwen. Het tekort aan opvangplekken komt namelijk niet alleen door de toegenomen instroom, maar ook door gebrekkige doorstroom van erkende vluchtelingen, zogeheten statushouders.
Door een tekort aan woningen zitten momenteel 17.000 statushouders, die eigenlijk door gemeenten zouden worden gehuisvest, nog steeds in asielzoekerscentra. Zonder woningnood was er geen opvangcrisis geweest, zo bracht voormalig staatssecretaris Broekers-Knol (Asiel) al eens naar voren.
Welke gevolgen kan deze rechtszaak hebben?
Dat is de grote vraag. Mocht VluchtelingenWerk winnen, dan heeft het kabinet tot 1 oktober om ervoor te zorgen dat de opvang aan de normen voldoet. Alleen zijn er dan niet opeens meer opvangplekken, dan is er nog steeds personeelsgebrek bij de IND en het COA, kloppen er niet opeens minder asielzoekers aan en zijn gemeenten nog net zo huiverig een azc toe te laten. VluchtelingenWerk zegt met het kort geding de ’bestuurlijke impasse’ te willen doorbreken waarin Rijk en gemeenten naar elkaar wijzen, maar wetgeving gaat er niet sneller mee door de Kamer.
Is het de taak van VluchtelingenWerk om zo’n proces te voeren?
VluchtelingenWerk vindt van wel, ook al is het de eerste keer in zijn 44-jarige bestaan dat het naar de rechter stapt. De organisatie is er om de belangen van asielzoekers te vertegenwoordigen. VluchtelingenWerk is voor 50 van de bijna 80 miljoen euro van zijn begroting afhankelijk van overheidssubsidies.
Feitelijk financiert de Staat hiermee een proces tegen zichzelf. Doorgaans draait de verliezer van een kort geding op voor de proceskosten, dus wat het oordeel van de rechter ook wordt: de Staat betaalt.